‘Unieke samenwerking met Zuid-Sudanese mensenrechtenverdedigers’
Ellen Vermeulen werkt voor het Human Rights and capacity building programme (HURICAP) van Amnesty Nederland. Zij stond aan de basis van een bijzonder rapport over Zuid-Sudan dat in juli 2017 uitkwam.
Samen met tien Zuid-Sudanese mensenrechtenverdedigers bracht Amnesty International in juli 2017 een rapport uit over seksueel geweld in het conflict in Zuid-Sudan: Do not remain silent: Survivors of sexual violence in South Sudan call for justice and reparations. Sinds de start van het gewapend conflict in december 2013 kregen duizenden mensen in het land te maken met seksueel geweld, waaronder verkrachting, groepsverkrachting, seksslavernij, seksuele verminking, marteling en castratie. Het rapport vertelt de verhalen van de overlevenden. Én het laat zien welke genoegdoening zij willen en welke maatregelen zij nodig achten om de sociale cohesie te herstellen. Daarmee zet het rapport de roep om gerechtigheid van de slachtoffers kracht bij.
Waarom wilden jullie voor dit onderzoek samenwerken met Zuid-Sudanese mensenrechtenverdedigers?
‘Eigenlijk wilden we twee doelen bereiken: zelf een goed rapport uitbrengen én maatschappelijke organisaties in Zuid-Sudan ondersteunen. Die organisaties zijn erg zwak. Deze samenwerking geeft hun een platform, waardoor andere organisaties sneller met hen willen samenwerken en zij aantrekkelijker worden voor donateurs. We vonden het ook belangrijk met mensen uit het land zelf te werken, omdat we hen daarmee een stem geven.’
Hoe kwam de samenwerking tot stand?
‘HURICAP werkt sinds 2012 in Zuid-Sudan. We brachten er mensenrechtenorganisaties samen en trainden hen op het gebied van het verzamelen van informatie over mensenrechtenschendingen. Het vertrouwen tussen die organisaties was echter zo klein, dat er van de onderlinge samenwerking weinig terechtkwam. Uiteindelijk selecteerden we daarom twee partnerorganisaties met wie het wel werkte. Zij stelden een team van mensenrechtenverdedigers samen en de organisaties en we bepaalden samen naar welk onderwerp we onderzoek wilden doen. Dat werd seksueel geweld. Niet alleen tegen vrouwen maar ook tegen mannen en jongens, waar nog veel meer een taboe op rust.’
Wat konden de lokale onderzoekers wat Amnesty-onderzoekers niet konden?
‘Tien Zuid-Sudanese mensenrechtenverdedigers, vijf mannen en vijf vrouwen, en een aantal Amnesty-onderzoekers hielden in zes maanden tijd interviews met 168 overlevenden van seksueel geweld en veertien getuigen daarvan.’
Hoe is de situatie voor mensenrechtenverdedigers in Zuid-Sudan?
‘Als mensen in Zuid-Sudan kritisch zijn op de regering, is de kans groot dat ze slachtoffer worden van inbraken, bedreigingen, verdwijningen of moord. Er zijn verschillende voorbeelden van organisaties en mensen die dat is overkomen. Tijdens het onderzoek voor ons rapport werden ook twee van “onze” mensenrechtenverdedigers bedreigd door regeringsaanhangers. Wij riepen de hulp in van verschillende organisaties die ons erbij hielpen de twee voor een aantal maanden het land te laten verlaten. Eén mensenrechtenverdediger trok zich halverwege het onderzoek zelf terug omdat hij het te gevaarlijk vond.’
Hoe gingen jullie om met die gevaren?
‘Vooropgesteld: we werkten alleen maar samen met ervaren mensenrechtenverdedigers die dit werk zelf graag wilden doen. We hebben niemand overgehaald om dit werk te doen. Daarnaast probeerden we het voor hen zo veilig mogelijk te maken. We gaven de interviewers, vanwege de veiligheid buiten Zuid-Sudan, trainingen in het nemen van veiligheidsmaatregelen zoals het veilig gebruiken van een voicerecorder en het smokkelen van data. Ook kregen ze les van een traumaspecialist, die hen leerde om te gaan met getraumatiseerde mensen én hoe zij konden omgaan met de schokkende verhalen die ze hoorden. We gaven hun satelliettelefoons om mee te bellen zonder te worden afgeluisterd. En om vergeldingsacties te voorkomen hebben we de namen van de mensnerechtenverdedigers die het onderzoek deden nergens genoemd.’
Wat was de rol van Amnesty?
‘Het was een intensief proces van een jaar. We overlegden uitgebreid met de lokale organisaties wat we wilden onderzoeken en hoe. We trainden en coachten de mensenrechtenverdedigers het hele jaar door op het gebied van veiligheid en diepgravend interviewen. We stelden gedetailleerde interviewhandleidingen op met uitgebreide vragenlijsten, om ervoor te zorgen dat we alle nodige informatie zouden krijgen. Op basis van de afgenomen interviews schreef een Amnesty-onderzoeker samen met de interviewers het rapport. En Amnesty zorgde voor de verspreiding van de informatie.’
Wat maakt dit project bijzonder?
‘Dit was écht een volledige samenwerking tussen Amnesty en lokale organisaties met kwalitatief hoogwaardige informatie, waarbij de ene partij niet ondergeschikt was aan de andere. Het rapport dat we uitbrachten is echt van ons samen. De samenwerking stelde ons in staat onder zeer moeilijke omstandigheden te werken. Ook in de toekomst hebben we hier iets aan: we hebben nu contact met een heel team aan goed opgeleide, betrouwbare onderzoekers in Zuid-Sudan die we ook voor ander onderzoek kunnen vragen. Bovendien gaven we met het rapport de overlevenden van het geweld echt een stem. Eén van de standaard vragen tijdens de interviews was niet voor niets: “Op wat voor manier wil je in de toekomst gerechtigheid krijgen?”’