Jemen, laat journalisten vrij die gevaar lopen op executie
In Jemen zijn vier journalisten ter dood veroordeeld na verzonnen aanklachten. Amnesty International, Mwatana for Human Rights, Human Rights Watch en de Samir Kassir Foundation roepen de Jemenitische autoriteiten op hen vrij te laten.
De vier mannen, Akram al-Walidi, Abdelkhaleq Amran, Hareth Hamid en Tawfiq al-Mansouri, kregen het doodvonnis opgelegd vanwege ‘spionage voor Saudi-Arabië’ en het ‘uitzenden van geruchten, nepnieuws en verklaringen waarin vijand Saudi-Arabië wordt gesteund’.
‘Het is schandalig dat deze journalisten gedood kunnen worden omdat ze de waarheid over de oorlog in Jemen vertelden,’ zegt Heba Morayef van Amnesty International. ‘De Houthi’s, die de feitelijke macht in handen hebben, moeten het doodvonnis en de lopende aanklachten intrekken en de journalisten onmiddellijk vrijlaten.’
Slechte gevangenisomstandigheden
Op 11 april 2020 werden de vier journalisten ter dood veroordeeld. Ze zitten al sinds 2015 vast, samen met zes andere journalisten, en kampen met gezondheidsproblemen. Hun advocaten mochten bij de eerste zitting van de rechtbank aanwezig zijn, maar bij de daaropvolgende zittingen werden ze geweerd.
‘De erbarmelijke omstandigheden in de overvolle gevangenissen in Jemen maakt de gedetineerden extra kwetsbaar tijdens de coronacrisis,’ zegt Radhya Almutawakel van Mwatana for Human Rights. ‘De autoriteiten moeten alle gevangenen vrijlaten van wie hun fundamentele rechten worden geschonden. En ze moeten een zo goed mogelijke bescherming garanderen tegen de verspreiding van het coronavirus.’
Marteling
Volgens familieleden van Abdelkhaleq Amran vertelden gedetineerden die in de cel naast hem zaten dat hij het uitschreeuwde toen hij werd gemarteld. Dat was in november 2016.
Achtergrond
De golf van protesten tijdens de Arabische lente zorgde ook in Jemen voor een opstand. President Saleh werd in 2011 verdreven en opgevolgd door de soennitische Abd Rabbuh Mansur al-Hadi. Dit tot ongenoegen van de sjiitische Houthi-rebellen. In 2014 namen de Houthi’s hoofdstad Sanaa in, in de hoop president Al-Hadi te verdrijven, maar dat mislukte. Daarna brak een burgeroorlog uit waarbij een door Saudi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten geleide coalitie Al-Hadi te hulp schoot.
Beide partijen maken zich schuldig aan ernstige mensenrechtenschendingen. Houthi-troepen, die grote delen van het land beheersen, bombarderen woonwijken en ook de coalitie bestookt doelbewust burgerdoelen. Er zijn naar schatting al meer dan 233.000 mensen omgekomen. Alle partijen onderdrukken ook de vrijheid van meningsuiting door mensen willekeurige te detineren, gedwongen te laten verdwijnen en door mensen die zijn opgepakt te martelen en mishandelen.
Door de humanitaire crisis leven ongeveer 14 miljoen mensen in Jemen op de rand van hongersnood. Naar schatting 22 miljoen Jemenieten hebben momenteel humanitaire hulp nodig om te overleven.
