Aanhouding Amnesty-actievoerders bij Russische ambassade
Twee medewerkers van Amnesty International zijn vanochtend door de politie aangehouden tijdens een protest bij de Russische ambassade in Den Haag.
De eerste actievoerder werd aangehouden toen hij met zes paspoppen bij een eenmansprotest voor de ambassade stond. Hij vroeg zo aandacht voor voorwaarden die in Rusland gelden voor dergelijke protesten en die volgens Amnesty een ernstige beperking vormen van de vrijheid van meningsuiting.
Toen de politie aangaf dat de medewerker zou worden aangehouden nam een tweede medewerker zijn plaats in. Daarop werd ook hij, samen met de paspoppen meegenomen.
Amnesty is van mening dat aan alle regels voor acties van de gemeente Den Haag is voldaan, en dat de eenmansactie geen verstoring van de openbare orde vormde. Ook was er geen enkele sprake van hinder voor het functioneren van de ambassade, of voor voorbijgangers.
De actie in Den Haag maakte deel uit van een internationale week voor de vrijheid van meningsuiting in Rusland. Activisten uit twaalf landen nemen deel aan deze actie.
Bekijk een fotoserie van het protest en de aanhouding op Facebook.
UPDATE 12 JANUARI 2016: De zaak tegen één van de gearresteerde medewerkers is direct na aanhouding geseponeerd. De zaak tegen een andere medewerker loopt nog altijd. Het OM heeft deze zaak anderhalf jaar na dato nog altijd niet in behandeling genomen. Naar aanleiding daarvan heeft de klachtencommissie van de politie besloten om behandeling van de klacht op te te schorten. Voor Amnesty gaat het om een principiële zaak waarbij de vrijheid van meningsuiting in het geding is.
Deze actie is deel van de Ruslandactieweek (6-12 oktober 2014), waarin Amnesty International aandacht voor de toenemende repressie die Rusland.