Bangladesh, stop de onderdrukking van vrije meningsuiting online
De autoriteiten van Bangladesh moeten een einde maken aan de onderdrukking van de vrije meningsuiting via internet. Daarom moet de draconische Wet op de Digitale Veiligheid snel worden ingetrokken tenzij deze wordt gewijzigd en in overeenstemming is met de internationale mensenrechtenwetgeving en -normen.
In de nieuwe briefing van Amnesty International No space for dissent staat beschreven hoe de brede en vage bewoordingen in de Wet op de Digitale Veiligheid de autoriteiten in staat stelt controle uit te oefenen op online uitingen. In de briefing worden ook de zaken/ervaringen van tien mensen beschreven die slachtoffer werden van mensenrechtenschendingen, waaronder gedwongen verdwijningen, willekeurige detentie en marteling, omdat ze op sociale media kritiek uitten op de autoriteiten.
Wet gebruikt om critici aan te pakken
In Bangladesh zitten op dit moment zeker 433 mensen gevangen vanwege het overtreden van de Wet op de Digitale Veiligheid. De meesten worden beschuldigd van het online publiceren van valse of aanstootgevende informatie. Tot de mensen op wie de autoriteiten het hebben gemunt, behoren onder meer journalisten, cartoonisten, muzikanten, activisten, ondernemers, studenten en zelfs een boer die niet kan lezen of schrijven.
Schrijver Mushtaq Ahmed stierf in de gevangenis naar verluidt aan een hartaanval nadat hij daar 10 maanden zonder proces vastzat. Een gevangene beweert dat hij werd gemarteld.
Gevaarlijk om kritiek te uiten
‘De Wet op de Digitale Veiligheid maakt het gevaarlijk om je in Bangladesh uit te spreken en een kritische mening te uiten’, zegt Saad Hammadi van Amnesty International. ‘Dit heeft een afschrikwekkend effect op de Bengalese samenleving en perkt de ruimte voor onafhankelijke media en maatschappelijke organisaties ernstig in. We roepen de autoriteiten van Bangladesh op om alle gevangenen vrij te laten die uitsluitend worden vastgehouden voor het uitoefenen van hun recht op vrijheid van meningsuiting.’
De wet geeft wetshandhavers de bevoegdheid om huiszoekingen te doen, apparatuur in beslag te nemen en mensen zonder bevelschrift te arresteren omdat ze een opmerking online hebben gedeeld. Dat is in strijd met het recht op vrijheid van meningsuiting dat is vastgelegd in het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (BuPo) dat ook Bangladesh heeft ondertekend en geratificeerd.
‘We herinneren de Bengalese autoriteiten aan de aanbevelingen die ze van verschillende VN-lidstaten hebben aanvaard tijdens de laatste Universal Periodic Review (UPR) van de Verenigde Naties in mei 2018. Er zouden concrete maatregelen genomen worden om alle wetgeving, inclusief de Wet op de Digitale Veiligheid, in overeenstemming te brengen met het BuPo-verdrag’, zegt Hammadi.
Instrument voor onderdrukking
De wet, die in oktober 2018 in werking trad, wordt steeds vaker gebruikt om afwijkende meningen op sociale media, websites en andere digitale platforms te bestraffen. Er kan zelfs levenslang worden opgelegd. De autoriteiten richten zich met name op critici onder het mom dat ze online valse, beledigende, denigrerende of lasterlijke verklaringen hebben afgelegd.
Zelfs voordat de Wet op de Digitale Veiligheid was goedgekeurd, uitten speciale VN-rapporteurs voor de vrijheid van meningsuiting en voor mensenrechtenverdedigers al hun bezorgdheid over de wet. Verschillende VN-lidstaten hebben tijdens de UPR de Bengalese regering aanbevolen om de wet te wijzigen ‘om de online vrijheid van meningsuiting te waarborgen’. De regering is tot dusver haar belofte niet nagekomen.
Het vrije woord gecriminaliseerd
Amnesty International ontdekte een zorgwekkend patroon waarbij de autoriteiten verschillende delen van de wet gebruiken om critici aan te pakken, zoals het verbod op het versturen van lasterlijke informatie.
Emdadul Haque Milon, een apotheker en aannemer, zei dat een lokale politieke leider van de regerende Awami League-partij hem op 3 maart 2020 had laten vasthouden onder de Wet op de Digitale Veiligheid vanwege een Facebookbericht. Daarin had hij kritiek op de uitnodiging van de Bengaalse regering aan de Indiase premier Modi om de herdenking van de honderdste geboortedag van sjeik Mujibur Rahman bij te wonen. Rahman was eerste president van Bangladesh. Haque Milon beweert dat de politicus hem had laten opsluiten om te voorkomen dat hij een voorstel voor een overheidscontract zou indienen dat vervolgens naar de schoonzoon van de politicus ging. Hij werd uiteindelijk na 23 dagen op borgtocht vrijgelaten.
Gebrek aan bewijs
Het cybertribunaal in Dhaka heeft in de onderzochte periode bijna 50 procent van de zaken die het in behandeling nam (97 van de 199) geseponeerd wegens gebrek aan bewijs. Dat doet echter geen afbreuk aan de mensenrechtenschendingen die mensen hebben ondergaan, waaronder het feit dat ze gedurende verschillende perioden worden vastgehouden, zelfs voordat de zaken voor de rechter verschenen.
‘Het aantal zaken dat door het tribunaal is afgewezen, laat zien dat machthebbers in Bangladesh de wet gebruiken als middel om mensen met een afwijkende mening het zwijgen op te leggen. De VN-lidstaten moeten hun zorgen blijven uiten over de voortdurende schendingen die worden begaan onder de Wet op de Digitale Veiligheid. Ze moeten met de autoriteiten samenwerken om ervoor te zorgen dat hun aanbevelingen worden uitgevoerd’, zegt Saad Hammadi.