Familie en dorpsbewoners treuren bij de kist van Balkisun Mandal Khatwe uit Nepal die in Qatar werkte en daar overleed
© Niranjan Shrestha/AP/Shutterstock

Wanhopige families willen onderzoek naar doodsoorzaak arbeidsmigranten in Qatar

De Qatarese autoriteiten hebben het afgelopen decennium nagelaten om de dood van duizenden arbeidsmigranten te onderzoeken, ondanks dat er bewijs is dat de sterfgevallen verband houden met extreme hitte en onveilige arbeidsomstandigheden.

Het nieuwe Amnesty-rapport In the Prime of their Lives, beschrijft hoe Qatar routinematig overlijdensakten afgeeft voor arbeidsmigranten zonder adequaat onderzoek te doen naar de doodsoorzaak. Vaak wordt hun dood toegeschreven aan ‘natuurlijke oorzaken’ of ‘een hartstilstand’. Deze vage termen zeggen niks over onderliggende oorzaken. Hierdoor wordt nabestaanden de mogelijkheid ontnomen om erachter te komen wat er met hun geliefden is gebeurd en kunnen zij ook geen compensatie krijgen van de autoriteiten van Qatar. Veel nabestaanden hebben financiële problemen na het verlies van hun belangrijkste kostwinner.

Extreem klimaat

Amnesty International benadrukt de risico’s voor werknemers van het extreme klimaat van Qatar, met temperaturen die kunnen oplopen tot 40°C in combinatie met zeer lange, lichamelijk erg zware werkdagen. Qatar heeft onlangs een aantal maatregelen genomen om de werknemers beter te beschermen, maar desondanks zijn er nog steeds grote risico’s. Bovendien hebben de autoriteiten weinig gedaan om na te gaan in hoeveel gevallen de hitte een rol speelde bij de dood van arbeidsmigranten.

Amnesty International raadpleegde vooraanstaande medische experts en beoordeelde overheidsgegevens met betrekking tot duizenden doden. Daarnaast werd een analyse gemaakt van achttien overlijdensakten en interviewden Amnesty-onderzoekers de families van zes mannen uit Bangladesh en Nepal die allemaal tussen de 30 en 40 jaar waren toen ze stierven.

Jong en gezond

‘Als relatief jonge en gezonde mannen plotseling overlijden na lange werkdagen in extreme hitte, roept dat de vraag op of de arbeidsomstandigheden in Qatar wel veilig zijn’, zegt Dagmar Oudshoorn, directeur van Amnesty Nederland. ‘Doordat de onderliggende oorzaken van de dood van arbeidsmigranten niet is onderzocht, negeren de Qatarese autoriteiten waarschuwingssignalen die, indien aangepakt, levens kunnen redden.’

‘We dringen er bij de Qatarese autoriteiten op aan om alle sterfgevallen van arbeidsmigranten grondig te onderzoeken. Als werknemers zijn blootgesteld aan gevaarlijke omstandigheden zoals extreme hitte en er geen andere doodsoorzaak kan worden vastgesteld, moet Qatar de families voldoende compensatie bieden en onmiddellijk actie ondernemen om andere werknemers te beschermen’, zegt Oudshoorn.

Epidemiologische experts vertelden Amnesty dat het in een goed toegerust gezondheidssysteem mogelijk zou moeten zijn om iemands exacte doodsoorzaak vast te stellen. Slechts in 1 procent van de gevallen lukt dat niet.

Het aantal onverklaarbare sterfgevallen

Officiële Qatarese statistieken laten zien dat meer dan 15.000 niet-Qatari’s – van alle leeftijden en beroepen – tussen 2010 en 2019 stierven. Amnesty analyseerde de gegevens van sterfgevallen uit verschillende bronnen en maakt daar uit op dat de doodsoorzaak in veel gevallen niet verklaard wordt.

Uit gegevens van de overheid van Bangladesh blijkt bijvoorbeeld dat 71 procent van de sterfgevallen van Bengalese staatsburgers in Qatar tussen november 2016 en oktober 2020 door de Qatarese autoriteiten werd toegeschreven aan ‘natuurlijke oorzaken’. En uit een onderzoek van de Britse krant The Guardian bleek ook dat 69 procent van de sterfgevallen onder Indiase, Nepalese en Bengalese arbeiders tussen 2010 en 2020 te wijten waren aan natuurlijke oorzaken.

