Libanon/Israël: angst voor veiligheid burgers groeit nu dodental in Libanon blijft stijgen
Als gevolg van de vijandelijkheden tussen Israël en Hezbollah is het aantal dodelijke slachtoffers in Libanon enorm gestegen. Het laat opnieuw zien dat het van cruciaal belang is dat alle partijen in het conflict zich houden aan hun verplichtingen onder het internationaal humanitair recht.
Alleen al afgelopen maandag werden ten minste 558 mensen gedood, onder wie 50 kinderen en 94 vrouwen. Volgens het Libanese ministerie van Volksgezondheid vielen er daarnaast meer dan 1.800 gewonden. Sindsdien zijn er nog meer mensen gedood. Hezbollah heeft zijn aanvallen op Israël ook aanzienlijk opgeschroefd. Volgens Israëlische media raakten ten minste vijftien mensen gewond, de meesten door granaatscherven of puin en anderen toen ze probeerden een schuilplaats te bereiken.
Meer en heviger bombardementen
‘Op maandag 23 september beleefde Libanon zijn dodelijkste dag sinds het einde van de burgeroorlog in 1990,’ zegt Erika Guevara Rosas van Amnesty International. ‘We zijn geschokt door het enorme aantal doden. Dat aantal blijft stijgen en de aanvallen hebben verwoestende gevolgen voor burgers. Er zijn nu bijna 500 duizend ontheemden uit Zuid-Libanon, de Bekavallei en andere regio’s die zwaar zijn gebombardeerd. In het noorden van Israël zijn sinds oktober vorig jaar ongeveer 63 duizend inwoners ontheemd geraakt door aanvallen vanuit Libanon. Terwijl Israël zijn bombardementen blijft opvoeren en uitbreiden, en Hezbollah aanvallen blijft uitvoeren op Israël, moeten alle partijen in het conflict het internationaal humanitair recht respecteren en alle mogelijke voorzorgsmaatregelen nemen om het leven van burgers te beschermen.’
Stop de wapenleveranties
Guevera Rosas: ‘In het verleden zagen we tijdens conflicten tussen Israël en Hezbollah ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht. Dit leidt tot grote bezorgdheid over de huidige escalatie van de vijandelijkheden, die onvermijdelijk opnieuw zullen leiden tot burgerslachtoffers, verwondingen en wijdverspreide verwoestingen in Libanon en Israël. We dringen er bij alle staten op aan om alle wapenleveringen en andere vormen van militaire steun aan Israël en Hezbollah stop te zetten. Dit vanwege het aanzienlijke risico dat deze wapens kunnen worden gebruikt om ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht, waaronder oorlogsmisdaden, te begaan of te faciliteren.’
Exponentiële stijging dodental
Israël startte Operatie Northern Arrows op 23 september. Tijdens de eerste dag voerden Israëlische troepen minstens 1.600 aanvallen uit in gebieden in heel Libanon. Hezbollah vuurde meer dan 200 raketten op Israël af. De vijandelijkheden beperken zich over het algemeen tot het zuiden van Libanon en het noorden van Israël. Op 10 september was in Libanon het totale dodental als gevolg van Israëlische aanvallen gestegen tot 589; op 19 september was in Israël het aantal doden als gevolg van Hezbollah-aanvallen gestegen tot 34. Nog eens twaalf mensen werden gedood in de bezette Golanhoogvlakte. De toename van het aantal dodelijke slachtoffers in Libanon, alleen al in de afgelopen drie dagen, is dus exponentieel.
Conflict in 2006
Tijdens het 34 dagen durende conflict tussen Israël en Hezbollah in 2006 bedroeg het dodental 1.100 in Libanon en 43 in Israël. Uit onderzoek van Amnesty International bleek dat de Israëlische strijdkrachten tijdens de vijandelijkheden op grote schaal willekeurige en disproportionele aanvallen uitvoerden, waaronder grootschalige verwoesting van civiele infrastructuur. Ook bleek dat Hezbollah directe en willekeurige aanvallen uitvoerde op burgers. De gewapende groepering leek ook geen voorzorgsmaatregelen te nemen om burgers in Libanon te beschermen tegen de gevolgen van Israëlische aanvallen.
Dichtbevolkte woonwijken
In de afgelopen dagen troffen de Israëlische aanvallen veel dichtbevolkte woonwijken, zo is te zien op video’s die door Amnesty International zijn bekeken. De Libanese minister van Volksgezondheid zei dat medische faciliteiten en personeel ook onder vuur kwamen te liggen, waarbij vier medici omkwamen en er minstens zestien gewond raakten.
Het internationaal humanitair recht kent een aantal regels: er mogen alleen militaire doelen worden aangevallen; willekeurige aanvallen, disproportionele aanvallen en rechtstreekse aanvallen op burgers en burgerobjecten moeten worden vermeden; en er moeten alle mogelijke voorzorgsmaatregelen worden genomen om schade aan burgers en civiele infrastructuur tot een minimum te beperken. Het gebruik van explosieve wapens met een groot bereik in de buurt van dichtbevolkte woonwijken is waarschijnlijk in strijd met het verbod op willekeurige aanvallen, en kunnen ook neerkomen op disproportionele aanvallen.
Waarschuwing in het Arabisch
‘Op 25 september deed de woordvoerder van het Israëlische leger een waarschuwing in het Arabisch uitgaan,’ zegt Guevara Rosas. ‘Daarin werd mensen geadviseerd om “tot nader order” niet terug te keren naar hun huizen omdat er “luchtaanvallen gaande zijn”. Dergelijke waarschuwingen ontslaan Israël niet van zijn verantwoordelijkheid onder het internationaal humanitair recht om onderscheid te maken tussen militaire doelen en burgers, en om alle mogelijke voorzorgsmaatregelen te treffen om de schadelijke gevolgen voor burgers tot een minimum te beperken. Volgens het internationaal recht moet een waarschuwing ervoor zorgen dat er voldoende tijd wordt gegeven. Toch maken evacuatieoproepen de getroffen gebieden niet tot zones die zondermeer kunnen worden beschoten.’
Geen rechtvaardiging
Guevara Rosas: ‘De meedogenloze aanval van Israël op Gaza heeft het afgelopen jaar al aan meer dan 42 duizend Palestijnen het leven gekost. De recente aanval op Libanon heeft een nieuwe golf van verschrikkingen over de regio uitgestort. De Israëlische autoriteiten en Hezbollah en andere gewapende groepen moeten erkennen dat de regels van het internationaal humanitair recht onder alle omstandigheden gelden, ongeacht de reden van het conflict. Er is niets dat het onwettige doden en verwonden van burgers rechtvaardigt.’