De Verenigde Arabische Emiraten moeten een einde maken aan de willekeurige detentie van 60 mensen

Emiraten houden critici al bijna een decennium gevangen

De Verenigde Arabische Emiraten (VAE) moeten een einde maken aan de willekeurige detentie van 60 mensen – onder wie activisten, advocaten, studenten en docenten – die zijn veroordeeld op basis van verzonnen aanklachten na een oneerlijk proces.

De rechtszaak staat bekend als de ‘VAE-94’-zaak, verwijzend naar een groep van 94 activisten die kritiek uitten op de regering van de Emiraten en democratische hervormingen eisten. Zij werden in 2012 gearresteerd. In juli 2013 werden 69 mannen veroordeeld in een buitengewoon oneerlijk massaproces vanwege samenzwering om de regering van de VAE omver te werpen. Ze kregen gevangenisstraffen tot 15 jaar opgelegd. Beklaagden werden tot een jaar incommunicado (zonder contact met de buitenwereld) vastgehouden en verschillenden beweerden dat ze werden gemarteld om een ‘bekentenis’ af te dwingen. Amnesty International interviewde familieleden van zes ‘VAE-94’-gevangenen.

Geen contact met familie

‘De ‘VAE-94’-gevangenen zitten nu al meer dan 9 jaar onterecht achter de tralies, en sommigen mogen hun familie al jarenlang niet zien of spreken’, zegt Lynn Maalouf van Amnesty International. ‘Het effect van dit wrede beleid werd des te duidelijker door de dood van Alaa al-Siddiq, de dochter van ‘VAE-94’-gevangene Mohamed al-Siddiq. Ze stierf in het Verenigd Koninkrijk tijdens een auto-ongeluk en had al 3 jaar geen contact meer gehad met haar vader omdat de autoriteiten dit hadden verboden.’

Voor haar dood vertelde Alaa al-Siddiq dat niemand van haar familie haar vader had gesproken sinds 2018. Alaa al Siddiq was directeur van ALQST, een toonaangevende maatschappelijke organisatie die mensenrechtenschendingen in Saudi-Arabië onder de aandacht brengt.

Geen eerlijk proces

De gevangenisstraffen die tijdens het massaproces werden opgelegd, zijn willekeurig omdat het berechten van zoveel beklaagden tegelijkertijd het moeilijk maakt om internationale normen voor een eerlijk proces na te leven. Bovendien waren de aanklachten gebaseerd op brede en vage juridische termen die een internationaal misdrijf niet adequaat definiëren. En tijdens de gehele procedure werden fundamentele juridische beginselen niet gerespecteerd, zoals het overleggen van bevelschriften en het ingaan op het bewijsmateriaal van de beklaagden.

Veel van de beklaagden werden alleen opgesloten voor het vreedzaam uiten van hun politieke mening. Amnesty International bracht in 2014 een rapport uit waarin de schendingen van het recht op een eerlijk proces zijn gedocumenteerd. De VN-werkgroep voor willekeurige detentie heeft vastgesteld dat alle verdachten in de zaak willekeurig worden vastgehouden.

Nationaliteit ontnomen

De regering van de Verenigde Arabische Emiraten ontnam Alaa al-Siddiq en haar negen broers en zussen hun staatsburgerschap in maart 2016 en liet de VN weten dat het hun staatsburgerschap had ‘ingetrokken’ omdat het staatsburgerschap van de vader was ‘ingetrokken’. Alaa al-Siddiq vluchtte in 2012 naar Qatar en verhuisde in 2019 naar het Verenigd Koninkrijk.

Mohamed al-Siddiq werd tot 10 jaar gevangenisstraf veroordeeld. Voorafgaand aan zijn veroordeling werd hem in december 2011 ook zijn nationaliteit ontnomen. Dat gebeurde nadat hij een petitie had ondertekend waarin werd opgeroepen tot democratische hervormingen. De autoriteiten gaven als reden voor het intrekken van zijn nationaliteit dat hij banden had met ‘verdachte regionale en internationale organisaties en personen’.

Antiterrorismewet

De schoonzoon van Mohamed al-Siddiq, Omran al-Rudwan, werd ook veroordeeld in het proces. Hoewel hij zijn gevangenisstraf van 7 jaar in 2019 had uitgezeten, houden de autoriteiten hem nog altijd gevangen op grond van de antiterrorismewet. Die staat het toe om iedereen ‘die extremistische of terroristische gedachten toepast’ voor onbepaalde tijd vast te houden. De regering liet gevangenen wel vrij nadat ze op video zogenaamde ‘bekentenissen’ hadden afgelegd. De video’s waren op regeringsgezinde sociale media geplaatst.

De familie van de ‘VAE-94’-gevangene Hasan al-Jaberi vertelde Amnesty dat de VAE in december 2019 al zijn familiebezoeken had stopgezet en hem meer dan 6 maanden verhinderde zijn familie te bellen. In juli en augustus 2020 mocht hij zijn familie wel meerdere keren bellen, maar sindsdien zit hij incommunicado vast. Al-Jaberi werd samen met zijn broer Husain, beiden voormalige regeringsmedewerkers, veroordeeld tot 10 jaar gevangenisstraf in het ‘VAE-94’-proces. Ook bij hen ontnam de regering in december 2011 de nationaliteit.

Represailles tegen familie

In januari 2017 belde de Federale Autoriteit voor Identiteit en Burgerschap de familie van Abdul Salam al-Marzooqi, die een gevangenisstraf van 10 jaar uitzit. Zij kregen te horen dat de nationaliteit van al zijn kinderen was ingetrokken waardoor ze feitelijk stateloos werden.

Amnesty’s oproep

‘De 60 mannen die na de ‘VAE-94’-rechtszaak nog steeds worden vastgehouden, hebben bijna een decennium ten onrechte in gevangenschap doorgebracht’, zegt Lynn Maalouf. ‘In plaats van hen en hun families te straffen, moeten de VAE de veroordelingen vernietigen en de slachtoffers van dit onrechtvaardige massaproces vrijlaten en hun hen nationaliteit teruggeven.’

Meer over dit onderwerp