Dr. David Bailey, een vooraanstaand patholoog en lid van de WHO-werkgroep over overlijdensverklaringen, vertelde Amnesty International: ‘Deze formuleringen mogen niet op een overlijdensakte worden gezet zonder een verdere kwalificatie die de onderliggende oorzaak uitlegt. In wezen sterft uiteindelijk iedereen aan ademhalings- of hartfalen. Die termen zijn zinloos zonder een verklaring wat daarvan de reden is.’

Gezondheidsrisico’s door extreme hitte

Amnesty heeft de dood van zes arbeidsmigranten uit Nepal en Bangladesh in detail onderzocht. Het gaat om vier bouwvakkers, een bewaker en een vrachtwagenchauffeur. Geen van de mannen had bekende onderliggende gezondheidsproblemen en ze hadden allen de verplichte medische tests doorstaan ​​voordat ze naar Qatar reisden. Geen van hun families heeft compensatie ontvangen.

Manjur Kha Pathan (40) werkte 12 tot 13 uur per dag als vrachtwagenchauffeur. Hij had geklaagd dat de airconditioning in zijn cabine defect was. Manjur stortte in in zijn accommodatie en stierf voordat de ambulance arriveerde op 9 februari 2021. Sujan Miah (32) werkte aan een pijpleidingproject in de woestijn. Zijn collega’s vonden hem op de ochtend van 24 september 2020 dood in zijn bed. In de vier dagen voorafgaand aan zijn dood was de temperatuur hoger dan 40°C geweest.

Tul Bahadur Gharti (34) werkte in de bouw. Hij stierf in zijn slaap op 28 mei 2020, na zo’n 10 uur gewerkt te hebben bij een temperatuur van 39°C. Suman Miah (34) werkte in de bouw. Hij stierf op 29 april 2020 na een lange werkdag bij een temperatuur van 38°C. Yam Bahadur Rana (34) werkte als bewaker op de luchthaven, een baan waarbij hij lange uren buiten in de zon zit. Hij stierf tijdens het werk op 22 februari 2020. Mohammad Kaochar Khan (34) werkte als stukadoor. Hij werd op 15 november 2017 dood in zijn bed gevonden.

Amnesty sprak met de families van de mannen in Nepal en Bangladesh. Zij benadrukten dat ze dachten dat de mannen in goede gezondheid verkeerden. Verschillende familieleden beschreven de extreme hitte en moeilijke omstandigheden waaraan hun mannen regelmatig waren blootgesteld op het werk.

Bhumisara, de vrouw van Yam Bahadur Rana vertelde: ‘[Mijn man] moest vaak lang in de zon zitten. Ik heb het gevoel dat hij een hartaanval heeft gehad door de droogte en de hitte, want ik heb nooit gehoord dat hij ziek was.’

‘Ik heb hem nooit horen zeggen dat hij ziek was… het was moeilijk te geloven toen ik het nieuws van zijn plotselinge dood hoorde…’, vertelde Bipana, de vrouw van Tul Bahadur Gharti. ‘Mijn man is in brand gezet.’

Dood had voorkomen kunnen worden

De gezondheidsrisico’s van extreme hitte en vochtigheid in Qatar, verergerd door lange en fysiek inspannende werkdagen, zijn goed gedocumenteerd. In 2019 heeft de Qatarese regering opdracht gegeven voor een onderzoek hiernaar door het in Griekenland gevestigde FAME-laboratorium. Het ontdekte dat werknemers die op dat moment alleen de minimale bescherming kregen die vereist was door de Qatarese wet, een aanzienlijk hoger risico op een hitteberoerte liepen dan een groep die deelnam aan een WK-project, waar de beschermingsnormen voor werknemers over het algemeen hoger liggen.

Een studie in het wetenschappelijk tijdschrift Cardiology uit 2019 legt een correlatie tussen hitte en de dood van Nepalese arbeidsmigranten in Qatar en concludeerde dat ‘maar liefst 200 van de 571 cardiovasculaire sterfgevallen [van Nepalese arbeidsmigranten] in de periode 2009-2017 voorkomen hadden kunnen worden als effectieve maatregelen ter bescherming tegen de hitte waren doorgevoerd’.

Maatregelen tegen hittestress

In Qatar was het al verboden om tijdens de heetste uren van de dag te werken tussen 15 juni en 31 augustus. In mei 2021 is die periode verlengd van 10.00 tot 15.30 uur tussen 1 juni tot 15 september. Er kwam ook een verbod op buiten werken wanneer de gevoelstemperatuur 32 graden bereikt, gebaseerd op een index die warmte en vochtigheid meet. De nieuwe wetgeving geeft werknemers ook het recht om te stoppen met werken en een klacht in te dienen bij het ministerie van Administratieve Ontwikkeling, Arbeid en Sociale Zaken als ze zich zorgen maken over hittestress.

