Nigeria: in vier maanden tijd ten minste 115 mensen gedood door veiligheidstroepen in het zuidoosten
Nigeriaanse veiligheidstroepen hebben mensenrechtenschendingen en misdrijven onder het internationaal recht begaan in reactie op het toenemende geweld in Zuidoost-Nigeria, zegt Amnesty International.
‘Het door Amnesty International verzamelde bewijs schetst een vernietigend beeld van meedogenloos en buitensporig geweld door Nigeriaanse veiligheidstroepen in de staten Imo, Anambra en Abia’, zegt Osai Ojigho, directeur van Amnesty International Nigeria.
De Nigeriaanse regering heeft met harde hand gereageerd op moord en geweld dat wordt toegeschreven aan de gewapende groepering Eastern Security Network (ESN), de gewapende vleugel van de inheemse bevolking van Biafra (IPOB). Volgens regeringsfunctionarissen heeft de ESN van januari tot juni 2021 tientallen veiligheidsagenten gedood en ten minste tien openbare gebouwen aangevallen, waaronder gevangenissen en politiebureaus. Als reactie daarop hebben veiligheidstroepen, bestaande uit het leger, de politie en het Department of State Services (DSS), tientallen gewapende mannen en burgers gedood.
Ooggetuigen vertelden Amnesty dat de veiligheidstroepen zich schuldig maakten aan buitensporig geweld, geheime detenties, afpersing, het in brand steken van huizen, diefstal en buitengerechtelijke executies van verdachten. Mensenrechtenorganisaties schatten dat het dodental door geweld tussen januari en juni 2021 in de staten Anambra, Imo, Abia en Ebonyi in de honderden kan lopen. De politie zegt dat ESN-strijders alleen al in de staat Imo 21 politieagenten hebben gedood.
Amnesty International deed vanaf 21 januari uitgebreid onderzoek naar de mensenrechtenschendingen en misdaden onder internationaal recht in de staten Anambra, Imo, Ebonyi en Abia. De organisatie documenteerde 52 gevallen van onwettige moorden en 62 gevallen van willekeurige arrestatie, mishandeling en marteling. Mediaverslagen en video- en audio-opnamen die zijn bekeken, laten zien dat de Nigeriaanse veiligheidstroepen ook buitensporig geweld en andere onwettige middelen hebben gebruikt om het toenemende geweld aan te pakken.
Een spiraal van geweld
Vanaf januari 2021 voerden gewapende mannen die ervan verdacht worden ESN-militanten te zijn, een reeks aanvallen uit op onder meer gevangenissen en openbare gebouwen, waarbij verschillende politieagenten om het leven kwamen. Amnesty veroordeelde deze aanslagen en riep de autoriteiten op om de daders voor het gerecht te brengen.
Nigeriaanse veiligheidstroepen lanceerden in juni veiligheidsoperaties, voornamelijk gericht op ESN-militanten of degenen die als zodanig worden beschouwd, om de groep te decimeren.
Amnesty stelde vast dat tussen maart en juni 2021 minstens 115 mensen zijn gedood door veiligheidstroepen. Veel familieleden van de slachtoffers vertelden Amnesty dat ze geen deel uitmaakten van de militanten die veiligheidsagenten aanvielen. Veel van de slachtoffers zijn ondergebracht in overheidsziekenhuizen in de staat Imo en Abia. Volgens verschillende ziekenhuisbronnen hadden alle door de politie gebrachte slachtoffers kogelwonden.
Uguchi Unachukwu, een in Duitsland gevestigde zakenman, werd op 31 mei gedood door soldaten bij een controlepost in de buurt van de luchthaven van Owerri op weg naar het buitenland. De politie moet dit misdrijf nog onderzoeken.
Mathew Opara, een 45-jarige zakenman, werd op 25 mei 2021 neergeschoten door soldaten in Orji, in de buurt van Owerri. Getuigen vertelden Amnesty dat hij terugkeerde van zijn werk toen hij een team soldaten tegenkwam in gepantserde voertuigen en Hilux-busjes die op bewoners schoten. Hij werd in de borst geschoten en kon vanwege het geweld niet direct medische hulp krijgen. Zijn familie zei dat het leger de moord heeft erkend, maar geen onderzoek heeft ingesteld en geen excuses heeft aangeboden.
Onwettige en willekeurige arrestaties en mishandeling
In mei 2021 kondigde de deelstaatregering in Imo de arrestatie aan van ten minste 400 mensen die naar verluidt in verband zouden worden gebracht met het geweld. Uit het onderzoek van Amnesty International blijkt dat de meesten willekeurig thuis en op straat werden opgepakt en niets met de ESN te maken hadden. Sommige slachtoffers vertelden Amnesty International dat ze werden gearresteerd terwijl ze op straat liepen, in een openbare bar zaten of gewoon omdat ze geboortevlekken of tatoeages op hun lichaam hadden.
Een 37-jarige man die op 26 mei 2021 door de politie werd gearresteerd in Orji, in de staat Imo, vertelde Amnesty dat hij was gearresteerd omdat zijn collega een moedervlek op zijn schouder had. De politie zei dat het merkteken een teken was van lidmaatschap van IPOB. ‘De politie heeft ons onderweg aangehouden. Ze vroegen ons om op de weg te gaan liggen. Ze controleerden onze kleren om te zien of we een tatoeage hadden. Ik had er geen, maar een van ons had een moedervlek. Hij probeerde het uit te leggen, maar de agenten begonnen hem te slaan. Ze bonden onze handen op de rug vast en brachten ons in hun busje naar het politiebureau’, zei hij.
Een andere 36-jarige man vertelde Amnesty International: ‘Ik werd gearresteerd op de terugweg van mijn werk. De politieagenten stopten me in een bus, samen met andere jonge mannen, onder wie verschillende studenten en een NYSC-lid in uniform. Ze bestempelden ons als ESN-leden en namen ons mee naar hun kazerne bij de brandweer. We werden hard geslagen. Ze zeiden dat ze ons allemaal zouden doden. Ik vertelde hen dat ik voor de deelstaatregering werk. Ik werd gevraagd om 20.000 naira (40 euro) te betalen. Ik heb onderhandeld en uiteindelijk 15.000 naira (30 euro) betaald. Ze lieten me om ongeveer 22.30 uur gaan. Ik weet niet wat er met de anderen is gebeurd.’
Op 23 juli vielen soldaten van divisiehoofdkwartier 82 van het Nigeriaanse leger de Akpawfu-, Amagunze- en Akpugo-gemeenschappen in de staat Enugu binnen en arresteerden ten minste 20 inwoners nadat schutters vijf soldaten hadden gedood en dagen eerder hun auto in de buurt van de gemeenschap hadden verbrand. Ooggetuigen vertelden Amnesty dat tientallen soldaten van huis tot huis gingen en jongeren arresteerden op verdenking van banden met ESN-militanten.
‘Wat nodig is, is een onpartijdig en open onderzoek om vast te stellen wat er is gebeurd en om alle verdachten van misdrijven voor de rechter te brengen in eerlijke processen, voor gewone civiele rechtbanken en zonder de doodstraf’, zegt Osai Ojigho.
Achtergrond
Sinds 2016 documenteert Amnesty International schendingen van het recht op leven, vrijheid van vergadering, van marteling, en van willekeurige arrestaties en detenties van verdachte leden van de IPOB.