Nigeria: hoe verging het de meisjes die door Boko Haram werden ontvoerd?

Meisjes en jonge vrouwen die ontsnapten aan de gevangenschap van Boko Haram in noordoost Nigeria kregen te maken met verder lijden, soms in onwettige militaire detentie. Ze krijgen nu niet de steun die ze nodig hebben om hun levens weer op te bouwen.

  • Meisjes kregen te maken met ontvoering, seksuele slavernij en andere misdaden door Boko Haram.
  • Ontsnapping werd vaak bestraft met meer schendingen in militaire detentie.
  • Meisjes worden nog steeds genegeerd door de autoriteiten die hun specialistische zorg moeten verschaffen om te re-integreren.

Dat blijkt uit een nieuw rapport van Amnesty International dat vandaag verschijnt.

In ‘Help us build our lives’: Girl survivors of Boko Haram and military abuses in north-east Nigeria wordt beschreven hoe de meisjes mensenhandel en misdaden tegen de mensheid door Boko Haram overleefden, zoals ontvoering, gedwongen huwelijken, slavernij en seksueel geweld.

Nadat ze ontsnapten aan de gevangenschap van Boko Haram, kregen veel meisjes te maken met verder misbruik en onwettige detentie in Nigeriaanse militaire kampen. De laatste jaren komt dit echter minder vaak voor. Degenen die niet onwettig werden vastgezet, moesten zien te overleven in kampen voor ontheemden tussen miljoenen andere mensen die humanitaire hulp nodig hadden. Van daaruit werden sommige meisjes in een door de regering geleid doorvoerkamp ‘herenigd’ met hun Boko Haram-‘echtgenoten’ die zich over hadden gegeven. Hier liepen ze het risico op verder misbruik.

‘Van deze meisjes, van wie de meesten nu jonge vrouwen zijn, is hun kindertijd gestolen. Ze zijn blootgesteld aan een hele reeks oorlogsmisdrijven, misdaden tegen de mensheid en andere mensenrechtenschendingen. Ze tonen nu grote moed door te proberen de controle over hun toekomst te nemen’, zegt Samira Daoud van Amnesty International.

‘Een groot aantal meisjes is gruwelijk misbruikt in gevangenschap door Boko Haram, en veel overlevenden zijn vervolgens door de overheid vastgezet of verwaarloosd. Nu hebben ze een duidelijke boodschap voor de Nigeriaanse overheid en haar internationale partners: ze hebben dringend specialistische hulp nodig om hun levens weer op te bouwen.’

De misdaden die de meisjes en jonge vrouwen hebben meegemaakt hebben langdurige gevolgen die specifiek zijn voor hun leeftijd en gender, zoals gezondheidsproblemen, toegang tot onderwijs, de kans en wens om opnieuw te trouwen, maar ook stigma en afwijzing door hun families en gemeenschappen.

Interviews met overlevenden

Het rapport is gebaseerd op 126 interviews, met 82 overlevenden, die tussen 2019 en 2024 persoonlijk in het noordoosten van Nigeria en op afstand werden afgenomen. Op 4 april schreef Amnesty International naar de Nigeriaanse federale en nationale autoriteiten, en VN-kantoren, om de belangrijkste bevindingen mee te delen. Het Nigeriaanse leger antwoordde en ontkende alle beweringen, en gaf aan de mensenrechten te waarborgen bij zijn operaties. Ook gaven ze aan dat de ‘bronnen’ van Amnesty International – die voornamelijk uit slachtoffers bestonden – ‘intrinsiek onbetrouwbaar’ waren. UNICEF stuurde een vertrouwelijke reactie op het rapport.

Ontvoering en seksueel geweld

Boko Haram ontvoerde veel kinderen tijdens aanvallen op de burgerbevolking in het noordoosten van Nigeria. Ten minste acht meisjes waren getuige van het doden van hun familieleden door Boko Haram. CA* was ongeveer 13 jaar toen ze in 2014 werd ontvoerd. ‘Op een dag kwam Boko Haram in onze huizen. Ze vertelden mijn vader dat wij ongelovigen zijn. Ze schoten mijn vader achter in zijn hoofd en de kogel kwam er tussen zijn ogen weer uit. We begonnen te huilen. Ze zeiden dat als we niet stil waren, ze onze moeder ook zouden doden.’