Professor David Wegman, een expert op het gebied van gezondheid en veiligheid in de bouwsector, vertelde Amnesty dat hoewel de nieuwe wet een verbetering is, deze ‘nog lang niet voldoet aan wat nodig is voor de bescherming van arbeiders die worden blootgesteld aan allerlei soorten hittestress’. Hoewel de nieuwe regels wat meer bescherming bieden, ontbreken verplichte rustperiodes die van cruciaal belang zijn. In plaats daarvan hebben werknemers het recht om bij warm weer in hun ‘eigen tempo’ te werken.

Gezien de extreem ongelijke machtsverhoudingen tussen werknemers en werkgevers in Qatar, benadrukten experts die Amnesty raadpleegde, dat het voor veel werknemers onwaarschijnlijk is dat ze in hun ‘eigen tempo’ gaan werken en dat de veiligheid van werknemers ‘in hoge mate afhankelijk’ is van verplichte pauzes.

‘Al onze dromen spatten uiteen’

Geen van de families die Amnesty sprak, kreeg enige vorm van autopsie aangeboden om de onderliggende doodsoorzaak van hun dierbaren te achterhalen. Als gevolg daarvan kon niet worden vastgesteld of de arbeidsomstandigheden aan de dood hadden bijgedragen. Hierdoor was het niet mogelijk om compensatie te vragen aan de werkgevers of de Qatarese autoriteiten.

Amnesty ontmoette de familie van Suman Miah thuis in Bangladesh. Collega’s van Suman brachten hen van zijn overlijden op de hoogte. Ze werden niet benaderd door de Qatarese autoriteiten en kregen ook geen autopsie aangeboden. ‘Ik kon het nieuws eerst niet geloven. Ik had hem een ​​paar uur eerder nog gesproken’, zei Sumans vrouw Sumi Akter.

De Bijstandsraad van Bangladesh gaf Sumans familie 300.000 Bengalese taka (ongeveer 3.000 euro), maar dit geld werd gebruikt om de schulden af ​​te betalen die Suman had gemaakt om de bemiddelingskosten te betalen om in Qatar te mogen werken.

Mohammad Kaochar Khan had ook bemiddelingskosten betaald om een baan in Qatar te krijgen. Zijn familie had de 350.000 Bengalese taka (ongeveer 3.500 euro) gedeeltelijk gefinancierd door land te verkopen en leningen aan te gaan. Ze kregen ook financiële steun van de regering van Bangladesh, waarmee ze de schuld van Mohammad afbetaalden. Mohammeds broer Didarul Islam vertelde Amnesty: ‘Al onze dromen spatten uiteen toen mijn broer stierf. Hij hoopte dat onze levensstandaard zou verbeteren, maar we hebben nooit geld kunnen sparen omdat het grootste deel van zijn loon werd gebruikt om de bemiddelingskosten terug te betalen.’

Cyclus van uitbuiting

De problemen waarmee deze families nu worden geconfronteerd, illustreren de cyclus van uitbuiting waarin zoveel arbeidsmigranten in Qatar verstrikt raken. Sinds Qatar in 2010 door de FIFA de organisatie van het Wereldkampioenschap voetbal in 2022 kreeg toegewezen, heeft het land verschillende belangrijke hervormingen doorgevoerd in zijn arbeidswetten. Maar een groot probleem is dat deze lang niet altijd worden ingevoerd en dat de handhaving zwak is. Daardoor blijft de uitbuiting voortduren. Veel arbeidsmigranten blijven overgeleverd aan gewetenloze werkgevers, die ongestraft misstanden mogen plegen.

Amnesty’s oproep

Amnesty International roept Qatar op om zijn wetten aan te scherpen om werknemers te beschermen tegen extreme hitte, door onder meer verplichte rustpauzes in te voeren. Ook moet Qatar het onderzoek, de certificering en de compensatie voor de nabestaanden van gestorven arbeidsmigranten verbeteren.

‘Qatar moet een gespecialiseerd team oprichten om de dood van elke werknemer goed te onderzoeken. Ook moet het ervoor zorgen dat compensatie wordt betaald in elk geval waarin arbeidsomstandigheden, zoals blootstelling aan extreme hitte, niet kunnen worden uitgesloten als een factor die aan de dood heeft bijgedragen’, zegt Dagmar Oudshoorn. ‘Qatar is een van de rijkste landen ter wereld – het kan het zich niet alleen veroorloven om veel beter te doen, het is ook verplicht om dat te doen.’

 

Lees meer over arbeidsmigranten in Qatar.

Meer over dit onderwerp