Palestijnse levens in gevaar nu Israël apartheid versterkt
De Israëlische autoriteiten moeten een einde maken aan het systeem van apartheid dat zoveel lijden en bloedvergieten veroorzaakt. Sinds Amnesty International een grote actie tegen apartheid startte een jaar geleden, hebben Israëlische strijdkrachten ten minste 212 Palestijnen gedood en meer dan 10.000 verwond. Alleen al in januari 2023 zijn 35 Palestijnen gedood op de bezette Westelijke Jordaanoever. Het onwettig doden van mensen houdt het apartheidssysteem in stand en is een misdrijf tegen de mensheid.
De afgelopen paar dagen vonden veel dodelijke aanvallen plaats. Op 26 januari vielen Israëlische strijdkrachten het Jenin-vluchtelingenkamp aan en doodden 10 Palestijnen. Onder hen een 61-jarige vrouw. Op 27 januari werden zeven Israëlische burgers gedood toen een Palestijnse schutter het vuur opende in Neve Ya’akov, een Israëlische vestiging in het bezette Oost Jeruzalem. In reactie op deze aanval, verrichten de Israëlische autoriteiten massa-arrestaties en dreigden ze om huizen te gaan vernietigen.
‘De verwoestende gebeurtenissen van de afgelopen week lieten weer zien wat de dodelijke kosten zijn van het apartheidssysteem’, zegt Agnès Callamard, de secretaris-generaal van Amnesty International. Het falen van de internationale gemeenschap om de Israëlische autoriteiten ter verantwoording te roepen voor apartheid en andere misdrijven geeft hen de vrije hand om te segregeren, controleren en Palestijnen op dagelijkse basis te onderdrukken, en het helpt dodelijk geweld in stand te houden. Apartheid is een misdrijf tegen de mensheid, en het is ronduit beangstigend om te zien hoe de daders jaar na jaar hun straf ontlopen.’
‘Israël probeert al lang om de beweringen over apartheid het zwijgen op te leggen met doelgerichte lastercampagnes, en de internationale gemeenschap laat zich hierdoor om de tuin leiden. Totdat er een einde komt aan apartheid is er geen hoop om burgerlevens te beschermen, en is er geen hoop op gerechtigheid voor rouwende families in Palestina en Israël.’
Onder het apartheidssysteem controleren de Israëlische autoriteiten praktisch elk aspect van de levens van de Palestijnen, en onderwerpen ze hen tot dagelijkse onderdrukking en discriminatie door fragmentatie van het territorium en wettelijke segregatie. Palestijnen in de Bezette Palestijnse Gebieden (OPT) zijn gesegregeerd in aparte enclaves, en de mensen in de Gazastrook zijn geïsoleerd van de rest van de wereld door de illegale blokkade van Israël, die een humanitaire crisis heeft veroorzaakt en een vorm van collectieve straf is.
Dagelijks bewijs van apartheid
Op 1 februari 2022 bracht Amnesty International een rapport uit over hoe Israël een geïnstitutionaliseerd systeem van onderdrukking en overheersing voert tegen Palestijnen daar waar het controle heeft over hun rechten: in Israël, de Palestijnse Bezette Gebieden en tegen ontheemde vluchtelingen door hen hun recht op terugkeer te ontnemen. Het toonde hoe de Israëlische wetten, het beleid en gebruiken worden ingezet met als belangrijk doel een Joodse demografische meerderheid te behouden, en de controle over land en bronnen te maximaliseren ten voordele van Joodse Israëlis en ten nadele van Palestijnen.
Het jaar 2022 was één van de dodelijkste jaren voor Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever, sinds ten minste 2005. Volgens de VN doodden Israëlische troepen ongeveer 153 Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever, onder wie tientallen kinderen, bij militaire aanvallen en arrestaties. Ondertussen bleek uit onderzoek van Amnesty International dat 33 Palestijnen, onder wie 17 burgers, werden gedood door Israëlische troepen tijdens het offensief van augustus 2022 in Gaza. Daarnaast kwamen ten minste zeven burgers om door raketten die werden gelanceerd door Palestijnse gewapende groepen.
