Rijksrecherche-onderzoek naar dood Mitch Henriquez is onvoldoende
Amnesty International is geschokt door de dood van Mitch Henriquez. Over de omstandigheden rond het overlijden van Henriquez is nog veel onduidelijk. Het aangekondigde Rijksrecherche-onderzoek is een belangrijke stap, maar volgens Amnesty onvoldoende.
Om de kans op een dergelijke gebeurtenis te verkleinen moet kritisch worden gekeken naar het politieoptreden vanuit een breder perspectief dan alleen het strafrechtelijk-juridische. Er is alle reden voor een integrale evaluatie van het politieoptreden waarin expliciet onderzocht moet worden of discriminatie een rol heeft gespeeld.
Een Rijksrecherche-onderzoek is belangrijk voor het vaststellen van de toedracht rondom het overlijden van Mitch Henriquez, eventuele genoegdoening richting nabestaanden en zo nodig maatregelen tegen betrokken agenten.
Gezien het dramatische verloop op zaterdag en het overlijden van Henriquez op zondag, de ontstane commotie en de suggestie dat er sprake zou zijn van racistisch politieoptreden, stelt Amnesty dat een Rijksrecherche-onderzoek alleen onvoldoende is.
Immers een Rijksrecherche-onderzoek beperkt zich tot onderzoek naar het vermeend strafbare gedrag van de betrokken politieagenten. Dit in tegenstelling tot het type onderzoek waarin de behoorlijkheid en professionaliteit van het politieoptreden wordt onderzocht en getoetst, en algemene beleidsmaatregelen, instructies en trainingen worden geëvalueerd. Een andere beperking van Rijksrecherche-onderzoek is dat de onderzoeken (en de adviezen die daarop soms volgen) veelal niet worden gepubliceerd. Iets wat de politiek-maatschappelijke discussie kan belemmeren.
Voor een aanvullende onderzoek zou de minister van Veiligheid en Justitie een externe onderzoekscommissie kunnen instellen. Ook de Inspectie Veiligheid en Justitie kan zelf besluiten – of door de minister worden gevraagd – om een zogenaamd incidentonderzoek te doen. Ook de Nationale ombudsman kan besluiten tot een onderzoek uit eigen beweging.
Een breed evaluatief onderzoek moet uitdrukkelijk ingaan op de vraag in hoeverre negatieve stereotype opvattingen over Antilliaanse mannen een rol hebben gespeeld bij de (risico-)inschatting, de wijze van aanhouding en de behandeling na aanhouding van Henriquez.
Het is altijd lastig om in een onderzoek naar een individuele casus mogelijke discriminatie aannemelijk te maken. En in een strafrechtelijk onderzoek zoals dat van de Rijksrecherche is het nog lastiger om eventueel discriminerend elementen in het politieoptreden in juridische zin vast te stellen. Toch moet onderzoek naar het overlijden van Mitch Henriquez zich ook expliciet richten op de vraag of er discriminerende aspecten zijn in het optreden van politie rondom het overlijden van Henriquez.
In de afgelopen jaren is er onderzoek gedaan (onder andere door Amnesty) naar etnisch profileren en discriminatie door en binnen de Nederlandse politie. Gezien de uitkomsten van deze studies is effectief onderzoek naar de vraag of negatieve opvattingen over etnische minderheden een rol hebben gespeeld in het politieoptreden jegens Henriquez, gepast.