Veroordeling Bouterse voor medeplichtigheid Decembermoorden
Het Surinaamse Hof van Justitie in Paramaribo bevestigde vandaag de veroordeling van oud-president Desi Bouterse voor medeplichtigheid bij de Decembermoorden van 1982. De rechtszaak tegen Bouterse duurde 16 jaar. De uitspraak is een belangrijk moment voor de nabestaanden en hun strijd voor gerechtigheid.
Op 25 februari 1980 pleegden onderofficieren van het Surinaamse leger een staatgreep. Desi Bouterse was een van hen. Op 7 december 1982 werden 16 tegenstanders van het nieuwe militaire bewind thuis opgepakt. Ze werden afgevoerd naar Fort Zeelandia, destijds het hoofdkwartier van Bouterse, en 15 van hen werden geëxecuteerd. De mannen waren journalisten, advocaten, professoren, vakbondsleden, soldaten en zakenmannen. De precieze omstandigheden van de executies zijn niet bekend. Uit later onderzoek bleek dat de mannen gemarteld en mishandeld waren. De gebeurtenissen kwamen bekend te staan als de Decembermoorden.
Rechtszaak
Iets meer dan 23 jaar geleden opende in Suriname het strafrechtelijk onderzoek naar de Decembermoorden. Er waren veel hindernissen op de weg, zoals de presidentiële macht van hoofdverdachte Bouterse en een onrechtmatige amnestiewet. De uitspraak van vandaag is een overwinning, niet alleen voor de nabestaanden van de slachtoffers, maar ook voor de rechtsstaat in Suriname.
De rechter in Suriname heeft duidelijk gemaakt dat moord moord is. En dat niemand, zelfs niet een legerleider of een president, boven de wet staat.
Straffeloosheid voor ernstige mensenrechtenschendingen is op veel plekken in de wereld aan de orde van de dag. Maar vandaag laat Suriname zien dat het anders kan.
In 2012 verklaarde Amnesty International: ‘President Bouterse mag niet weglopen van zijn verantwoordelijkheden bij de marteling en dood van 15 mensen in Suriname in december 1982.’ En dat gebeurt niet meer.