Afghanistan: Taliban-strijders vermoorden dertien leden van Hazara-minderheid
In de Afghaanse provincie Daykundi doodden Taliban-troepen dertien leden van de Hazara-minderheid, onder wie een 17-jarig meisje. Dat gebeurde nadat leden van de veiligheidstroepen van de voormalige regering zich hadden overgegeven, blijkt uit een nieuw Amnesty-onderzoek.
De moorden vonden op 30 augustus 2021 plaats in het dorp Kahor in het district Khidir. Elf van de slachtoffers waren voormalige leden van de Afghan National Defense Security Forces (ANDSF), twee anderen waren burgers. Kort na de val van Kabul documenteerde Amnesty hoe Taliban-strijders negen etnische Hazara-mannen afslachtten nadat ze de controle over de provincie Ghazni hadden overgenomen.
Doden van veiligheidstroepen en burgers gedood
Volgens ooggetuigenverslagen die Amnesty International verzamelde, hebben de Taliban negen van de ANDSF-leden buitengerechtelijk geëxecuteerd nadat ze zich hadden overgegeven. Deze moorden kunnen oorlogsmisdaden te zijn. Twee burgers werden gedood toen ze probeerden te vluchten. Amnesty verifieerde foto’s en videobeelden, die na de moorden werden genomen, en identificeerde de locatie van het dorp Kahor, waar ze plaatsvonden.
Taliban toont ware gezicht
‘Deze koelbloedige executies zijn een verder bewijs dat de Taliban dezelfde gruwelijke misstanden begaan als waar ze berucht om waren toen ze eerder de macht in Afghanistan hadden’, zegt Agnès Callamard, secretaris-generaal van Amnesty International. ‘Ze schenden herhaaldelijk de rechten van mensen die ze als hun tegenstanders beschouwen, en doden zelfs mensen die zich al hebben overgegeven. De Taliban zeggen dat ze zich niet richten op voormalige werknemers van de vorige regering, maar deze moorden tonen het tegendeel.’
‘De Taliban moeten deze wraakacties onmiddellijk staken en ervoor zorgen dat werknemers van de voormalige regering en hun families veilig kunnen leven in Afghanistan. De nieuwe regering moet duidelijk maken dat dergelijke ernstige schendingen niet worden getolereerd en dat de verantwoordelijken zullen worden vervolgd’, zegt Callamard.
Het verifiëren van de mensenrechtenschendingen die door de Taliban zijn begaan sinds ze de controle over Afghanistan in augustus 2021 overnamen, is moeilijk gebleken omdat de mobiele telefoondienst in veel regio’s is stopgezet.
Moorden in het dorp Kahor
De Taliban kregen op 14 augustus 2021 de controle over de provincie Daykundi. Naar schatting 34 voormalige ANDSF-leden zochten veiligheid in het Khidir-district en hadden militaire uitrusting en wapens van de regering bij zich. Ze besloten zich aan de Taliban over te geven toen die het gezag over grote delen van de regio kreeg.
Mohammad Azim Sedaqat, die de overgave leidde, regelde dat de wapens van de groep in aanwezigheid van de Taliban onklaar werden gemaakt. Op 29 augustus 2021 onderhandelden de mannen over een volledige overgave aan de Taliban.
Buitengerechtelijke executies
Opuitengerechtelijke executies 30 augustus arriveerden naar schatting 300 Taliban-strijders in de buurt van het dorp Dahani Qul, waar de ANDSF-leden verbleven. Toen de ANDSF-leden probeerden het gebied met hun families te verlaten, bleef één voertuig vastzitten in de buurt van het dorp Kahor. Toen de Taliban-strijders hen inhaalden, openden ze het vuur op de menigte en doodden ze het 17-jarige meisje Masuma. Een van de ANDSF-leden vuurde vervolgens terug, waarbij een Taliban-strijder werd gedood en een andere gewond raakte. Terwijl de families vluchtten bleven de Taliban op hen schieten en doodden twee ANDSF-leden. Nadat nog negen ANDSF-leden zich hadden overgegeven, brachten de Taliban hen naar een nabijgelegen rivierbekken en executeerden hen.
Video’s en foto’s die door Amnesty zijn beoordeeld, tonen de lijken van elf mannen op een rij. Velen hadden schotwonden in het hoofd. Een video toont ook een lichaam dat een helling op wordt gedragen, vermoedelijk in het stroomgebied bij Kahor. Amnesty heeft deze video niet onafhankelijk kunnen lokaliseren, maar de inhoud komt overeen met ooggetuigen die zeggen dat de locatie dicht bij Kahor ligt.
De namen en geschatte leeftijden van de elf ANDSF-leden zijn Musa Amiri, 46, Khudad Jawahiri, 33, Esmatullah Zarigh, 34, Noor Ali Ibrahimi, 34, Habibullah, 33, Amanullah, 32, Reza Karimi, 31, Dawran, 26, Dur Mohammed, 41, Abdul Hamid Fahimi, 28 en Reza Joya, 33.
Taliban ontkennen
Op 31 augustus, de dag na de moorden, brachten dorpelingen de lichamen naar Dahani Qul, waar ze vervolgens werden begraven. Amnesty heeft informatie geverifieerd die de locatie van twee van de graven en de identiteit van de mensen die er begraven zijn, bevestigt. De Taliban vertelden vervolgens de achtergebleven familieleden dat iedereen die was gevlucht, moest terugkeren en zich binnen drie dagen moest overgeven. Iemand met wie Amnesty sprak vertelde dat een hoge Taliban-functionaris vertelde: ‘Ik heb de afgelopen 20 jaar mensen vermoord. Doden is makkelijk voor mij. Ik kan weer moorden.’
Op 1 september 2021 ontkende Sadiqullah Abed, de door de Taliban aangestelde politiechef voor de provincie Daykundi, dat er doden waren gevallen en bevestigde in plaats daarvan alleen dat er een lid van de Taliban gewond was geraakt.
Achtergrond
De Taliban grepen de macht in Afghanistan na de val van de regering medio augustus 2021. Amnesty International heeft opgeroepen tot de bescherming van duizenden Afghanen die een ernstig risico lopen op represailles van de Taliban, zoals academici, journalisten, maatschappelijke activisten en vrouwelijke mensenrechtenverdedigers.
In de recente briefing Afghanistan’s fall into the hands of the Taliban geeft Amnesty een overzicht van mensenrechtenschendingen door de Taliban, waaronder gerichte moorden op burgers en soldaten die zich hebben overgegeven. Ook worden humanitaire voorraden geblokkeerd wat volgens internationaal recht een misdrijf is.