Eenmaal ontvoerd werden de meeste meisjes gedwongen om te trouwen. Kindhuwelijken en gedwongen huwelijken komen veel voor bij Boko Haram, en meisjes worden over het algemeen als huwbaar beschouwd vanaf de pubertijd of zelfs eerder.

Meisjes werden op verschillende manieren als ‘vrouwen’ gebruikt, onder meer door hun ‘echtgenoten’ te dienen als seksslaaf en als huishoudster. Ten minste 33 slachtoffers van gedwongen huwelijken vertelden Amnesty International dat hun ‘mannen’ hen verkrachtten. HA* was een tiener toen ze ermee ‘instemde’ te trouwen om haar vader van de dood te redden. Ze vertelde Amnesty International dat ze werd geslagen als ze haar ‘man’ weigerde, en dat hij haar vaak verkrachtte.

Van de geïnterviewden gaven 28 vrouwen aan kinderen te hebben gekregen die voortkwamen uit seksueel geweld. Ten minste twintig van hen waren zelf nog kind ten tijde van hun bevalling.

Straffen en zelfmoordaanslagen

Degenen die werden ontvoerd werden bedreigd en moesten onder strenge regels leven, met beperkte bewegingsvrijheid. Overtredingen van deze regels of veronderstelde overtredingen hiervan werden fysiek bestraft, soms met langere periodes in gevangenschap.

Boko Haram bestrafte mensen in het openbaar om angst aan te jagen en hun macht te tonen. Ten minste 31 meisjes die werden geïnterviewd werden gedwongen toe te kijken bij bestraffingen zoals zweepslagen, amputaties en onthoofdingen.

GH* die nu begin 20 is, zat bijna 10 jaar gevangen. Ze werd vaak gedwongen naar gewelddadige straffen te kijken en zei: ‘Soms droom ik over de lichamen die ik zag of de steniging van de vrouwen die ik zag. Als ik eenmaal mijn ogen opendoe, kan ik niet meer in slaap vallen.’

Boko Haram zette meisjes ook in om zelfmoord-bomaanslagen te plegen. Tussen het midden van 2014 en 2019 waren de meeste zelfmoordterroristen van Boko Haram vrouwelijk.

Schendingen in onwettige detentie

Bijna vijftig meisjes en jongere vrouwen vertelden Amnesty International dat ze hun leven en de levens van hun kinderen hadden geriskeerd om met succes aan Boko Haram te ontsnappen. De meesten van hen moesten vreselijke reizen van wel twaalf dagen afleggen, en overleefden op het beetje eten en drinken dat ze konden vinden.

Sommigen werden ‘gered’ door het Nigeriaanse leger of leden van de Civilian Joint Task Force (CJTF), een door de staat gesponsorde militie, die veel van hen later onwettig gevangen zette. Tijdens het conflict heeft het leger van Nigeria duizenden kinderen voor lange tijd willekeurig vastgezet.

31 Meisjes en jonge vrouwen gaven aan onwettig in militaire detentie vastgehouden te zijn voor periodes van een paar dagen tot bijna 4 jaar, tussen 2015 en het midden van 2023. Ze waren meestal gevangengezet voor hun (veronderstelde) banden met Boko Haram. Sommigen gaven aan dat soldaten hen beledigden en hen ‘Boko Haram-vrouwen’ noemden, en hen beschuldigden van verantwoordelijkheid voor het doden van mensen. Verschillende vrouwen beschreven hoe ze in elkaar werden geslagen en de vreselijke omstandigheden in detentie, wat neerkomt op marteling of andere vormen van mishandeling.

NV* was ongeveer 20 toen ze na 8 jaar Boko Haram-gevangenschap in 2021 ontsnapte. Ze werd ongeveer 2 maanden onwettig vastgezet door het Nigeriaanse leger in Madagali, Adamawa State. Ze zei: ‘Toen zij [soldaten] eten brachten… gaven ze ons een portie in onze hand en soep in een kom om allemaal te delen… Als toilet gaven ze ons een plastic tas.’

Veel jonge vrouwen werden vastgezet met hun kinderen. Twee van de geïnterviewden bevielen in overheidsdetentie van hun kind, en anderen zagen kinderen sterven.

Geen van de geïnterviewden had toegang tot een advocaat of werd aangeklaagd voor een strafbaar feit, wat een schending is van internationale mensenrechtenverdragen. BZ* werd van ongeveer 2017 tot 2020 als tiener gevangengezet in Giwa Barracks, een beruchte militaire detentiefaciliteit in Maiduguri. Ze zei: ‘Niemand legde ons iets uit. Ze brachten ons gewoon daarheen en niemand vertelde ons iets.’