Daarnaast nam geweld van Israëlische kolonisten tegen Palestijnen toe voor het zesde opeenvolgende jaar in 2022, met onder meer fysieke aanvallen, schade aan eigendommen, en de vernietiging van olijfboomgaarden. Er is uitgebreide documentatie van de goedkeuring en facilitering van dit geweld door de Israëlische autoriteiten. Zoals de arrestaties van Palestijnen die aangevallen werden, het verschaffen van gewapende escorts voor de kolonisten, of het simpelweg toekijken aan de zijlijn terwijl Palestijnen werden geslagen of hun eigendommen werden vernietigd. Deze cultuur van straffeloosheid heeft verder geweld in de hand gewerkt, zoals blijkt uit de aanvallen van kolonisten van de afgelopen dagen.
Na de beschieting in Neve Ya’akov lijken de Israëlische autoriteiten verder geweld tegen Palestijnen aan te moedigen door plannen aan te kondigen voor de afgifte van wapenlicenties ‘om duizenden meer burgers in staat te stellen om geweren te dragen.’ Premier Benjamin Netanyahu, die al aankondigde om de illegale nederzettingen massaal te gaan uitbreiden in de Palestijnse Bezette Gebieden, zei ook dat de regering van plan was om de ‘nederzettingen sterker te maken.’
Onder internationale wetgeving zijn alle Israëlische nederzettingen in de Bezette Gebieden illegaal, en het langdurige beleid van Israël om burgers te vestigen in bezet gebied is een oorlogsmisdaad.
Groeiende erkenning
Te midden van deze schendingen groeit de internationale erkenning dat de Israëlische autoriteiten zich schuldig maken aan apartheid. De Palestijnen roepen al lang op tot erkenning van Israëls bewind als apartheid, en Palestijnse organisaties zoals Al-Haq en Al Mezan hebben het voortouw genomen bij het bepleiten van dit doel door de VN.
Het streven naar een dergelijke erkenning kwam in 2022 in een stroomversnelling doordat twee speciale VN-rapporteurs concludeerden dat de Israëlische autoriteiten zich schuldig maken aan apartheid. Het aantal staten in de Mensenrechtenraad dat verwijst naar apartheid door Israël verdubbelde van negen in 2021 naar 18 in 2022.
Met name Zuid-Afrika en Namibië zijn bezorgd dat Israëls behandeling van Palestijnen apartheid is. Verschillende internationale en Israëlische mensenrechtenorganisaties hebben ook opgeroepen tot het beëindigen van de apartheid, waaronder Human Rights Watch, Amnesty International, B’Tselem en Yesh Din.
De Israëlische autoriteiten hebben veel moeite gedaan om beschuldigingen van apartheid te onderdrukken en in diskrediet te brengen. De gevolgen zijn vooral ernstig voor Palestijnse mensenrechtenverdedigers – in augustus vorig jaar hebben de Israëlische autoriteiten invallen gedaan bij de kantoren van zeven vooraanstaande Palestijnse ngo’s, nadat ze hen als ‘terroristische entiteiten’ hadden bestempeld en verboden hadden. In december werd Salah Hammouri, veldonderzoeker bij Addameer (een organisatie die opkomt voor de rechten van gevangenen), zijn verblijfsstatus voor Jeruzalem ontnomen en naar Frankrijk gedeporteerd nadat hij negen maanden in administratieve hechtenis had gezeten.
Minachting voor internationaal recht
In mei 2023 wordt de staat van dienst van Israël op het gebied van de mensenrechten onder de loep genomen tijdens de Universele Periodieke Evaluatie (UPR) in de VN-Mensenrechtenraad. Amnesty International heeft de Israëlische autoriteiten aangeschreven om hen aan te sporen mee te doen, maar zij hebben zich nog niet aan het toetsingsproces onderworpen. De Israëlische autoriteiten hebben de meeste aanbevelingen genegeerd die tijdens de vorige UPR-cyclus in 2018 door toetsende staten naar voren zijn gebracht en door de Mensenrechtenraad zijn bekrachtigd.
Oproep Amnesty International
‘Het al zo lang negeren door de Israëlische autoriteiten van hun verplichtingen onder internationale wetgeving en de aanbevelingen van de internationale gemeenschap heeft vreselijke consequenties voor Palestijnen en ondermijnt ook de bescherming van rechten voor Israëlis.’
‘Geen enkele staat moet systematisch internationale wetgeving negeren, waaronder bindende resoluties van de VN Veiligheidsraad, en vrijuit gaan. Wij roepen staten op om een einde te maken aan alle vormen van steun aan de schendingen die Israël begaat, en om een einde te maken aan jaren passiviteit en de Israëlische autoriteiten ter verantwoording te roepen.’