Hongkong: onderdrukking nog ernstiger door nieuw wetsvoorstel
In Hongkong is een nieuw wetsontwerp over de nationale veiligheid klaar, de zogenaamde ‘artikel 23 wetgeving’. Hiermee schroeft de overheid de onderdrukking verder op. Amnesty roept de autoriteiten op het wetgevingsproces een halt toe te roepen.
‘De Nationale Veiligheidswet werd in 2020 opgelegd aan Hongkong door de autoriteiten in Beijing. Met het implementeren van die wet heeft de Hongkong overheid al een grote achteruitgang van de mensenrechtensituatie in gang gezet,’ reageert Sarah Brooks van Amnesty International. ‘Het razendsnelle tempo waarmee de Hongkong overheid de artikel 23 wetgeving wil invoeren, toont aan dat de overheid de bescherming van mensenrechten nog verder wil terugdraaien en haar internationale verplichtingen wil negeren.
Met deze wetgeving worden juridische begrippen als ‘nationale veiligheid’ en ‘staatsgeheimen’ zoals deze op vasteland China worden verstaan, geïmporteerd naar Hongkong. Dit gebeurt op een manier die heel zorgwekkend is voor de toekomst van de stad. Amnesty legt al langer vast hoe zulk soort wetten gebruikt worden op vasteland China om de rechten op vrijheid van meningsuiting, vereniging en vreedzame vergadering te schenden.
De nieuwe en vage strafbepaling over ‘externe inmenging’ kan leiden tot het vervolgen van activisten puur omdat ze met buitenlandse actoren communiceren. Dat kan worden beschouwd als het ‘in gevaar brengen van nationale veiligheid’. Daarnaast komt het recht op eerlijk proces steeds meer onder vuur vanwege de onderzoeksbevoegdheden die in de wet worden opgenomen. Die bieden de autoriteiten de mogelijkheid om mensen 16 dagen vast te zetten zonder aanklacht, en hen toegang tot een advocaat te ontzeggen.
Eliminatie van alle vormen van kritiek
Het ogenschijnlijke doel van de artikel 23 wetgeving is het elimineren van alle vormen van kritiek over de Chinese en Hongkongse autoriteiten en hun beleid, zowel in de stad maar ook overal ter wereld. Het feit dat deze wetgeving extraterritoriale werking heeft, maakt dat iedereen risico loopt om bestempeld te worden als gevaar voor de nationale veiligheid.
‘De belachelijke aankondiging dat 98,6% van de reacties op het wetvoorstel tijdens de consultatiefase positief waren – in een omgeving waarin mensen opgesloten kunnen worden enkel voor het uiten van een andere mening – lijkt wel een wanhopige poging van de overheid om de schijn van legitimiteit te creëren. In de werkelijkheid ondermijnt deze wetgeving de status van Hongkong op het wereldtoneel,’ stelt Brooks.
Oproep Amnesty
‘We roepen de autoriteiten op een stap terug te zetten en het huidige wetgevingsproces een halt toe te roepen. De internationale gemeenschap, inclusief regeringen, de EU en de VN, moet de regering van Hongkong duidelijk maken dat doorgaan met artikel 23 een ernstige fout zou zijn en tot schending van de mensenrechten zal leiden’.
Achtergrond
Artikel 23 van de basiswet (de mini-grondwet van Hongkong) bepaalt dat de regering lokale wetten moet aannemen om zeven misdrijven te verbieden. Het gaat om: verraad, afscheiding, opruiing, ondermijning van de centrale volksregering, diefstal van staatsgeheimen, het ontplooien van politieke activiteiten in de regio door buitenlandse politieke organisaties of instanties, en het aanknopen van banden met buitenlandse politieke organisaties door politieke organisaties in de regio.
De volledige tekst van het wetvoorstel, de Safeguarding National Security Bill, werd op vrijdag 8 maart bekendgemaakt. Dit was slechts acht dagen na het einde van een publieke raadpleging die een maand duurde. In het kader van de consultatie werden 13.000 inzendingen ontvangen. De inzending van 34 pagina’s die Amnesty International maakte tijdens de consultatieperiode werd door het Security Bureau van Hongkong bestempeld als een inzending van een ‘anti-Chinese’ of ‘anti-overheids-’ organisatie en daarom ogenschijnlijk genegeerd.
De inzending analyseerde of het wetvoorstel voldeed aan de internationale verplichtingen van Hongkong op het gebied van mensenrechten. Uit de analyse bleek dat veel van de voorstellen niet in overeenstemming waren met internationale mensenrechten en normen.
Amnesty International beschouwt de definitie van nationale veiligheid als veel te breed. Overtredingen zijn niet duidelijk genoeg opgesteld, en zijn niet noodzakelijk noch proportioneel voor legitieme nationale veiligheidsredenen
Amnesty International erkent dat iedere overheid het recht en de verplichting heeft om haar burgers en andere mensen binnen haar grenzen te beschermen en dat sommige landen specifieke veiligheidszorgen hebben. Deze mogen echter nooit als reden gebruikt worden om mensen het recht te ontnemen om afwijkende politieke meningen te uiten, of andere mensenrechten uit te oefenen die door internationale juridische normen gewaarborgd zijn.