Veiligheidstroepen bij een demonstratie in de Iraanse provincie Bushehr op zaterdag 16 november 2019
© Privéfoto

Iran: duizenden gedetineerden lopen risico op marteling

De Iraanse autoriteiten hebben na het uitbreken van de landelijke protesten op 15 november 2019 duizenden demonstranten, journalisten, mensenrechtenactivisten en studenten gearresteerd. Daarmee willen ze voorkomen dat zij zich uitspreken over de meedogenloze onderdrukking in Iran. Ten minste 304 mensen werden gedood en duizenden raakten gewond toen de autoriteiten tussen 15 en 18 november de protesten de kop indrukten.

Amnesty International sprak tientallen mensen in Iran over het optreden van de Iraanse autoriteiten in de dagen en weken tijdens en na de protesten. Zij beschreven hoe de autoriteiten gevangenen incommunicado – zonder contact met de buitenwereld – vasthielden en hen onderwierpen aan gedwongen verdwijning, marteling en andere vormen van mishandeling.

Arrestaties om geweld te verhullen

‘Uit verklaringen van ooggetuigen blijkt dat de Iraanse autoriteiten vrijwel onmiddellijk nadat zij honderden demonstranten hadden gedood, de duimschroeven aandraaiden om de bevolking angst in te boezemen. Daarmee willen zij voorkomen dat iemand zich uitspreekt over de gebeurtenissen,’ zegt Philip Luther van Amnesty International.

Videobeelden bevestigen dodelijk geweld

Iraanse veiligheidstroepen openden het vuur op ongewapende demonstranten die geen direct gevaar vormden. Dat blijkt uit videobeelden die zijn gecontroleerd door Amnesty’s Digital Verification Corps en die ondersteund worden door getuigenverklaringen. Het merendeel van de doden stierf als gevolg van schoten op het hoofd, in het hart, de nek en andere vitale organen. Dit toont aan dat de veiligheidstroepen schoten om te doden.

Ook kinderen gedood

De Verenigde Naties verklaarden dat zij over informatie beschikken waaruit blijkt dat ten minste twaalf kinderen gedood zijn. Volgens het onderzoek van Amnesty is de 15-jarige Mohammad Dastankhah een van hen. Hij werd in Shiraz in het hart geschoten toe hij op weg van school naar huis langs de protesten liep.

Actie internationale gemeenschap

‘De internationale gemeenschap moet dringend actie ondernemen. Zo zou de VN-Mensenrechtenraad een speciale zitting moeten houden om Iran ter verantwoording te roepen voor de onwettige moorden op demonstranten, de golf van arrestaties, de gedwongen verdwijningen en de marteling van gevangenen’, zegt Philip Luther.

Zeker zevenduizend arrestaties

Op 17 november, de derde dag van de protesten, berichtten staatsmedia dat meer dan duizend demonstranten waren gearresteerd. Op 26 november zei Hossein Naghavi Hosseini, een woordvoerder van de Iraanse parlementaire Commissie voor Nationale Veiligheid en Buitenlands Beleid, dat er zevenduizend arrestanten waren. De autoriteiten hebben nog geen officieel cijfer bekendgemaakt. Ondertussen laten verschillende bronnen weten dat de veiligheidstroepen nog steeds mensen arresteren.

Verschillende overheidsfunctionarissen, onder wie de Opperste Leider en het hoofd van de rechterlijke macht, bestempelden de demonstranten als ‘schurken’ en ‘relschoppers’ en brachten hen in verband met buitenlandse mogendheden. Staatsmedia riepen op de ‘leiders’ van de protesten ter dood te veroordelen.

Ook journalisten, studenten en activisten doelwit

Niet alleen demonstranten zijn het doelwit van de autoriteiten. Ook journalisten, studenten, mensenrechtenactivisten en mensen uit etnische minderheidsgroepen werden gevangengezet. Journalist Mohammad Massaed werd op 23 november gearresteerd nadat hij twitterde over de vrijwel volledige internetstop die de autoriteiten tussen 16 november en (ongeveer) 24 november oplegden. Hij werd enkele dagen later op borgtocht vrijgelaten.

Activist Soha Mortezaei was een van de tientallen studenten die op 18 november werden gearresteerd tijdens een protest bij de Universiteit van Teheran. Ze heeft geen toegang tot haar advocaat of familie. Beveiligingsfunctionarissen op de universiteit hadden eerder gedreigd haar te martelen met elektrische schokken en haar op te sluiten in een psychiatrisch ziekenhuis.

Iemand vertelde: ‘Ik zit ondergedoken sinds de veiligheidstroepen me tijdens de protesten filmden. Ze sloegen me met een stok voordat ik ontsnapte. Ik verstop me, terwijl ik ernstig beenletsel heb. Ik ben niet veilig omdat ze naar mijn huis gingen om me te arresteren. Mijn situatie op dit moment is niet anders dan gevangenzitten.’

Veel gearresteerden worden incommunicado gevangengehouden, zonder toegang tot hun familie of advocaten. Een aantal gezinnen vertelde Amnesty dat ze zich grote zorgen maken over dierbaren die medische zorg nodig hebben. De Iraanse autoriteiten staan erom bekend gevangenen medische zorg te weigeren.

Marteling en gedwongen verdwijning

Ooggetuigenverslagen en videobewijs tonen aan dat sommige gevangenen zijn onderworpen aan marteling en andere vormen van mishandeling. Zo toont een video die is geverifieerd door het Digital Verification Corps geboeide gevangenen op het terrein van het politiebureau van Mali Abad in Shiraz. Zij worden geslagen, gestompt en geschopt door veiligheidstroepen.

Geloofwaardige bronnen lieten Amnesty weten dat honderden gedetineerden, onder wie kinderen, in vrachtwagens naar de Rajai Shahr-gevangenis in Karaj zijn gebracht. Ze zeggen dat leden van de veiligheidstroepen geboeide en geblinddoekte gevangenen dagelijks slaan, stompen, schoppen en zweepslagen geven.

Amnesty kreeg ook tientallen meldingen over gedetineerden van wie sinds hun arrestatie weinig of niets meer is vernomen. De Koerdische arbeidsrechtenactivist Bakhtiar Rahimi is een van hen. Hij werd op 27 november gearresteerd in Marivan en sindsdien ontbreekt elk spoor. Gedwongen verdwijning is volgens het internationale recht een misdrijf.

 

Meer over dit onderwerp