Nepalese arbeidsmigranten in hun slaapzaal.
© Sam Tarling/Corbis via Getty Images

Betaling van loon

In Qatar komt het nog steeds voor dat arbeidsmigranten hun loon te laat of zelfs helemaal niet krijgen. Voor de vele werknemers met schulden is dit een extra groot probleem.

De belofte

Qatar is met de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) overeengekomen om een aantal maatregelen te nemen die problemen met het betalen van loon moeten voorkomen.

  • Het versterken van het Systeem voor loonbescherming, dat de maandelijkse elektronische betalingen aan werknemers controleert. De dekking ervan wordt uitgebreid tot kleine en middelgrote ondernemingen, onderaannemers en uiteindelijk huishoudelijk personeel.
  • Het opleggen van sancties wanneer geen loon wordt uitbetaald.
  • Het oprichten van een loongarantiefonds.
  • Het invoeren van een verplicht minimumloon.
  • Het versterken van de nationale mechanismen voor klachten van arbeidsmigranten.
  • Het ondersteunen van werknemers bij het indienen van een klacht, het zorgen voor een eerlijke en snelle afwikkeling en het stoppen van vergeldingsmaatregelen door werkgevers.
  • Arbeidsmigranten bewust maken van hun rechten en plichten wanneer ze in Qatar zijn.
Bouwvakkers werken aan het Al Bayt-voetbalstadion in de Qatarese hoofdstad Doha.
© Lars Baron/Bongarts/Getty Images
Bouwvakkers werken aan het Al Bayt-voetbalstadion in de Qatarese hoofdstad Doha.

De realiteit

Ondanks hervormingen om de betaling van lonen te controleren en de toegang van werknemers tot rechtsmiddelen te verbeteren, hebben arbeidsmigranten nog steeds te kampen met te late betalingen of zelfs het niet uitbetalen van loon. Dit heeft met name grote gevolgen voor de vele werknemers die schulden hebben. Velen sloten leningen tegen een hoge rente af, om daarmee de hoge en illegale bemiddelingskosten voor een baan in Qatar te betalen. De schulden plaatsen werknemers in een zeer precaire situatie, en in de meest ernstige gevallen kunnen arbeidsmigranten slachtoffer worden van gedwongen arbeid.

De regering heeft geprobeerd de loonkwestie aan te pakken, onder meer door het Systeem voor loonbescherming te versterken, strengere straffen in te voeren voor werkgevers die de arbeidswet overtreden en het Steun- en Verzekeringsfonds voor Arbeiders in te stellen. Dat fonds is onder meer bedoeld om hulp te bieden aan werknemers die hun zaak bij de rechtbank hebben gewonnen, maar die nog niet zijn betaald. Het fonds betaalt de arbeidsmigrant het bedrag uit dat de werkgever hem of haar verschuldigd is, en verhaalt dat op de werkgever.

Al deze maatregelen hebben tot dusver echter niet geleid tot een betere uitbetaling van de lonen.

Het ILO-kantoor in Doha verklaarde in zijn voortgangsrapport van 2020 dat het namens 1.896 werknemers klachten had ingediend bij het ministerie van Arbeid en 7.420 werknemers had bijgestaan die problemen hadden met hun werkgever. Vaak gaat het om onbetaalde lonen.

Systeem voor loonbescherming

Het Systeem voor loonbescherming, dat in november 2015 werd geïntroduceerd, verplicht bedrijven om hun werknemers te betalen via een elektronische overboeking en stelt de overheid in staat de naleving te controleren.

In principe moet het systeem de regelmatige betaling van lonen garanderen en ondersteunend bewijs leveren aan werknemers die bij de Comités voor het beslechten van arbeidsgeschillen klachten indienen. Ook moet het de regering in staat stellen om onmiddellijk in te grijpen als het loon niet wordt uitbetaald. Een evaluatie van het systeem in opdracht van het ministerie van Arbeid bracht in 2019 echter enkele belangrijke tekortkomingen aan het licht. Er werden aanbevelingen gedaan om het systeem te versterken, onder meer door ervoor te zorgen dat verschillende vormen van niet-naleving sneller kunnen worden opgespoord en aangepakt.

