Demonstrant bij protest tegen de dood van Alton Sterling
© Jonathan Bachman/Reuters

We moeten in opstand komen

Het is tijd dat we allemaal in opstand komen tegen de politiek van demonisering, die een gevaarlijke en verdeelde wereld creëert.

Bij de lancering van haar Jaarboek roept Amnesty International mensen wereldwijd op om te voorkomen dat de retoriek van angst, schuld en haat het ideaal van een open, op gelijkwaardigheid gebaseerde samenleving niet aantast. Als iedereen in actie komt om de mensenrechten te beschermen, kunnen we samen het tij keren.

2016 was het jaar van ‘wij tegen zij’, van politici die groepen mensen als een bedreiging zien voor het nationale belang. Hoe meer landen onze rechten terugdraaien in naam van de nationale veiligheid, des te groter het gevaar op het totale failliet van de universele mensenrechten.

Vreedzame manifestaties zoals de Internationale Vrouwenmars in Mexico, de protesten voor democratie in Gambia en de Ayotzinapa-studentendemonstraties in Mexico moeten een inspiratie voor ons allen zijn om in beweging te komen en onze vrijheden te verdedigen.

‘We kunnen niet op regeringen bouwen wat betreft de bescherming van mensenrechten, dus we moeten zelf in actie komen’, zegt Salil Shetty, secretaris-generaal van Amnesty International.

Het jaar in beeld

Vluchtelingencrisis

Veel regeringen draaiden vluchtelingen en migranten – vaak makkelijke zondebokken – de rug toe. In 2016 schonden 36 landen internationale wetgeving door vluchtelingen terug te sturen naar landen waar ze te maken zouden krijgen met marteling, geweld en de doodstraf. Waar Australië asielzoekers vreselijk laat lijden op de nabijgelegen eilanden Nauru en Manus, sloot de EU een illegale en roekeloze deal met Turkije om vluchtelingen naar dat land terug te sturen. En dat terwijl Turkije hun mensenrechten niet kan beschermen.

Verenigde Staten

De giftige retoriek van Donald Trump tijdens zijn presidentscampagne was een voorbeeld van de agressieve politiek van verdeeldheid zaaien, die wereldwijd opgeld doet. Overal zetten leiders angst, schuld en verdeeldheid in als politiek instrument.

Syrië
Syrische stad Aleppo, 12 oktober 2016.
© Ameer Alhalbi/AFP/Getty Images

Het conflict in Syrië duurde ook in 2016 voort en had een internationale dimensie. De Syrische regering en de met haar samenwerkende milities voerden grootschalige aanvallen uit in heel het land. Daarbij kwamen duizenden mensen om, raakten gewond of werden verdreven. Tienduizenden anderen zijn nog steeds vermist of zitten gevangen, waarbij ze het risico lopen te worden gemarteld. In december nam de VN een resolutie aan die het onderzoek naar de ernstige misdaden die sinds 2011 in Syrië zijn begaan, en de vervolging van daders, moet bewerkstelligen.

Filippijnen

De Filipijnse regering startte een campagne in de strijd tegen drugs, waarbij meer dan zesduizend mensen werden gedood. Deze moorden volgden op de verkiezing van Duterte als president. Hij keurde in het openbaar meerdere malen het arresteren en doden van drugshandelaren en –gebruikers goed.

Jemen

Een jongen uit de Jemenitische stad Taez kijkt uit over de verwoestte gebouwen, 3 februari 2016.
© Ahmad Al-Basha/AFP/Getty Images

Alle partijen in het nog steeds voortdurende conflict in Jemen maakten zich schuldig aan oorlogsmisdaden en andere ernstige schendingen van het internationale recht. Er heerste straffeloosheid. De door Saudi-Arabië geleide coalitie bombardeerde ziekenhuizen en andere burgerdoelen en maakte zich schuldig aan willekeurige aanvallen, waarbij burgers om het leven kwamen en gewond raakten. De Houthis en de met hen samenwerkende partijen voerden willekeurige bombardementen op woonwijken uit.

Turkije

Na een gewelddadige couppoging greep de regering hard in. Ambtenaren en ngo’s waren daarbij het voornaamste doelwit. 90.000 ambtenaren werden ontslagen en honderden mediabedrijven en ngo’s werden gesloten. Tijdens de zes maanden durende noodtoestand zaten 40.000 mensen in voorarrest. Er zijn bewijzen voor wijdverspreide marteling van gevangenen. Journalisten, activisten en parlementsleden werden opgepakt.

