Servië: Roma en mensen met een beperking de dupe van systeem voor sociale voorzieningen
Door armoede geteisterde en gemarginaliseerde gemeenschappen in Servië komen nog verder in de problemen door een geautomatiseerd systeem voor sociale voorzieningen, zegt Amnesty International in een vandaag gepubliceerd rapport. Het systeem wordt gefinancierd door de Wereldbank.
Het rapport met de titel Trapped by Automation: Poverty and Discrimination in Serbia’s Welfare State doet uit de doeken hoe velen – vooral Roma en mensen met een beperking – hun rekeningen niet kunnen betalen en geen eten op tafel kunnen zetten. Dit nadat ze hun uitkering kwijtraakten na invoering van de zogenaamde Sociale Kaart.
‘Het Servische Sociale Kaart-register bewijst wat we al lang weten: automatisering van de gegevensverwerking in systemen voor sociale voorzieningen kan ongelijkheid en discriminatie verergeren en kan een groot risico betekenen voor de mensenrechten’, zegt Damini Satija van Amnesty International. ‘In plaats van uitkeringen eerlijker te maken, vallen duizenden mensen naast het sociale vangnet, dat hun enige bron van inkomsten is. Dit geldt vooral voor groepen die al gemarginaliseerd waren.’
De raakvlakken met het toeslagenschandaal in ons land zijn onmiskenbaar: ook in Servië verergert armoede, discriminatie en ongelijkheid door een onnauwkeurig, over-geautomatiseerd voorzieningensysteem. De invoering van de Sociale Kaart werkt dit in de hand. Het zijn vooral Roma en mensen met een beperking die een sociaal vangnet verliezen, gekort worden of een uitkering verliezen en in extreme armoede vervallen.
Oneerlijkheid in de hand gewerkt
Het Sociale Kaart-register werd in 2022 gelanceerd en had als doel om het socialezekerheidsstelsel van het land beter te maken. Het is een geautomatiseerd systeem dat bepaalt of iemand in aanmerking komt voor een uitkering. De claim was dat het socialezekerheidsstelsel er eerlijker van zou worden, maar het systeem heeft in veel gevallen het tegenovergestelde effect. In de 1,5 jaar sinds de invoering hebben sommige mensen die in extreme armoede leven hun uitkering volledig verloren of zijn erop gekort. Daardoor hebben ze grote financiële problemen en kunnen ze de meest elementaire zaken niet meer betalen.
Uit bestaande overheidsdatabases haalt het Sociale Kaart-register gegevens zoals inkomen, leeftijd, samenstelling van het huishouden, gezondheidstoestand en werksituatie. Daarmee wordt een sociaaleconomisch profiel opgesteld van mensen die een uitkering aanvragen en worden aanvragers van uitkeringen aangewezen om te worden beoordeeld door maatschappelijk werkers; dit heet een semi-geautomatiseerd besluitvormingsproces. De nauwkeurigheid van de gegevens in de brondatabases speelt een grote rol bij het garanderen van eerlijke aanvraagprocedures en het recht op een uitkering.
Levens gereduceerd tot datapunten
Maar het onderzoek van Amnesty International toont aan dat deze gegevens vaak van erbarmelijke kwaliteit zijn, vooral voor mensen uit gemarginaliseerde groepen van wie de dossiers in de overheidssystemen meestal niet up-to-date zijn. Door te vertrouwen op deze onnauwkeurige gegevens die niet regelmatig worden bijgewerkt, of op data die geen rekening houden met de complexe economische situatie van een persoon, is er een verhoogde kans op fouten. Daardoor krijgen mensen niet de uitkering waar ze recht op hebben.
Daarnaast is de rol van maatschappelijk werkers bij het verifiëren van de gegevens en documenten van aanvragers kleiner geworden. Voorheen gingen ze bij mensen op bezoek om ter plekke hun situatie te beoordelen. Maar het Sociale Kaart-register heeft de situatie van mensen die leven van informele arbeid gereduceerd tot datapunten. Die zijn bovendien vaak gebaseerd op verouderde informatie.
Uitkering onmiddellijk stopgezet
Een van de casussen in Amnesty’s rapport is die van Mirjana, die geen uitkering meer kreeg nadat een lokale mensenrechtenorganisatie had bijgedragen in de kosten van de begrafenis van haar dochter, die in 2023 onverwacht overleed. De donatie van 20 duizend Servische dinar (ongeveer 170 euro) die de organisatie op Mirjana’s bankrekening stortte, werd door het Sociale Kaart-register onmiddellijk aangemerkt als inkomen. Daardoor verloor ze van de ene op de andere dag het recht op een uitkering. Nog geen 2 maanden na het verlies van haar dochter belandde Mirjana in een langdurige bureaucratische strijd om haar uitkering terug te krijgen.
Gevangen in een bureaucratisch doolhof
Amnesty International stelde vast dat de lange, ingewikkelde bezwaarprocedure voor mensen die hun uitkering waren kwijtgeraakt, hen in sommige gevallen ontmoedigde om een klacht in te dienen. Daardoor kwam hun recht op bezwaar in feite te vervallen. In gevallen waarin de gegevens van ontvangers mogelijk onjuist of verouderd zijn, is het aan de ontvangers om het tegendeel te bewijzen en deze fouten te corrigeren. Binnen de bezwaartermijn van 15 dagen is dit vaak moeilijk, zo niet onmogelijk.
Maatschappelijk werkers vertelden mensen niet waarom hun uitkering was verlaagd of helemaal was stopgezet. Daardoor kwamen ze in een bureaucratisch doolhof terecht en moesten informatie opvragen bij verschillende overheidsinstanties, om zo te kunnen bepalen waar de fouten vandaan kwamen en om te proberen ze te herstellen. Wie eenmaal zijn uitkering is kwijtgeraakt moet 3 maanden wachten voordat hij of zij in aanmerking komt voor een nieuwe aanvraag, ongeacht of er een verandering is in de omstandigheden of de financiële behoefte. Hierdoor worden mensen die toch al wanhopig zijn tot armoede veroordeeld.
’Het Sociale Kaart-register heeft de bestaande tekortkomingen van het Servische socialezekerheidsstelsel vergroot’, zegt Damini Satija. ‘Het laat ook de zeer reële gevaren zien van het invoeren van automatisering zonder enige bescherming tegen mensenrechtenschendingen. Als er niet zorgvuldig mee wordt omgesprongen, kunnen gegevens gestuurde automatiseringssystemen gemakkelijk mechanismen van uitsluiting en onderdrukking worden.’
Rol van de Wereldbank
De Wereldbank ondersteunde de ontwikkeling van de Sociale Kaart met zowel technische begeleiding als financiële middelen. Dit maakt deel uit van het bredere programma van de Wereldbank rond het opzetten van dergelijke registers op het gebied van sociale bescherming. De Wereldbank heeft elders soortgelijke gegevens gestuurde sociale-register-databases gefinancierd of gepromoot, onder andere in Jordanië, Libanon, Haïti, Nigeria, Marokko, Angola, Montenegro en Bosnië en Herzegovina. Ook op andere plekken in de wereld is er sprake van soortgelijke vormen van uitsluiting.
‘De Wereldbank en overheden – ook in Servië – moeten goed onderzoeken welke mensenrechtenrisico’s dergelijke programma’s met zich meebrengen, zowel tijdens de ontwikkeling als de invoering ervan’, zegt Damini Satija. ‘Ze moeten zorgen voor systemen zonder potentiële bedreigingen voor de mensenrechten.’