Sinds 2016 zijn de meeste mensen die onwettig werden vastgehouden in Giwa Barracks naar Bulumkutu Interim Care Centre (BICC) gebracht, waar ze enige toegang hadden tot sommige diensten.

‘We hebben steun nodig’

Veel van de geïnterviewden zijn door de overheid en hun partners met hun families herenigd. Ze zitten nu allemaal in overbevolkte kampen voor intern ontheemde mensen of gemeenschappen in de staten Borno en Adamawa. Ze hadden steun van de overheid gevraagd en verwacht, maar in plaats daarvan voelen ze zich genegeerd.

AV* kwam in 2021 uit gevangenschap door Boko Haram en was toen ongeveer 15 jaar. Ze leeft nu in Madagali in de staat Adamawa. Ze zei: ‘De meeste mensen bij de overheid geven niet om ons. We hebben hulp nodig.’

Het stigma van ‘Boko Haram-vrouw’ blijft een hindernis voor re-integratie van meisjes en jonge vrouwen. Veel van de geïnterviewden vertelden dat mensen uit de gemeenschap hen beledigden, hen verdacht aankeken, en dachten dat zij hen konden doden of infecteren met ziektes.

ZC* is ongeveer 19 jaar en woont in een kamp voor ontheemden met haar voormalige Boko Haram-‘man’. Ze zei: ‘Ze [de gastgemeenschap] beledigen ons altijd. Ze geven ons niets. We voelen ons altijd als een last voor hen.’

Na jaren onderdrukking door Boko Haram, gevolgd door onwettige militaire detentie en verwaarlozing door de autoriteiten, willen de meeste geïnterviewden vooral vrij zijn. Ze spraken de wens uit om financieel onafhankelijk te zijn en zichzelf en hun families te kunnen onderhouden, en om hun kinderen naar school te laten gaan.

Veel van hen gaven aan dat onderwijs hun belangrijkste prioriteit is, en wilen dokter, verpleegkundige, docent en advocaat worden, of voor een ngo gaan werken. SB*, die ongeveer 10 jaar in Boko Haram-gevangenschap zat, zei: ‘Ik wil een nieuwe start maken. [Er zijn] zoveel dingen die ik nodig heb, ik weet niet waar te beginnen.’

De toegang tot mentale- en psychosociale gezondheidszorg en hulp is extreem beperkt in het noordoosten van Nigeria. De Nigeriaanse overheid heeft de plicht om goede toegang te regelen tot gezondheidszorg.

‘De Nigeriaanse overheid heeft haar verplichtingen op mensenrechtengebied om deze meisjes en jonge vrouwen goed te ondersteunen niet nageleefd’, zegt Samira Daoud.

‘Met hun internationale partners, moeten de Nigeriaanse autoriteiten deze meisjes en jonge vrouwen steunen bij hun re-integratie in de maatschappij, door prioriteit te geven aan toegang tot gezondheidszorg, onderwijs en beroepsopleidingen. Ze moeten de steun krijgen die ze nodig hebben om hun levens waardig en veilig te kunnen opbouwen.’

Amnesty’s oproep

Amnesty International roept de Nigeriaanse autoriteiten, VN-organisaties en donor-regeringen op om op maat gemaakte re-integratiediensten beschikbaar te maken voor deze meisjes en jonge vrouwen, en ervoor te zorgen dat andere getroffen groepen niet achterblijven. Amnesty International roept de Nigeriaanse autoriteiten ook op om ervoor te zorgen dat de meisjes en jonge vrouwen een goed alternatief hebben voor terugkeer naar hun Boko Haram-‘echtgenoten’, en de noodzakelijke steun krijgen om hun levens weer op te bouwen.

Achtergrond

Meer dan een miljoen levens zijn getroffen door het gewapende conflict tussen Boko Haram en Nigeriaanse troepen in noordoost Nigeria dat meer dan 10 jaar geleden begon. Het conflict leidde tot een humanitaire crisis waarbij miljoenen mensen intern ontheemd raakten. Alle partijen in het conflict hebben oorlogsmisdaden, misdaden tegen de mensheid en andere mensenrechtenschendingen begaan, waarbij vooral vrouwen, kinderen en oudere personen zijn getroffen.

*De namen van de meisjes en vrouwen zijn veranderd.

Meer over dit onderwerp