Politie, anti-Zwarte Pieten- en pro-Pieten-demonstranten tijdens een grimmige intocht van Sinterklaas in Den Bosch.
© ANP

De rol van de politie

De politie is rondom demonstraties verantwoordelijk voor handhaving van de openbare orde en de verkeersveiligheid, en staat hierbij in dienst van het bevoegd gezag, de burgemeester. Het is de burgemeester die eventueel over kan gaan tot het geven van aanwijzingen, of in het uiterste geval tot de beëindiging het van het protest. De houding van de politie moet gericht zijn op het beschermen en begeleiden van de demonstratie en het uitgangspunt moet de-escaleren zijn. De politie moet de demonstranten ook na afloop beschermen.

De uitrusting van de politie kan een sterk effect hebben op het verloop van een demonstratie. Een grote politiemacht bij een relatief kleine demonstratie, vooral wanneer zij de volledige ME-uitrusting draagt, kan intimiderend overkomen en juist escalatie in de hand werken.

Amnesty hoort regelmatig van demonstranten dat zij om hun ID gevraagd worden. Amnesty medewerkers die demonstreren maken dit zelf ook vaak mee. Het vragen naar de legitimatie van vreedzame demonstranten is onnodig en onwenselijk.

De politie zet regelmatig drones of andere camera-apparatuur in om demonstranten tijdens een protest te monitoren. Amnesty zet serieuze vraagtekens bij deze vorm van surveillance. Grootschalige opslag van data over demonstranten, ook door het monitoren van hun sociale media, is mogelijk bovendien een grote inbreuk op de privacy van demonstranten.

Aanhouden, vervolgen of zelfs veroordelen

De politie mag handhaven op strafbare feiten en uitingen tijdens een demonstratie. Bij eventueel ingrijpen moet de politie de-escalerend optreden. Amnesty meent dat niet alle strafbaar gedrag direct optreden van de politie vereist. Strafrechtelijk optreden (aanhouden, vervolgen of zelfs veroordelen) van demonstranten moet gezien worden als een inperking van hun demonstratierecht. Demonstranten mogen alleen op zeer goede gronden worden aangehouden, omdat hiermee hun demonstratievrijheid op dat moment wordt beëindigd. De aanhouding moet noodzakelijk zijn, in verhouding staan tot het vergrijp en minder vergaande middelen moeten eerst overwogen zijn.

Kettling, bestuurlijke verplaatsing en massale arrestatie

Als de politie toch ingrijpt, moet zij dat doen tegen hen die strafbaar gedrag vertonen, niet tegen de demonstratie als geheel. Bij tactieken als kettling (insluiten van grote groepen vreedzame demonstranten zonder dat zij weg kunnen), bestuurlijke verplaatsing en massale arrestaties is het onderscheid tussen vreedzame en niet-vreedzame demonstranten moeilijk of zelfs niet te maken. Daarom Amnesty wijst het gebruik van deze tactieken in principe af. Strafrechtelijk optreden tegen vreedzame demonstranten, bijvoorbeeld wegens deelname aan een niet toegestane of niet aangemelde demonstratie, is in principe niet toegestaan.

Meer over dit onderwerp