Eerste stap voor Shell: $ 1 miljard voor schoonmaak Nigerdelta

Augustus 2008 – Bodo, Nigeria. Olie stroomt uit een lekkende pijp. Volgens schattingen gaat het om vierduizend vaten per dag. De pijp is van Shell. Een lasdefect is de oorzaak van het lek.

Shell grijpt niet direct in. De olie stroomt 72 dagen lang ongehinderd door. De nabijgelegen kreken lopen er vol mee. In december 2008 ontstaat als gevolg van roest een tweede lekkage, die 77 dagen blijft stromen.

Tragedie in Bodo

De omgeving van Bodo vervuilt ernstig. De vis sterft, het drinkwater raakt vergiftigd, de landbouw- en viskweekgronden worden op veel plaatsen bedekt met dikke lagen olie.

De inwoners van Bodo zien hun belangrijkste inkomstenbronnen verdampen: de visvangst en de landbouw. Armoede slaat toe. De prijzen stijgen. Mensen kunnen de school van hun kinderen niet langer betalen. Iedereen wacht op het moment dat Shell de vervuiling opruimt.

Tijd voor Shell om op te ruimen

Augustus 2011. Na drie jaar en veel internationale druk accepteert Shell eindelijk de verantwoordelijkheid voor de lekkages. Het bedrijf noemt ze ‘een tragedie’.

Er is echter nog altijd geen begin gemaakt met het opruimen van de vervuiling. In augustus publiceerde UNEP, het milieuagentschap van de VN, een rapport over de olievervuiling in de Nigerdelta. Daarin staat dat Shell ernstig heeft gefaald bij de aanpak van de olielekkages in de Nigerdelta. UNEP beveelt aan een fonds op te zetten voor herstel van het milieu, met een aanvankelijke omvang van 1 miljard dollar – een bedrag dat later moet worden aangevuld. Ook het CDA en de oppositiepartijen vinden dat Shell geld opzij zou moeten zetten voor opruimwerkzaamheden.

Verhalen uit Bodo

Amnesty International portretteerde vier inwoners van Bodo en legde vast hoe de vervuiling hun leven heeft beïnvloed:

  • Cecilia Teela en Emmanuel Kuru. Door de armoede hebben ze spanningen thuis. Hun zoon is gestopt met studeren en moet samen met zijn zus voor inkomen zorgen. Emmanuel vindt dat dat zijn taak is. Hij schaamt zich: ‘This thing kills my spirit.’
  • Christian Lekoya Kpandei. Zijn drie viskweekvijvers zijn volledig doordrenkt van de ruwe olie. Al het leven is eruit verdwenen. ‘Wat ik zag was ongelooflijk. Ik viel bijna flauw en begon te huilen. Al ons werk in één keer verdwenen.’
  • Sunday Agava. Schraapt iedere dag de olie van zijn erf. De stank is zo heftig en de lucht zo dik van de oliedampen, dat hij soms geen vuur durft te maken uit angst dat alles ontploft. ‘Het belangrijkste is dat de rivier wordt schoongemaakt. Als de rivier wordt schoongemaakt kan ik weer vissen.’