Vluchtelingenplannen kabinet schieten op cruciale punten tekort
‘Ondanks alles lijkt het kabinet zich nog steeds vooral te richten op Europa’s problemen mét vluchtelingen en in veel mindere mate op de problemen ván vluchtelingen’, aldus Eduard Nazarski, directeur van Amnesty International.
Blik naar buiten
Het kabinet laat met de brief zien de vluchtelingencrisis niet alleen nationaal, maar ook Europees en internationaal te willen benaderen. Amnesty International is blij dat hierbij het verbeteren van opvang in de regio en het bieden van veilige mogelijkheden om naar Europa te komen door hervestiging centraal worden gesteld. Ook is het goed te zien dat het kabinet bereid is acute noodsituaties in Europa zelf aan te pakken door herverdeling van asielzoekers te ondersteunen.
Geen extra hervestiging?
Toch roept de invulling van de kabinetsplannen, zowel op korte als op lange termijn, bij Amnesty grote vragen op. Zo geeft het kabinet geen enkele indicatie dat het zelf substantieel meer zal doen om hervestiging van bijvoorbeeld Syrische vluchtelingen uit de overbelaste regio te regelen. Het kabinet verschuilt zich hier achter algemeenheden dat er een ‘gezamenlijk EU-hervestigingsprogramma’ moet komen. Nu dit mogelijk nog jaren ver weg is, zou Nederland per direct haar hervestigingsquotum moeten ophogen om Syrische en andere vluchtelingen een weg naar veiligheid en een toekomstperspectief in Europa te bieden.
Toekomstperspectief
Ook spreekt de brief over het verbeteren van opvang in de regio, om daar toekomstperspectief te bieden. Iedere invulling hieraan ontbreekt vrijwel geheel, behalve het (overigens welkome) gebaar 110 miljoen euro ter beschikking te stellen. Maar dit is slechts 2,5% van de 4,2 miljard euro die de Verenigde Naties nu tekortkomen voor de humanitaire noodhulp aan Syrië en haar buurlanden. Het is vanuit dit oogpunt moeilijk te zien welk ‘toekomstperspectief’ het kabinet in de regio wil creëren. ‘Het extra hulpgeld is natuurlijk welkom, maar waarom zet het kabinet zich niet in voor een Europese toezegging waarmee in één klap de humanitaire hulp voor dit jaar is gegarandeerd?’
Daarnaast mist Amnesty in de plannen iedere visie op het tegengaan van mensenrechtenschendingen die ten grondslag liggen aan veel vluchtelingenstromen. Zo wordt bijvoorbeeld niet ingegaan op hoe de EU effectiever kan optreden tegen een land als Eritrea, een notoire mensenrechtenschender en belangrijk land van herkomst van vluchtelingen. Of hoe de EU zich harder kan verzetten tegen schendingen van het oorlogsrecht, zoals door bondgenoot Saudi-Arabië in Jemen.
Vluchtelingen helpen door Europese grenzen te sluiten?
Het meest zorgelijke vindt Amnesty International dat het kabinet – als langetermijnuitkomst – expliciet gaat proberen een einde te maken aan het behandelen van asielzaken van vluchtelingen die rechtstreeks naar Europa komen. Het categoriaal uitsluiten van bepaalde groepen asielzoekers van de asielprocedure omdat ze uit ‘veilige landen’ komen kan hen in grote problemen brengen. Zo kan nooit honderd procent worden vastgesteld dat een land per definitie voor iedereen veilig is en blijft dus een individuele beoordeling nodig. Dit is al helemaal zo in instabiele landen in de regio waar de meeste vluchtelingen worden opgevangen. Eduard Nazarski: ‘Het zou mooi zijn als asiel aanvragen in Europa op termijn onnodig zou worden, maar dit onmogelijk maken mag nooit het doel zijn.’
Dubieuze landen als voorstoppers van Europa?
Tenslotte staat in de kabinetsbrief het een en ander over samenwerking met herkomst-en transitlanden, om terugkeer te stimuleren en migratie te reguleren. Hierbij wordt gewezen op verschillende landen met een (zeer) slechte staat van dienst op het gebied van het respecteren van rechten van vluchtelingen en migranten. Het kabinet zou nu vooral moeten inzetten op het verbeteren van die rechten, bijvoorbeeld door te investeren in goede, eerlijke asielprocedures in die landen. Nu dreigt het gevaar dat deze landen, met Europees geld of onder Europese druk, zich vooral gaan toeleggen op het stoppen van vluchtelingen en migranten. Uit eerder Amnesty-onderzoek in Mauretanië blijkt dat dit vaak met harde hand gebeurt. Amnesty International vindt het belangrijk dat deze risico’s duidelijker in EU-plannen terugkomen en dat maatregelen worden getroffen dat samenwerking niet tot mensenrechtenschendingen leidt.