Brief van de ene cel naar de andere

Dinara Yunus komt uit Azerbeidzjan en woont sinds 2009 in Nederland. Ze studeerde af aan de Universiteit van Amsterdam en probeert Nederlands te leren. Maar er is één ding dat haar echt bezig houdt, het lot van haar vader en moeder.

In actie komen voor de vrijlating van Leyla en Arif Yunus? Stuur een mail naar de autoriteiten in Azerbeidzjan.

 

Dinara Yunus komt uit Azerbeidzjan en woont sinds 2009 in Nederland. Ze studeerde af aan de Universiteit van Amsterdam en probeert Nederlands te leren. Maar er is één ding dat haar echt bezig houdt, het lot van haar vader en moeder.

In actie komen voor de vrijlating van Leyla en Arif Yunus? Stuur een mail naar de autoriteiten in Azerbeidzjan.

 

Haar moeder is de 60-jarige Leyla Yunus. De voorzitter van de mensenrechtenorganisatie ‘Vrede en Democratie’. Tijdens een persconferentie in juli vorige jaar riep zij op tot een boycot van de Europese Spelen in Azerbeidzjan. Al jaren zet zij zich in voor mensenrechten in het land dat met harde hand wordt geregeerd door Ilham Aliyev. Een week na de persconferentie, op 30 juli werd ze opgepakt voor aanklachten als ‘landverraad’ en ‘fraude’. Leyla Yunus heeft diabetes en andere medische problemen waarvoor ze medicatie nodig heeft. Medicatie die ze niet krijgt.

Kort na haar gevangenname, werd ook Leyla’s man Arif, eveneens mensenrechtenverdediger, gearresteerd. Het echtpaar werd na 36 jaar van elkaar gescheiden. Tot op de dag van vandaag zitten ze gevangen. In verschillende gevangenissen en niet in staat om met elkaar te communiceren. Toch schreef Lelya Yunus een brief aan haar man, een brief waarvan ze niet zeker wist of die zou aankomen. Dit is wat ze schreef:

Mijn liefste Arif,

Na 36 jaar samen te hebben geleefd, leven we nu in verschillende cellen in verschillende gevangenissen…

Mijn liefste, misschien besef je het niet, maar ik kan het allemaal aan: verschrikkelijke fysieke pijn (ik lijd al aan longontsteking door het koude water), druk van een geharde gevangene (ze komt trouwens uit onze stad Ganja – ons Ganja heeft ons wederom laten vallen) en zelfs de bezoekjes van die beesten van het Openbaar Ministerie. Ik onderga het gebrek aan communicatie. Ik weet dat jij het helemaal zonder communicatie moet stellen, zonder schone kleren en zonder medicijnen. Ik heb ook geen voedsel en medicijnen. Stel je voor, deze beesten, deze Usubovs (minister van Binnenlandse Zaken) en Lemberanskys (Openbaar Aanklager) – zij zijn zo verachtelijk dat ze ons in onze zuurstofloze cellen ook nog eens laten verhongeren en creperen zonder medicijnen.

Maar het moeilijkst van al is dat jij er niet bent. Zesendertig jaar lang zijn we bijna nooit uit elkaar geweest! Ik kan er niet tegen dat ik niet met je mag communiceren, zelfs niet via brieven. Daarom besloot ik je deze open brieven te schrijven. Op de een of andere manier zullen die jou bereiken.

Weet je, samen hebben we alles gelezen – Aleksandr Solzjenitsyn (Russisch romanschrijver en criticaster van het Sovjet-regime), Varlaam Shalamov (Russisch schrijver en goelag-overlevende), Vasili Grossman (Russisch schrijver en journalist) en Vasili Aksyonov (Russisch romanschrijver en KGB-doelwit). Samen spraken we vaak over hoe echtgenoten die samen gearresteerd waren zich voelden. In 1937 waren er daar heel veel van.

We hadden alleen nooit voorspeld dat in de 21ste eeuw de onderdrukking van de jaren 1930 zou terugkomen. Gisteren moest ik denken een Grossmans woorden in Leven en lot. Hij schrijft over de gevoelens van gevangenen: ‘Een vreselijk lijden wordt vervangen door een dwaas opium – optimisme…’

Hoe accuraat was zijn beschrijving van optimisme in de gevangenissen van autoritaire regimes. Zelfs de Joden in gevangenkampen gaven elkaar in 1942 informatie door dat Hitler een ultimatum had gekregen om alle Joden onmiddellijk vrij te laten. En de mensen geloofden het… Ze geloofden het omdat ze zich vastklampten aan dit dwaze opium – optimisme.

Wij zijn beiden realisten: ‘De politiek is een vuile wereld.’ Dit weten wij maar al te goed. Wat er ook verder gebeurt – het moeilijkste is dat ik jou niet kan zien. En dit is ons 37ste jaar samen.

Knuffels,
Leyla

Het is onduidelijk of deze brief Arif Yunus heeft bereikt. Wie de brief zeker wel heeft gelezen, is zijn dochter. Vorige week sprak ik haar in Amsterdam. Mondjesmaat krijgt ze via-via informatie over de situatie van haar moeder, contact met haar vader is onmogelijk. Ze vreest voor het leven van haar vader en moeder en weet niet wat ze moet doen. Dinara vertelde dat ze vorig jaar en een maand geleden een brief stuurde aan NOC/NSF om in ieder geval met ze te spreken over haar ouders en het land waar in juni van dit jaar de eerste Europese Olympische Spelen worden gehouden. Op die brieven heeft ze nog altijd geen antwoord gehad.

Wil jij wél iets doen voor de vrijlating Leyla en Arif Yunus? Kom dan in actie en stuur een mail naar de autoriteiten in Azerbeidzjan.