Hierom gaan wij deze week protesteren

Deze man is een held van Rusland. Je herkent hem waarschijnlijk niet, onder alle eiersmurrie, meel, taart en groene verf die er niet afgaat. En als je hem zonder al die troep zou zien, weet je waarschijnlijk nog niet wie hij is, want zijn naam is in het Westen helaas nog vrijwel onbekend. Hij heet Igor Kalyapin. Hij is een mensenrechtenactivist. En hij is één van de grootste tegenstanders van de Tsjetsjeense dictator Ramzan Kadyrov.

Op 16 maart werd Kalyapin opeens uit zijn hotel in de Tsjetsjeense hoofdstad Grozny gezet door de hotelmanager en twee gewapende mannen. In de lobby werd hij vervolgens uitgejouwd door een stel schreeuwende vrouwen. En buiten wachtten vijftien gemaskerde mannen hem op. Ze begonnen hem met van alles te bekogelen en stompten en sloegen hem. Kalyapin moest vluchten, vlak nadat deze foto was genomen.

‘Vijanden van het volk’

Igor Kalyapin is oprichter van het Comité ter Preventie van Marteling. Medewerkers van deze Russische mensenrechtenorganisatie reizen regelmatig naar Tsjetsjenië om burgers die het slachtoffer zijn van martelingen daar (en hun familieleden) vanuit een klein kantoortje juridisch bij te staan. Dit is extreem gevaarlijk werk in het huidige Tsjetsjenië, al helemaal sinds Kadyrov mensenrechtenactivisten en democratische oppositie in januari tot ‘vijand van het volk’ bestempelde. Igor Kalyapin, nota bene officieel lid van Poetins mensenrechtenraad, ondervond dat half maart dus aan den lijve. Toch gaan hij en zijn mensen door, evenals een kleine maar zeer moedige groep andere mensenrechtenactivisten en journalisten. Wij bij Amnesty maken ons grote zorgen om hun lot.

Activisten toegetakeld

Gesteund door een reeks zeer negatief getoonzette wetten (die veel organisaties tot ‘buitenlandse agenten’ oftewel ‘spionnen’ bestempelen) en een van staatswege gestuurde lastercampagne in de media neemt het geweld tegen mensenrechtenactivisten en journalisten in Tsjetsjenië de laatste tijd hand over hand toe. Een week voor de aanval op Kalyapin werd een minibus van het Comité op de grens tussen Ingoesjetië en Tsjetsjenië tegengehouden. In de bus: medewerkers van het Comité en zes Russische en twee westerse journalisten (uit Noorwegen en Zweden) die op de hoogte zouden worden gebracht van de situatie in de deelrepubliek. Ze werden allemaal uit het busje gesleurd door zo’n twintig gemaskerde mannen met messen en knuppels en ernstig toegetakeld. Het busje werd in brand gestoken.

Hoe lang houden ze het nog vol?

Hoe lang duurt het nog voordat er weer nieuwe slachtoffers vallen? De moord op die andere opponent, Boris Nemtsov, (27 februari 2015) ligt nog vers in het geheugen, evenals die op mensenrechtenactiviste Natalia Estemirova (15 juli 2009) en journaliste Anna Politkovskaja, dit jaar op 7 oktober alweer tien jaar geleden. In alledrie de zaken wordt de betrokkenheid van Kadyrov vermoed. Wanneer gaat het Kremlin serieus werk maken van onderzoek naar deze misdaden en naar de huidige intimidatie en het geweld? En van de bescherming van mensenrechtenactivisten en journalisten? Hoe lang houden Igor Kalyapin en zijn collega’s het nog vol? Hoe lang zal iemand als journaliste Elena Milashina van de onafhankelijke krant Novaja Gazeta haar kritische berichtgeving over het regime-Kadyrov nog durven voortzetten? En waar moeten de gewone burgers die slachtoffer zijn van Kadyrovs terreur naartoe als ook Kalyapins Comité Tsjetsjenië noodgedwongen verlaat?

Protest

Deze week gaan wij bij de ambassade van Rusland in Den Haag demonstreren voor een betere bescherming van mensenrechtenactivisten en journalisten in Tsjetsjenië. Met een eenpersoonsprotest, omdat dat in Rusland op dit moment vrijwel de enige manier is om op belangrijke plekken te mogen demonstreren. Maar dan wel in estafettevorm, zodat de boodschap de hele week goed zichtbaar is voor de Russische autoriteiten. En zodat de bedreigde mensenrechtenactivisten en journalisten in Rusland weten dat ze niet alleen staan.