Demonstrant bij protest in Den Haag belaagd door aanhangers Chinese premier Li Keqiang
Politie Den Haag schiet tekort bij bescherming vreedzame Amnesty-demonstrant.
Bij een eenpersoonsprotest van Amnesty International bij het bezoek van de Chinese premier Li Keqiang aan het Haags Gemeentemuseum eerder vandaag, is een medewerker van Amnesty International belaagd door aanhangers van de Chinese premier. Met een grote Chinese vlag probeerden de Chinese vertegenwoordigers het protest van Amnesty te verhinderen door fysieke intimidatie. Ook een aanwezige fotograaf werd door de Chinese aanhangers gehinderd in zijn werk.
Optreden politie
Vrijwel direct na aankomst van de Amnesty-demonstrant vorderde de politie zonder motivering zijn legitimatiebewijs. Amnesty heeft de afgelopen jaren meermaals haar zorgen geuit over de manier waarop de politie in Den Haag zonder motivering legitimatiebewijzen vordert tijdens vreedzame protesten.
Iemand die in het openbaar zijn of haar mening uit dient te worden beschermd door de politie. Het feit dat de Amnesty-demonstrant herhaaldelijk van de politie te horen kreeg dat zijn protest onrust veroorzaakte is problematisch. Het protest van Amnesty belemmerde op geen enkele manier de veiligheid, de toegang tot het Gemeentemuseum of het verkeer.
Zelfs nadat de demonstrant van Amnesty werd belaagd door de aanhangers van de Chinese premier duurde het enige tijd voordat de politie, die op slechts enkele meters afstand stond, ingreep om de belagers op afstand te zetten.
Xinjiang
Amnesty protesteerde in Den Haag tegen mensenrechtenschendingen door de Chinese autoriteiten. In de regio Xinjiang maken zij zich schuldig aan de systematische onderdrukking van voornamelijk islamitische minderheidsgroepen. Naar schatting een miljoen mensen zijn willekeurig opgesloten in heropvoedingskampen.
Update
Amnesty heeft in december 2018 een officiële klacht ingediend over het politieoptreden. De politiechef Den Haag heeft de klacht pas in mei 2021 afgedaan. De klacht over de ID-controle is gegrond verklaard; de politie had geen legitimatiebewijs mogen vorderen. Wat betreft het klachtonderdeel over de onvoldoende bescherming van een vreedzame demonstrant tegen belaging van vijandig publiek, zijn we deels in het gelijk gesteld. De argumentatie van de politie op dit punt is moeilijk te begrijpen. Bovendien rust deze op voor ons niet (meer) te controleren verklaringen van agenten die zij lange tijd na het incident hebben afgegeven.
Lees meer over etnische minderheden in China.