Abdullah al-Darazi, Abdullah al-Huwaiti en Jalal Labbad dreigen in Saudi-Arabië geëxecuteerd te worden voor misdrijven die ze zouden hebben gepleegd toen ze jonger dag 18 jaar waren
© Amnesty International

Executie van jongemannen dreigt in Saudi-Arabië ondanks toezegging om straffen voor minderjarigen om te zetten naar celstraf

Zeker drie jongemannen lopen in Saudi-Arabië het risico op executie nadat een hof van beroep hun vonnissen tussen juni en oktober 2022 bevestigde. Na hun buitengewoon oneerlijke processen roept Amnesty International de Saudische autoriteiten op om de straffen van de jongemannen om te zetten.

In februari 2022 liet de Saudische mensenrechtencommissie Amnesty International weten dat het land de executies voor ‘misdrijven gepleegd door minderjarigen’ had stopgezet en dat het alle openstaande doodvonnissen in dergelijke gevallen had omgezet.

Schending internationaal recht

‘Mensen ter dood veroordelen voor misdrijven die plaatsvonden toen ze jonger waren dan 18 jaar, is een schending van de internationale mensenrechtenwetgeving’, zegt Diana Semaan van Amnesty International. ‘De Saudische autoriteiten hebben beloofd in dergelijke gevallen geen doodvonnis op te leggen, maar de wrede realiteit is dat het einde van de levens van deze jongemannen in zicht is. De koning mag deze doodvonnissen niet ratificeren en moet onmiddellijk alle op handen zijnde executies stopzetten. Ook moet hij opdracht geven tot nieuwe rechtszaken die volledig in overeenstemming zijn met de internationale normen voor een eerlijk proces, zonder dat de doodstraf kan worden opgelegd.’

Doodvonnissen gehandhaafd

Tussen juni en oktober 2022 handhaafden het Speciale Strafhof en een andere rechtbank het doodvonnis van drie jongemannen. Een Saudisch hof van beroep bevestigde op 4 oktober de doodstraf tegen Jalal al-Labbad. Het proces voor het Speciale Hof tegen twee anderen gaat door. Het Openbaar Ministerie eiste de doodstraf tegen hen. Alle vijf waren tussen de 14 en 18 jaar ten tijde van hun vermeende misdrijven.

Sjiitische minderheid

Vier van de vijf mannen behoren tot de sjiitische minderheid. Ze zijn veroordeeld of beschuldigd van aan terrorisme gerelateerde misdrijven. Dat gebeurde na hun deelname aan protesten tegen de regering of het bijwonen van begrafenissen van door veiligheidstroepen vermoorde mensen. De autoriteiten hebben herhaaldelijk doodvonnissen uitgesproken tegen leden van hun gemeenschap in hun streven om mensen met afwijkende meningen in de oostelijke provincie van Saudi-Arabië het zwijgen op te leggen.

Zeer oneerlijke processen

Volgens gerechtelijke documenten die Amnesty International analyseerde, werden alle vijf de mannen tijdens hun voorlopige hechtenis onderworpen aan een reeks van schendingen, waaronder geïsoleerde en eenzame opsluiting gedurende maximaal negen  maanden. Ook hadden ze tijdens hun hechtenis geen toegang tot een advocaat.

Beschuldigingen van marteling niet onderzocht

Saudische veiligheidsfunctionarissen onderwierpen vier van de mannen aan marteling en andere vormen van mishandeling om ‘bekentenissen’ af te dwingen. Als gevolg van de martelingen kreeg een van de vier een chronische infectie in zijn geslachtsorganen. De rechtbank slaagde er niet in om beschuldigingen van marteling te onderzoeken en vertrouwde op de ‘bekentenissen’ die door marteling waren verkregen.

Yousef al-Manasif

Yousef al-Manasif, voor wie executie dreigt, zat gedurende de eerste zes maanden van zijn gevangenschap in incommunicado-detentie en eenzame opsluiting.

Jalal Labbad

Jalal Labbad werd aanvankelijk op 1 augustus 2022 ter dood veroordeeld vanwege vermeende misdrijven die plaatsvonden toen hij 16 en 17 jaar oud was. Hij zat ongeveer twee jaar in voorarrest, waar hij gedurende een periode van drie weken werd onderworpen aan psychische en fysieke marteling. Hij werd onder meer uit zijn slaap gehouden.

Labbad vertelde de rechtbank: ‘Harde slagen over mijn hele lichaam, en in het bijzonder op mijn rechterbeen, die al metalen implantaten had na een eerdere operatie… Ik werd in mijn gezicht en tegen mijn hele lichaam geschopt, inclusief mijn geslachtsdelen, door vier tot zes soldaten die het bevel van de onderzoeker volgden, die er bij hen op aandrong harder te slaan en te martelen… Mijn hele lichaam, en vooral mijn geslachtsdelen, werden geëlektrocuteerd.’ Hij voegde eraan toe dat de marteling tot verschillende gezondheidsproblemen leidde, maar hij kreeg geen medische behandeling.

Het Speciale Strafhof veroordeelde hem voor tal van aanklachten, waaronder het zingen van slogans tijdens begrafenissen waarin staatsleiders werden beledigd. Het ging daarbij om plechtigheden van door veiligheidstroepen gedode mensen. Ook werd hij veroordeeld vanwege deelname aan een ‘gewapende opstand tegen het heersende systeem’. Daarmee werd naar verluidt gerefereerd aan het ontvoeren en vermoorden van een rechter. Ook werd Labbad beschuldigd van het schieten op en het gooien van Molotovcocktails naar veiligheidsfunctionarissen.

Abdullah al-Darazi

In augustus 2022 bekrachtigde het hof van beroep van het Speciale Strafhof het doodvonnis van Abdullah al-Darazi, die op 16-jarige leeftijd was gearresteerd. In de rechtbank vroeg hij om een onafhankelijk medisch onderzoek naar zijn gezondheidsproblemen die het gevolg zijn van marteling. De rechtbank weigerde dit.

Abdullah al-Huwaiti

Voor Abdullah al-Huwaiti, die in mei 2017 op 14-jarige leeftijd werd gearresteerd op beschuldiging van een gewapende overval en de moord op een veiligheidsfunctionaris, dreigt ook executie. Na een nieuw proces dat werd bevolen door het Hooggerechtshof in 2021, werd hij op 2 maart 2022 opnieuw ter dood veroordeeld. Hij weigerde zijn getuigenis te ondertekenen en zei tegen de rechtbank: ‘Alles in de “bekentenis” is niet waar, ik werd gedwongen te bekennen toen ik werd geslagen en bedreigd… Ik kreeg ook te horen dat ik mijn getuigenis moest aanpassen aan die van andere beklaagden.’

Achtergrond

Op 15 maart 2022 documenteerde Amnesty International de executie van 81 mannen, onder wie Saudische en burgers uit andere landen. Van de geëxecuteerden behoorden er 41 tot de sjiitische minderheid. Sindsdien gaan de autoriteiten door met het ter dood veroordelen van sjiitische mannen, ook als die die jonger waren dan 18 jaar op het moment van de vermeende misdrijven.

Amnesty documenteerde zeer oneerlijke processen van het Speciale Strafhof, dat in 2008 werd opgericht om personen te berechten die beschuldigd werden van aan terreur gerelateerde misdrijven, waarbij verdachten werden veroordeeld op basis van vage en brede aanklachten. Vreedzame kritiek werd bestempeld als ‘terrorisme’ en tientallen mensen werden ter dood veroordeeld na door marteling afgedwongen ‘bekentenissen’.

 

Meer over dit onderwerp