Armoede en mensenrechten
Armoede is een gebrek aan financiële en andere middelen. Economische ongelijkheid of discriminatie kunnen armoede in de hand werken. Armoede kan ook veroorzaakt worden door een gebrekkige toegang tot onderwijs en voorzieningen, en door sociale gebruiken en relaties die een ‘cyclus van armoede’ in stand houden.
De sociaaleconomische rechten, zoals die onder meer zijn vastgelegd in het VN-verdrag voor Economische, Sociale en Culturele Rechten (EcSoCu), beogen mensen tegen armoede en de gevolgen daarvan te beschermen. Belangrijke internationale organisaties voor de bestrijding van armoede zijn het Internationaal Monetair Fonds (IMF), de Wereldbank en de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO). Er is in bijna alle landen sprake van een ‘feminisering’ van de armoede, dat wil zeggen dat een steeds groter percentage van de allerarmsten bestaat uit vrouwen. Meestal zijn dat alleenstaande vrouwen met kinderen.
Respect voor burgerrechten
In elke maatschappij is een gedeelte van de bevolking arm. Macro-economische maatregelen alleen zijn niet voldoende om dat te verhelpen. Belangrijk zijn vooral maatregelen om de kwetsbaarheid van armen te verminderen, zoals regelmatige inkomsten, scholing en gezondheidszorg. Respect voor burgerrechten draagt veel bij aan de bestrijding van armoede, onder meer omdat het de armen de gelegenheid geeft zich te laten horen via bijvoorbeeld parlementsleden, vakbondsleiders en activisten. De Indiase econoom Amartya Sen stelde vast dat hongersnoden en de meest schrijnende vormen van armoede zich niet voordoen in landen die werkelijk democratisch zijn. Een economisch middel om armoede te bestrijden is het ter beschikking stellen van geld voor investeringen, zoals door microkredieten.
Amnesty’s acties tegen armoede
Amnesty zet zich vooral in voor het tegengaan van discriminatie (op onder meer het werk, in het onderwijs en met betrekking tot de toegang tot voorzieningen), omdat discriminatie armoede in de hand werkt. Ook pleit Amnesty voor wetgeving die de bescherming van de sociaaleconomische rechten bevordert, zoals algemeen basisonderwijs en een goed toegankelijke gezondheidszorg. Amnesty voert actie tegen schendingen van mensenrechten als gevolg van armoede. Daarbij is er speciale aandacht voor problemen die de overheid relatief gemakkelijk kan helpen verlichten, zoals sterfte van moeders bij de bevalling, hiv/aids en de omstandigheden in sloppenwijken.
Absolute armoede
Absolute armoede betekent dat iemand leeft op de rand van het bestaansminimum. De Wereldbank heeft deze absolute armoedegrens in 1985 vastgesteld op minder dan 1 dollar per dag, dat wil zeggen een dagelijkse consumptie vergelijkbaar met wat iemand in Amerika voor 1 dollar kan kopen. In 2015 is de grens verhoogd naar 1,90 dollar per dag. Momenteel leven 1,4 miljard mensen daarvan.
De 3 A’s
Internationale organisaties hebben actie tegen armoede geformuleerd als de 3 A’s:
- Agency houdt in dat degenen die opkomen voor de armen internationale aandacht en bescherming nodig hebben.
- Accountability (aansprakelijkheid) betekent dat je degenen moet aanspreken die verantwoordelijk zijn voor het gebrek aan bescherming van armen, waaronder overheden, internationale instellingen en bedrijven.
- Access wil zeggen dat armen toegang moeten hebben tot de organen waar beslissingen worden genomen.