Wat is de rol van de politie?
Bij grote demonstraties kan veel politie aanwezig zijn. De politie moet uitgaan van de vreedzaamheid van de demonstranten en zich vooral richten op het goed begeleiden en beschermen van de demonstratie.
De politie is rondom demonstraties verantwoordelijk voor handhaving van de openbare orde en de verkeersveiligheid, en staat hierbij in dienst van het bevoegd gezag, de burgemeester. Het is de burgemeester die eventueel over kan gaan tot het geven van aanwijzingen, of in het uiterste geval tot de beëindiging het van het protest.
De uitrusting van de politie kan een sterk effect hebben op het verloop van een demonstratie. Een grote politiemacht bij een relatief kleine demonstratie, vooral wanneer zij de volledige ME-uitrusting draagt, kan intimiderend overkomen en juist escalatie in de hand werken.
Surveillance bij demonstraties
Demonstreren wordt te vaak gezien als een risico voor de openbare orde. Om problemen te voorkomen grijpen politie en gemeenten naar surveillance middelen om demonstranten in de gaten te houden. De politie verzamelt gegevens van sociale media, zet drones of cameratoezicht in tijdens demonstraties en klopt bij activisten aan de deur met vragen over hun deelname aan demonstraties. Ook hoort Amnesty regelmatig dat vreedzame demonstranten om hun ID gevraagd worden. Surveillance kan mensen afschrikken, terwijl demonstraties juist zo belangrijk zijn in een democratie.
Grootschalige opslag van data over demonstranten, ook door het monitoren van hun sociale media, is mogelijk bovendien een grote inbreuk op de privacy van demonstranten.
ID-controles
De politie moet demonstranten niet zien als risico’s die moeten worden gemonitord of gecontroleerd, maar als mensen die vreedzaam een mensenrecht uitoefenen. Ze moet organisatoren en deelnemers aan vreedzame demonstraties dan ook niet onderwerpen aan ID-controles, tenzij er een redelijke verdenking is van een voldoende ernstig strafbaar feit.
Met onrechtmatige ID-controles verzamelt de politie persoonsgegevens van vreedzame demonstranten in politiesystemen. Amnesty publiceerde daarover het rapport ‘Ongecontroleerde macht’. Deze praktijk schendt het recht op privacy en heeft een chilling effect (afschrikwekkend effect) op het demonstratierecht.
Amnesty International roept de Nederlandse overheid op om te stoppen met misbruik van ID-controles voor surveillance van protest. Roep het kabinet op om het surveilleren van demonstranten te stoppen:
Aanhouden, vervolgen of zelfs veroordelen
De politie mag handhaven op strafbare feiten en uitingen tijdens een demonstratie. Bij eventueel ingrijpen moet de politie de-escalerend optreden. Amnesty meent dat niet alle strafbaar gedrag direct optreden van de politie vereist. Strafrechtelijk optreden (aanhouden, vervolgen of zelfs veroordelen) van demonstranten moet gezien worden als een inperking van hun demonstratierecht. Demonstranten mogen alleen op zeer goede gronden worden aangehouden, omdat hiermee hun demonstratievrijheid op dat moment wordt beëindigd. De aanhouding moet noodzakelijk zijn, in verhouding staan tot het vergrijp en minder vergaande middelen moeten eerst overwogen zijn.
Mag de politiegeweld gebruiken?
De politie mag nooit geweld gebruiken tegen vreedzame demonstranten. Als de burgemeester besluit dat een beperking of beëindiging van een demonstratie noodzakelijk is, kan de politieoptreden. De politie is verplicht om te de-escaleren. De politie moet bovendien eerst waarschuwen voordat ze overgaat tot geweld. Politiegeweld moet altijd een wettig doel dienen. Geweld om een bekentenis af te dwingen of om een arrestant ‘een lesje te leren’ is verboden. En geweld moet strikt noodzakelijk zijn. Als het zonder geweld kan, is politiegeweld verboden, oftewel: de mond is het belangrijkste wapen. De politie mag bijvoorbeeld geen geweld gebruiken tegen een vreedzame demonstrant die zich passief verzet door zich slap te houden of op de grond te gaan zitten. Noodzakelijk betekent ook dat de politie niet méér geweld mag gebruiken dan nodig is. De politie mag bijvoorbeeld niet drie keer slaan als één keer genoeg is. En heel belangrijk: politiegeweld moet altijd proportioneel zijn – het moet in verhouding staan tot het doel.
Kettling, waterkanon, bestuurlijke verplaatsing en massale arrestatie
Als de politie toch ingrijpt, moet zij dat doen tegen hen die strafbaar gedrag vertonen, niet tegen de demonstratie als geheel. Bij tactieken als kettling (insluiten van grote groepen vreedzame demonstranten zonder dat zij weg kunnen), bestuurlijke verplaatsing, massale arrestaties of bij de inzet van het waterkanon is het onderscheid tussen vreedzame en niet-vreedzame demonstranten moeilijk of zelfs niet te maken. Daarom wijst Amnesty het gebruik van deze tactieken in principe af. Strafrechtelijk optreden tegen vreedzame demonstranten, bijvoorbeeld wegens deelname aan een niet toegestane of niet aangemelde demonstratie, is in principe niet toegestaan.