Myanmar

Rohingya vlakbij de stad Sittwe, 3 mei 2016
© Soe Zeya Tun/Reuters

Het geweld tegen en de discriminatie van de Rohingya-minderheidsgroep in Myanmar nam toe, evenals de religieuze intolerantie en het anti-moslim-sentiment. In het noorden van het land escaleerden de gevechten tussen het leger en gewapende etnische groepen. De regering legde verdere beperkingen op aan de VN en andere hulporganisaties bij de toegang tot ontheemde gemeenschappen.

Zuid-Sudan

Ondanks het vredesverdrag hielden de gevechten tussen de regering en oppositietroepen aan. Die gingen gepaard met schendingen van internationale mensenrechten. Er werd een overgangsregering gevormd, maar na gevechten tussen de regering en oppositietroepen viel deze al snel weer uit elkaar. De voortdurende gevechten hadden desastreuze gevolgen voor de burgerbevolking.

Irak

Luchtaanval in Mosul, Irak
© Goran Tomasevic/Reuters

Regeringstroepen, paramilitaire milities en IS begingen oorlogsmisdaden en ernstige mensenrechtenschendingen. IS-strijders executeerden tegenstanders en burgers, verkrachtten en martelden gevangenen, gebruikten burgers als menselijk schild en zetten kindsoldaten in. De milities maakten zich schuldig aan executies en martelden burgers die IS-gebieden ontvluchtten. Duizenden mensen werden op verdenking van banden met IS zonder proces gevangengezet, en marteling in gevangenschap kwam veel voor.

Sudan

De veiligheids- en humanitaire situatie in Darfur bleef slecht. Het gewapende conflict ging in 2016 zijn dertiende jaar in. Regeringstroepen lanceerden een grootschalige militaire operatie in het Jebel Marra-gebied. Regeringstroepen gebruikten herhaaldelijk chemische wapens in gebieden waar burgers wonen, zo bleek uit aangetroffen bewijsmateriaal. Daarnaast begingen de troepen nog meer misdaden onder internationale wetgeving, zoals het bombarderen van burgers, moorden, het ontvoeren en verkrachten van vrouwen, en de vernietiging van complete dorpen.


Wereldwijde inperking van mensenrechten

Enorme politieke veranderingen in 2016 lieten zien hoe haatdragende retoriek de donkere kant van de menselijke natuur naar boven kan halen. Trump (VS), Orban (Hongarije), Modi (India), Erdogan (Turkije) of Duterte (Filipijnen): steeds meer politici zien zichzelf als strijders tegen de elite en demoniseren hele groepen mensen, die worden opgejaagd, tot zondebok gemaakt en ontmenselijkt. En dat alles om de stem van de kiezer te winnen.

Putin en Assad.
© Alexei Druzhinin, Sputnik, Kremlin Pool Photo via AP

Deze retoriek zal een steeds grotere impact hebben op het beleid. In 2016 knepen regeringen een oogje toe bij oorlogsmisdaden, drukten deals door die het recht op asiel ondermijnen, namen wetten aan die de vrije meningsuiting schenden, moedigden het doden van mensen aan vanwege het simpele feit dat ze drugs gebruiken, keurden massasurveillance goed, en breidden de draconische macht van de politie uit.

Hoe meer landen het niet zo nauw nemen met de fundamentele mensenrechten in eigen land, hoe minder leiderschap we wereldwijd zien. Regeringen overal ter wereld zullen zich dan gesterkt voelen om minder aandacht aan de mensenrechten te besteden.

Dit kan desastreuze gevolgen hebben, zeker gezien de teleurstellende wereldwijde respons op de gruweldaden die in 2016 gepleegd werden; de wereld keek toe terwijl zaken in Aleppo, Darfur en Jemen hun beloop namen.

In sommige landen, zoals Bahrein, Egypte, Ethiopië, de Filipijnen en Turkije, werden opstanden hard aangepakt. Andere landen pasten vergaande veiligheidsmaatregelen toe, zoals de nog steeds voortdurende noodtoestand in Frankrijk en de ongekende surveillance-wetten in het Verenigd Koninkrijk. Daarnaast zagen we een toename van anti-feministische en anti-LHBTI-retoriek. Zo werd in Polen getracht om vrouwenrechten terug te draaien, waarop massale protesten volgden.


