Een toost op de vrijheid in China?
Kan koning Willem-Alexander in China ‘tussen het toetje en de koffie’ iets zeggen over mensenrechten? Kan hij op enige andere wijze duidelijk maken dat mensenrechten een prioriteit zijn voor Nederland? Ja hoor, dat kan best. Dat wil zeggen: als de ministers die verantwoordelijk zijn voor zijn daden dat zouden willen. De koning is onschendbaar, maar niet onmondig.
Het is een diplomatieke en politieke keuze of de koning een voor Nederland zo belangrijke onderwerp in China zal aanroeren. Het was een politieke keuze dat de koning ons land onlangs zo mooi bij de VN neerzette als een partner in de strijd voor gerechtigheid.
Heineken en de baggersector
Willem-Alexander zou nu, net als zijn moeder ooit deed tijdens een staatsbanket in Rusland, iets kunnen zeggen over het belang van de rechtsstaat. Daar hecht China ook veel waarde aan, als we president Xi Jinping mogen geloven. Hij zou kunnen vertellen dat de Nederlandse regering veel profijt heeft van kritisch meedenkende burgers, en dat we deze mensen doorgaans niet als vijanden van de staat beschouwen. Het zou voor zijn eigen profiel ook geen kwaad kunnen als Willem- Alexander eens wat minder de lobbyist van Heineken en de baggersector wordt, en wat meer koning van de mensenrechten. Hij is tenslotte ook mijn koning.
Staatsrechtelijk gezien is het natuurlijk vooral de taak van ministers Koenders en Ploumen, en staatssecretarissen Van Rijn en Dijksma om de repressie van advocaten, mensenrechtenactivisten, journalisten en academici aan te kaarten. Dat hebben we hen dan ook gevraagd, in een brief aan premier Rutte. Daarin tonen we ons verheugd over het gesprek dat minister Koenders in juni met zijn Chinese ambtsgenoot had, en waarin hij het belang van de civil society onderstreepte.
Het komt er nu op aan dat alle bewindspersonen om de vrijlating van drie vrouwelijke mensenrechtenverdedigers zullen vragen, onder wie de prominente advocate Wang Yu die al sinds de zomer op een onbekende plek wordt vastgehouden. Mensenrechten maken immers deel uit van economische missies, zo is de afspraak. Minister Koenders heeft aangekondigd dat er in China ‘vanzelfsprekend over mensenrechten’ wordt gepraat, maar de vraag is door wie, en ik hoop van harte dat het ook zo concreet wordt.
Durf ontbreekt door Chinees machtsvertoon
Net als elders leeft er ook bij de Nederlandse regering groot ongemak over dit onderwerp, en zijn we niet opgewassen tegen het machtsvertoon van het Chinese regime. President Obama, zelf winnaar van de Nobelprijs voor de Vrede, durfde het niet aan om bij Xi Jinping aan te dringen op vrijlating van de Chinese winnaar van de Vredesnobelprijs, Liu Xiaobo. In Engeland werd Xi Jinping in een gouden koets rondgereden en door de erewacht op Buckingham Palace onthaald.
Ons kabinet heeft de meeste gesprekken met China ‘over de mensenrechtensituatie’ naar een lager, diplomatiek niveau gedelegeerd. En dat signaal wordt in China luid en duidelijk verstaan. Niet alleen door de communistische machthebbers, maar ook door die vele moedige Chinese burgers die echt proberen van hun land een rechtsstaat te maken. Zij zien hoe hun president in het buitenland met veel ceremonieel en applaus wordt ontvangen, dat daar niet veel woorden worden vuilgemaakt over mensenrechten, en hoe goed de Chinese propagandamachine ook over de grens werkt. En zij maken zich grote zorgen.
Kritiekloos buigen
‘Ik begrijp dat zowel economische belangen als mensenrechten deel uitmaken van het Nederlandse buitenlandbeleid,’ zo verwoordde advocaat Teng Biao het deze week, ‘maar wie in China winst verkiest boven mensenrechten en vrijheid, moedigt daarmee het repressieve beleid van de regering van Xi Jinping aan.’ Met andere woorden: Kritiekloos buigen voor de Chinese machthebbers ondermijnt alle inspanningen van het maatschappelijk middenveld in China zelf. De boodschap van de president aan Chinese mensenrechtenverdedigers zou wel eens deze kunnen zijn: Als de oudste democratieën in de wereld mij met zoveel respect en goedkeuring bejegenen, welk recht hebben jullie dan om mij te bekritiseren?
Het risico van deze koers is dat als we ons als schoothondjes gaan gedragen, we ook zo zullen worden gezien en behandeld. Een Engelse China-expert formuleerde het heel beeldend: ‘Als je als een jonge pup naar iemand gaat staan hijgen zal die persoon denken dat hij je een riem om kan doen.’ China is staten effectief tegen elkaar aan het uitspelen en maakt van mensenrechten een ‘no go area’. Aan ons de keuze of we dat willen laten gebeuren.