Onze man in Riyadh?
Gisteren benoemde de Saudische koning Salman zijn neef Muhammad bin Nayef tot kroonprins. Prins Nayef is de huidige minister van Binnenlandse Zaken en kleinzoon van de stichter van Saudi-Arabië, koning Abdulaziz. Hiermee komt een einde aan de vele speculaties over welke tak van de familie de opvolging zal overnemen.
Maar wie is deze Muhammad bin Nayef? Het antwoord hangt sterk af van aan wie je deze vraag stelt.
Voor het Westen is Bin Nayef ‘onze man in Riyadh’, de sterke man die tien jaar geleden de strijd tegen terroristen aanging: eerst tegen al-Qaeda in Saudi-Arabië en nu tegen de Islamitische Staat (IS) in Syrië en Irak. Maar voor Saudische activisten is Bin Nayef de man die de afgelopen drie jaar, eerst als vice-minister, later als minister van Binnenlandse Zaken de strijd aanging tegen een heel andere groep ‘terroristen’: de mensenrechtenverdedigers, bloggers en hervormers die mensenrechtenschendingen aan de kaak probeerden te stellen en hervormingen bespreekbaar wilden maken. Want Bin Nayef mocht dan een meedogenloze campagne hebben gevoerd tegen al-Qaeda en nu tegen IS, in het voorbijgaan zorgde hij er daarbij ook voor dat de Saudische mensenrechtenbeweging in korte tijd werd gedecimeerd. Bijkomende schade laat maar zeggen, alleen niet zo heel erg bijkomend.
Vorig jaar voerde de Saudische overheid nieuwe anti-terrorismewetgeving door, waardoor het ministerie van Binnenlandse Zaken verregaande bevoegdheden kreeg om terrorisme aan te pakken, en gemakshalve ook om vreedzame activisten de mond te snoeren. In de nieuwe wet en een toegevoegd decreet staan zeer vage en brede definities van wat ‘terroristische’ daden zijn. Hierdoor kunnen het organiseren van vreedzame protesten, het oprichten van mensenrechtenorganisaties en zelfs ‘het bijwonen van conferenties, lezingen en bijeenkomsten in binnen –en buitenland’ als een terroristische daad worden vervolgd. Dit maakt het nog makkelijker voor Bin Nayef om vijanden van het regime te vervolgen, terrorist of activist.
Sinds vorig jaar zijn er nieuwe rechtszaken tegen mensenrechtenverdedigers gestart, hebben opnieuw arrestaties plaatsgevonden en zijn verschillende activisten veroordeeld tot zware straffen. De bekendste is misschien wel de blogger Raif Badawi, die in januari de eerste vijftig van duizend stokslagen kreeg als straf voor het schrijven van kritische blogs. Bovendien kunnen activisten die al veroordeeld waren nu opnieuw worden berecht, ditmaal als terrorist. Raif’s advocaat Waleed Abu al-Khair was de eerste activist die onder de nieuwe anti-terrorismewetgeving werd berecht. Hij werd in juli vorig jaar tot 15 jaar cel veroordeeld, voor dezelfde aanklachten waarvoor hij eerder door een andere rechtbank tot 3 maanden cel was veroordeeld.
Het Westen heeft Saudi-Arabië nodig als bondgenoot in de strijd tegen IS, en dat wordt handig uitgebuit. Want de VS, Europa, en ook Nederland, knijpen intussen een oogje toe waar het gaat om die ‘bijkomende schade’. Maar deze kortetermijnvisie is gevaarlijk. Want het zijn juist de mensenrechtenverdedigers en anderen die het land van binnen uit, en op vreedzame wijze, proberen te hervormen, die een ideologisch alternatief bieden voor de radicaal salafistische stroming die Saudi-Arabië al decennialang wereldwijd propageert, een stroming die de Islamitische Staat ook aanhangt. De prominente mensenrechtenverdediger Mohammad al-Qahtani, die een straf van 10 jaar uitzit, zei in februari nog tegen de Washington Post: ‘If we would have political reforms and guarantee free expression, people would not feel the need to resort to violence, […] So many Saudis are engaged with the Islamic State because of the lack of political freedoms in our country. They are frustrated because they cannot express themselves.’
In die zin is steun aan mensenrechtenverdedigers in Saudi-Arabië gewoon een keihard veiligheidsargument. Maar of het Westen, laat staan onze man in Riyadh, dat op tijd gaat inzien is de vraag.