© Guerchom Ndebo / AFP

DRC: Strijdende partijen moeten stoppen met gebruik explosieve wapens in dichtbevolkte gebieden

Tussen januari en juli 2024 hebben de door Rwanda gesteunde gewapende groep M23 en het Congolese leger (FARDC) in het oosten van de Democratische Republiek Congo (DRC) meer dan 150 keer explosieve wapens afgevuurd in dichtbevolkte gebieden.

De aanvallen, waarbij meer dan 100 burgers omkwamen en honderden mensen gewond raakten, schonden het internationaal humanitair recht en zijn waarschijnlijk oorlogsmisdaden. 

Onderzoekers van Amnesty International interviewden 60 mensen, bezochten verschillende aanvalslocaties en analyseerden tientallen geverifieerde foto’s, video’s en verklaringen van de strijdende partijen en anderen en documenteerden dat de M23 en het Congolese leger herhaaldelijk ongeleide raketten gebruikten, waaronder 122mm Grad-raketten. Deze wapensystemen zijn inherent onnauwkeurig en het gebruik ervan in bevolkte gebieden brengt een extreem hoog risico op burgerslachtoffers met zich mee. 

“De verwoestende escalatie van het gebruik van explosieve wapens is een gevaarlijke ontwikkeling in een conflict dat al drie decennia gepaard gaat met mensenrechtenschendingen en schendingen van het humanitair recht,” zegt Agnès Callamard, secretaris-generaal van Amnesty International. 

Bombardementen door beide partijen   

In het oosten van de DRC vond het toegenomen gebruik van explosieven plaats tegelijk met een grootschalig offensief van de M23, die volgens VN-rapporten substantieel wordt gesteund door de Rwandese defensiemacht, tegen het Congolese leger (FARDC) in januari 2024. Naarmate de gevechten escaleerden, voerden beide partijen hun aanvallen op en gebruikten ze explosieven zonder de burgerbevolking te beschermen.  

Vier door Amnesty onderzochte aanvallen

Op 25 januari 2024 trof een artilleriegranaat, hoogstwaarschijnlijk afgevuurd door de FARDC, een huis in de wijk Bukama in Mweso, waarbij volgens medische bronnen ten minste 19 mensen omkwamen en ten minste 25 anderen gewond raakten, onder wie 15 kinderen.   

Amnesty vond geen aanwijzingen voor militaire doelen in of nabij het getroffen gebied, en medische bronnen bevestigden dat er geen strijders onder de slachtoffers waren.   

Op 4 maart 2024 werden burgers die te voet vluchtten voor een aanval van de M23 op de stad Nyanzale door munitie getroffen, waarbij volgens ooggetuigen en medische bronnen ten minste 17 burgers omkwamen en een tiental gewond raakten. Alle slachtoffers waren wegvluchtende burgers, onder wie kinderen.  

Bij een ander incident, op 3 mei 2024, landden verschillende raketten in de buurt van Goma, waarschijnlijk afgevuurd door de M23 als reactie op raketvuur van het Congolese leger, dat posities had ingenomen in de buurt van kampen voor binnenlandse ontheemden bij de stad. Een van de raketten trof een kamp genaamd 8ème CEPAC, ten noordwesten van Goma, waarbij volgens medische bronnen ten minste 18 burgers omkwamen, onder wie 15 kinderen, van wie zes jonger dan vijf jaar.  

Congolese autoriteiten en M23-leiders reageerden niet op Amnesty’s voorlopige bevindingen die in december 2024 werden gedeeld.   

“Amnesty International onderzocht de aanvallen tussen januari en juli 2024, vóór het staakt-het-vuren, maar we weten dat dit soort bombardementen niet zijn gestopt,” zegt Agnès Callamard. “Burgers, onder wie ontheemden die in geïmproviseerde kampen in de hele regio opeengepakt zitten, blijven een ernstig risico lopen om te overlijden of gewond te raken door raketten en andere explosieve wapens die door de strijdende partijen worden gebruikt.”   

Oproep Amnesty International

Het Internationaal Strafhof, dat zijn onderzoek naar de situatie in het oosten van de DRC heeft hervat, moet aanvallen op dichtbevolkte burgergebieden met explosieven met een groot effectgebied als oorlogsmisdaden onderzoeken, zodat de verdachten voor de rechter kunnen worden gebracht, aangezien de Congolese autoriteiten hebben laten zien dat ze daartoe niet bereid of in staat zijn.  

De M23 en de FARDC en hun bondgenoten moeten ophouden bewoonde gebieden, waaronder kampen voor ontheemden, als slagvelden te gebruiken.   

“Zoals de lange geschiedenis van het conflict in het oosten van de DRC ons heeft laten zien, gaan mensenrechtenschendingen en schendingen van het humanitair recht door als er geen verantwoording wordt afgelegd,” aldus Agnès Callamard. “De M23 en het leger van Congo moeten onmiddellijk stoppen met het bombarderen van burgers.”  

Meer informatie

Lees voor de aanvullende oproepen, persoonlijke getuigenissen en meer informatie over Amnesty’s bevindingen en methodiek het uitgebreide Engelse persbericht. 

Meer over dit onderwerp