Toezeggingen korpschef politie onacceptabel
Uit een vandaag door het NRC gepubliceerd artikel blijkt dat de korpschef van de nationale politie de agenten die betrokken zijn bij de dood van Mitch Henriquez heeft verzekerd dat ‘wat er ook gebeurt’ zij niet worden ontslagen. Ook heeft de korpschef toegezegd dat de financiële en andere gevolgen van hun buitenfunctiestelling worden teruggedraaid.
De korpschef deed deze belofte terwijl het strafrechtelijk onderzoek naar het optreden van de agenten vooraf, tijdens en na de dodelijke arrestatie van Henriquez nog gaande was. Deze toezeggingen gelden dus kennelijk ook als de rechter zal oordelen dat de agenten strafrechtelijk (sterk) verwijtbaar hebben gehandeld.
De politieleiding geeft daarmee het signaal af zich niets aan te trekken van het oordeel van de rechter; agenten staan boven de (straf)wet. Daarmee toont zij een gebrek aan respect voor de democratische rechtsstaat.
De politie is verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde en het opsporen van strafbare feiten. Het is onacceptabel dat de politie zelf, nog voordat een rechter heeft geoordeeld, politiefunctionarissen beloftes doet ter compensatie van een mogelijke veroordeling.
Uiteraard mogen politiemedewerkers steun van hun werkgever verwachten. Maar dit soort ‘solidariteit’, nota bene in een zaak waarin politiegeweld heeft geleid tot de dood van een burger, is verbijsterend. Een sterke onderlinge solidariteit is de politieorganisatie eigen, maar heeft als keerzijde dat normoverschrijdingen niet altijd gemeld, onderzocht en beoordeeld worden.
Leidinggevenden binnen de politie moeten uiteraard betrokken zijn bij hun medewerkers, maar zij moeten ook distantie bewaren. Zij moeten immers ingrijpen wanneer agenten in strijd handelen met de regels en mogen disciplinaire of strafrechtelijke consequenties daarvan niet in de weg staan.
De toezeggingen die gedaan zijn aan de verdachte agenten voeden het onbegrip en de twijfel bij burgers over zowel het politieoptreden als de waarheidsvinding naar de dood van Mitch Henriquez.
Vooral geweldstoepassing door politiefunctionarissen moet zeer zorgvuldig worden geregistreerd en intern en – zo nodig – extern worden getoetst en verantwoord. En dat is alleen mogelijk als de politieorganisatie integer is. Twijfel aan díe integriteit heeft de politie nu zelf over zich afgeroepen. De politie heeft daarmee de zorgen in de samenleving over het onbestraft blijven van disproportioneel geweldsgebruik bevestigd.
Naar aanleiding van het overlijden van Henriquez heeft Amnesty aangedrongen op een onderzoek dat breder is dan alleen een strafrechtelijk onderzoek. Een onderzoek waarin niet de mogelijke strafwaardigheid van het handelen van enkele agenten centraal staat, maar in de breedte wordt gekeken wat er mis is gegaan en hoe dit in de toekomst kan worden voorkomen.
Amnesty verwacht een duidelijke publiekelijke verklaring van de politie en helderheid over de status van de garanties die door de korpschef zijn gegeven.