Kabinet duikt voor eigen verantwoordelijkheid bij Turkijedeal

Gisteravond publiceerde het kabinet een brief waarin onder meer gereageerd wordt op berichten van Amnesty dat Turkije vluchtelingen terugstuurt naar oorlogsgebied. Deze brief biedt geen antwoorden.

Vorige week zei minister Koenders de bevindingen van Amnesty ‘zeer serieus’ te nemen en dat Nederland deze zou ‘verifiëren’. Afgelopen vrijdag zei vice-premier Asscher bovendien dat Eurocommissaris Avramopoulos hierover duidelijkheid zou vragen tijdens een bezoek, dat gisteren plaatsvond. ‘De brief van gisteravond biedt echter geen enkel antwoord op de cruciale vragen wat er volgens het kabinet daadwerkelijk in Turkije aan de hand is en welke conclusies hieruit moeten worden getrokken voor de Turkijedeal’, zegt Amnesty-directeur Eduard Nazarski.

Uitzettingen niet opgeschort

De kern van de kabinetsbrief bestaat uit het weergeven van de stellige ontkenningen van de Turkse overheid dat uitzettingen hebben plaatsgevonden. Verder stelt het kabinet dat de Europese Commissie ‘alles in het werk [stelt]… om de benodigde helderheid te verschaffen’, maar dit is dus nog niet gebeurd. Zolang er nog geen helderheid is, mag opschorting van uitzettingen van asielzoekers vanuit Griekenland naar Turkije worden verwacht, maar daarover staat in de brief niets. Nazarski: ‘Het kabinet weigert verantwoordelijkheid te nemen voor een deal die premier Rutte nota bene heeft medeonderhandeld. De reactie van het kabinet is volstrekt onder de maat.’

Amnesty maakt zich grote zorgen dat het kabinet zich vooral richt op een papieren werkelijkheid en geen stappen heeft gezet om te kijken naar de werkelijke situatie. Nu uit Amnesty-onderzoek meermaals is gebleken dat Turkije zich in de praktijk niet aan haar verplichtingen om vluchtelingen te beschermen houdt, kan er geen sprake zijn van het terugsturen van asielzoekers van Griekenland naar Turkije. De uitzettingen naar Syrië overstijgen het niveau van incidenten. Het kabinet zou zich dan ook duidelijk moeten uitspreken dat van terugsturen van vluchtelingen naar Turkije geen sprake kan zijn totdat deze uitzettingen tot op de bodem zijn uitgezocht en er aantoonbare maatregelen zijn genomen om deze te voorkomen.