Brief uit een Egyptische gevangenis
De 19-jarige Mahmoud Hussein werd op 25 januari 2014 in de Egyptische hoofdstad Caïro gearresteerd omdat hij een T-shirt tegen martelen droeg. Hij zit nu al meer dan 620 dagen zonder aanklacht vast.
Op het T-shirt van Mahmoud stond het logo en de tekst van de ‘Natie zonder marteling-campagne’. Daarnaast droeg hij een sjaal met het logo van de `25 januari revolutie’. Mahmoud werd gemarteld en mishandeld in gevangenschap, en zijn voorarrest wordt telkens verlengd. Amnesty beschouwt hem als gewetensgevangene.
Vanuit de Tora-gevangenis in Caïro schreef Mahmoud onlangs deze brief:
‘De blijdschap van Eid (islamitische feestdag). Wat moet ik zeggen over Eid? Het is het feest dat Allah ons twee keer per jaar geeft, een keer als Eid Al-Fitr (suikerfeest) na de heilige maand Ramadan, en nu als Eid Al-Adha (offerfeest). Tijdens deze gebeurtenissen komen vrienden en familie samen om van elkaars gezelschap te genieten.
Sinds ik op mijn achttiende werd gearresteerd, heb ik dit niet meer meegemaakt. Ik zit nog steeds in de gevangenis en word in januari twintig. Ik weet niet eens wanneer er een einde komt aan mijn gevangenschap, of waarom ik precies werd opgepakt. Ik weet niet eens waarvan ze me beschuldigen, omdat ik al die tijd vastzit zonder aanklacht of rechtszaak. Wanneer komt er een einde aan deze periode? Zo lang ze me blijven zien als een aangeklaagde, misschien wel nooit.
Word ik aangeklaagd voor een doel, een idee, of een droom die zo velen van ons hadden sinds de revolutie van 25 januari 2011? Ik droomde, samen met zoveel andere jongeren, dat er een einde zou komen aan onderdrukking, marteling en moorden van jongeren. De jongeren droomden van een land zonder marteling. Die dag zal komen, en die droom zal werkelijkheid worden in dit land, waarvoor zoveel jongeren, jonge mannen en vrouwen, hun bloed hebben gegeven. En waarvoor zovelen nog steeds gevangen zitten.
In dit land worden de onderdrukker, de moordenaar, en zij die over onze rechten heersen beschouwd als eervol, terwijl degenen die zij doden of in de gevangenis zetten als verraders en spionnen worden gebrandmerkt.
Er komt een dag waarop er een einde komt aan de onderdrukking in de land. Er komt een tijd van liefde en revolutie. En dan zal ik pas echt de sfeer en blijdschap van Eid voelen, en het samenzijn met mijn geliefden. Dan zal er een land zijn dat puur en mooi is, en Egypte zal de vrije bruid zijn.
Mahmoud Mohamed Hussein, Tora-gevangenis