In de praktijk slaagt het systeem door het ontbreken van effectieve corrigerende maatregelen er nog steeds niet in om duizenden werknemers regelmatig loon uit te betalen.

Gezicht op Qatar vanuit een vliegtuigraampje.
© Sangga Rima Roman Selia
Gezicht op Qatar vanuit een vliegtuigraampje.

Comités voor het beslechten van arbeidsgeschillen

De in maart 2018 opgerichte Comités voor het beslechten van arbeidsgeschillen (Arbeidscomités) moeten de toegang tot de rechtbank bij arbeidsgeschillen verbeteren en klachten van arbeidsmigranten binnen drie weken afhandelen. De comités kampen echter met vertragingen en accepteren geen collectieve zaken waarin dezelfde klachten van meerdere werknemers van een bedrijf gebundeld zijn.

Door Amnesty en andere organisaties gedocumenteerde gevallen laten zien dat de afhandeling van een klacht lang duurt en in sommige gevallen vruchteloos blijft. In veel gevallen leiden armoede en wantrouwen jegens het systeem ertoe dat werknemers het opgeven, hun zaken laten vallen en naar huis terugkeren zonder het geld waar ze recht op hebben.

Zelfs wanneer werknemers hun zaak winnen, hebben ze vaak moeite om hun geld te krijgen, vooral wanneer bedrijven het bedrag niet kunnen of willen betalen.

Sinds begin 2020 zouden werknemers in dit geval hun geld moeten krijgen uit het Steun- en Verzekeringsfonds voor Arbeiders. Uit onderzoek van Amnesty en andere organisaties blijkt echter dat dat niet automatisch gebeurt. Bij gebrek aan transparantie over het besluitvormingsproces is het onduidelijk waarom niet. In haar voortgangsrapport van 2020 zegde de ILO toe om met het ministerie van Arbeid samen te werken voor de behandeling van klachten, en om na te gaan hoe een snelle naleving van gerechtelijke uitspraken kan worden gewaarborgd via het Steun- en Verzekeringsfonds voor Arbeiders.

Steun- en Verzekeringsfonds voor Arbeiders

Steun- en Verzekeringsfonds voor Arbeiders is begin 2020 van start gegaan, maar het blijft onduidelijk hoe en wanneer werknemers in aanmerking komen om geld van dit fonds te ontvangen. Volgens de regering heeft het fonds in 2020 ongeveer 3,3 miljoen euro uitgekeerd aan 5.500 werknemers. Het is echter niet duidelijk hoeveel werknemers sindsdien van het fonds hebben geprofiteerd.

Drie jaar sinds hun oprichting slagen de Arbeidscomités er niet in om snel en effectief gerechtigheid te brengen voor veel arbeidsmigranten. Voor velen blijft de zoektocht naar gerechtigheid en herstel een lange weg en, in sommige gevallen, vruchteloos.

Minimumloon

Op 20 maart 2021 werd een verplicht minimumloon van kracht voor alle arbeidsmigranten. Het maandloon wordt 1.000 rial (ongeveer 235 euro). Daarnaast moet de werkgever vergoedingen geven van 300 rial (ongeveer 72 euro) voor eten en 500 rial (ongeveer 120 euro) voor huisvesting als de werkgever die niet aanbiedt.

In antwoord op vragen van Amnesty zei het ministerie van Arbeid dat er 2.626 geregistreerde schendingen van de minimumloonwet waren en dat deze bedrijven een verbod kregen om in Qatar te opereren. De invoering van het nieuwe minimumloon is een stap in de goede richting, maar het moet volledig worden geïmplementeerd om ervoor te zorgen dat alle werknemers het ontvangen en effectief worden gecontroleerd.