Eduard Nazarksi in de Olive Grove. Lesbos,
© Amnesty/Babs Assink

Regering wees moedig, neem duizend mensen op uit de kampen op de Griekse eilanden

Een week geleden bezochten wij een humanitair rampgebied: het Griekse eiland Lesbos. Artsen zonder Grenzen luidde onlangs nog de noodklok over de situatie van vluchtelingen op het eiland. Eindeloos wachten, zeer slechte tenten, onhygiënisch, onveilig, zelfmoordpogingen en paniekaanvallen. Kou. Kamp Moria gaat de vierde winter in. Wij spraken met bewoners en officials. Onze conclusie is simpel: die mensen moeten daar weg. En Nederland moet daarin een voortrekkersrol spelen.

U weet het misschien nog: vanaf 2015 kwamen er grote aantallen vluchtelingen per boot over de Middellandse Zee. Inmiddels is hun aantal afgenomen, mogelijk ook als gevolg van de Turkije-deal uit 2016. Volgens die afspraak tussen de EU en Turkije mogen vluchtelingen die over zee aankomen in Griekenland niet doorreizen, maar moeten zij daar een asielprocedure doorlopen of terug naar Turkije. De EU hielp met budget en expertise.

Overvol

Tweeënhalf jaar later is duidelijk wat de ernstige gevolgen daarvan zijn. De asielprocedures lopen nog steeds niet naar behoren. Daardoor worden maar weinig mensen naar Turkije of naar het vasteland van Griekenland gestuurd. Er zitten nu circa 19.000 mensen vast op de eilanden. De opvangkampen barsten uit hun voegen, met mensonterende omstandigheden tot gevolg.

In kamp Moria verblijven nu naar schatting 7000 mensen, terwijl de riolering is gemaakt voor 800. Er is één wc op tachtig mensen. Het kamp heeft volgens de Griekse overheid capaciteit voor de opvang van 3100 mensen, ¬volgens de UNHCR van slechts 2100 mensen.

We liepen door de ‘Olive Grove’ op de heuvel naast het kamp, een jungle van geïmproviseerde tenten van stukken plastic, pallets en vieze dekens. Overal zagen we kinderen van alle leeftijden spelen. Onderwijs is er niet. Gezondheidszorg schiet tekort. Een vrouw van in de zestig vertelt ons dat ze pijn in haar knieën en heupen heeft, en wijst op de drassige grond. Zij zou door mogen naar het vasteland, maar haar twee zoons mogen nog niet en niemand kan zeggen wanneer hun asielverzoek behandeld wordt. Als het regent, loopt het modderwater door de tenten. Soms zijn er wat afdakjes van fleecedekens. Overal hangt de geur van verrotting. En dat in onze EU.

Niet wegkijken

Op 10 december bestaat de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens zeventig jaar. Wij wijzen hier alleen op artikel 1 van die verklaring: Iedereen wordt vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Het is overduidelijk dat de menselijke waardigheid door de wijze van (niet) opvangen op de Griekse eilanden fundamenteel wordt aangetast. Maar om dat te begrijpen heb je niet eens een verdrag nodig. Je ziet de ellende, je voelt die, en je kan hem zelfs ruiken.We mogen daarvoor niet wegkijken. Daarom moeten we niet langer juridische of politieke discussies voeren. Om de menselijke waardigheid enigszins te herstellen moeten de mensen daar weg.

Daarvoor is moed nodig. Het debat over vluchtelingen is verhit en gepolariseerd. Iemand moet de moed hebben om het voortouw te nemen om deze situatie te beëindigen. Nederland zou dat kunnen. Een actie puur op humanitaire gronden. Medemenselijkheid is immers niet politiek, is rechts noch links. Daarom is onze oproep aan de regering: laat duizend mensen van de Griekse eilanden naar Nederland overkomen om hier de asielprocedure te doorlopen. Een andere EU-land, Portugal, gaf onlangs al het goede voorbeeld door toe te zeggen over een bepaalde periode duizend mensen over te nemen.

Laat ons dit voorbeeld volgen: een noodmaatregel die past bij deze nood¬situatie.

Eduard Nazarski, directeur Amnesty International Nederland

Adriaan Stoop, advocaat

 

Dit opiniestuk werd in Trouw gepubliceerd op 4 december 2018.

Meer over dit onderwerp