In getallen

  • In ten minste 23 landen werden oorlogsmisdaden begaan.
  • 36 landen stuurden illegaal vluchtelingen terug naar landen waar zij gevaar liepen.
  • In 22 landen werden mensen gedood omdat ze vreedzaam opkwamen voor hun mensenrechten.

Tijd om voor onze rechten op te komen

We kunnen niet op regeringen vertrouwen om onze vrijheden te beschermen. Daarom moeten we zelf in actie komen tegen de inperking van lang verworven mensenrechten. We moeten vechten tegen de drogredenering dat we onze rechten moeten inwisselen voor welvaart en veiligheid.

Demonstratie in Athene ter ondersteuning van vluchtelingen en migranten, augustus 2016
© Louisa Gouliamaki/AFP/Getty Images

We moeten ons laten inspireren door de dappere activisten uit het verleden. In donkere tijden hebben individuen het verschil gemaakt door in opstand te komen. Denk aan de burgerrechtenactivisten in de VS, de anti-apartheidsactivisten in Zuid-Afrika of de vrouwenrechten- en LHBTI-bewegingen wereldwijd.

Individuen kunnen écht het verschil maken bij het verdedigen van de mensenrechten. Maar wereldwijde solidariteit is cruciaal als we elkaar willen beschermen tegen regeringen die een afwijkende mening als een bedreiging zien van de nationale veiligheid en economische ontwikkeling.

‘Iedere brief, ieder bezoek, ieder woord gaf ons kracht en sterkte ons in deze lange maar rechtvaardige strijd voor vrijheid en democratie,’ zei Yves Makwamba, een activist uit de DRC die in augustus 2016 uit de gevangenis werd vrijgelaten.


Goed nieuws

Phyoe Phyoe Aung, Myanmar

Phyoe Phyoe Aung wordt verwelkomd door familie bij de rechtbank, april 2016.
© Ye Aung Thu/AFP/Getty Images

Werd in april 2016 vrijgelaten. Amnesty-aanhangers uit de hele wereld schreven meer dan 394.000 brieven, e-mails en tweets voor haar. Ze kwam samen met veel andere student-activisten vrij.

Yecenia Armenta, Mexico

© Brito

Kwam in juni 2016 uit de gevangenis. Ze werd op 10 juli 2012 vastgezet, geslagen, bijna verstikt en verkracht tijdens een vijftien uur lange martelsessie. Ze werd gedwongen te ‘bekennen’ dat ze betrokken was bij de moord op haar man. Amnesty-aanhangers kwamen ongeveer 300.000 keer voor haar in actie.

Fred Bauma & Yves Makwamba, DRC

Fred Bauma en Yves Makwamba bij hun vrijlating, augustus 2016, DRC
© This still is taken from a Smart phone video

Eind augustus 2016 mochten ze de gevangenis verlaten. 170.000 mensen kwamen in actie voor de twee jeugdactivisten uit de Democratische Republiek Congo. Tien van hun mede-activisten van de LUCHA-jeugdbeweging werden in 2016 ook vrijgelaten.

Konstyantyn Beskorovaynyi, Oekraïne

Kostyantyn Beskorovaynyi
© Amnesty International

Dankzij de druk van mensen die Amnesty steunen werd hij in februari 2016 vrijgelaten. Na intensief lobbyen door Amnesty International en Human Rights Watch kwamen in juli en augustus nog twaalf mannen en een vrouw vrij. De hoofdaanklager van de Oekraïense militaire rechtbank beloofde een onderzoek naar de beweringen van Kostyantyn dat leden van de veiligheidsdienst hem ontvoerd en gemarteld hadden.

Mahmoud Hussein, Egypte

© privéfoto

Werd in maart 2016 vrijgelaten. De twintigjarige student zat meer dan twee jaar zonder proces in de gevangenis voor het dragen van een anti-martel-T-shirt. Hij werd in 2014 op achttienjarige leeftijd gearresteerd. Wereldwijd kwamen 145.000 mensen voor hem in actie.

Chelsea Manning, Verenigde Staten

Chelsea Manning
© privéfoto

Met minder dan een week te gaan als president, verkortte Obama in januari 2017 Chelsea Mannings gevangenisstraf. Manning komt nu in mei 2017 vrij in plaats van in 2045. Manning zat een 35-jarige straf uit in een zwaarbeveiligde gevangenis. Ze was veroordeeld voor het publiceren van informatie die in de richting wees van door het Amerikaanse leger gepleegde misdaden onder internationale wetgeving, en mensenrechtenschendingen. Amnesty International voerde jarenlang actie voor haar vrijlating.