Zo wordt EU-steun in Libië gebruikt om migranten tegen te houden

De Europese Unie besteedt tientallen miljoenen euro’s in Libië om irreguliere migratie tegen te gaan. Een deel van de steun gaat naar mensensmokkelaars, in de hoop dat ze hun leven beteren. Hoe verloopt dat in de praktijk? Op bezoek in Zawiya, een smokkelaarsnest aan de Middellandse Zee.  

Overlevenden van een schipbreuk waarbij elf mensen verdronken die onderweg waren naar Europa, worden door de Libische kustwacht naar de haven teruggebracht, april 2023. Overlevenden van een schipbreuk waarbij elf mensen verdronken die onderweg waren naar Europa, worden door de Libische kustwacht naar de haven teruggebracht, april 2023.
© Mahmud Turkia / AFP

Zawiya, Libië – Op een kruispunt wachten migranten op werk. Een tiental jonge Afrikaanse mannen zit op een betonnen muur onder een palmboom, een van hen heeft een kettingzaag meegebracht. Verven, sjouwen, zagen – Libiërs die een klus hebben, hoeven zelden lang te zoeken. Alleen al in Zawiya, een rommelige stad in het westen van Libië met veel onvoltooide gebouwen en autowrakken langs de kant van de weg, hangen duizenden jonge migranten rond die geld hopen te verdienen voor de overtocht naar Europa. 

Criminele milities in Zawiya verdienen fortuinen met de mensensmokkel. Ze opereren onafhankelijk en luisteren alleen naar de regering van premier Abdulhamid Dabaiba als dat hun uitkomt. Geld dat de Europese Unie in Libië besteedt om irreguliere migratie tegen te gaan, heeft een aantal militieleiders verleid de banden met Dabaiba aan te halen. Met steun uit Europa, gedistribueerd via de regering, bestrijden ze nu dezelfde smokkel die ze eerder organiseerden. 

‘Het is een schande wat hier gebeurt’, zegt sjeik Shaaban Hadiya (52), een religieuze leider in Zawiya, in zijn woning met witgeschilderde muren en zwarte metalen luiken. ‘Een aantal grote criminelen ontvangt miljoenen om mensensmokkel tegen te gaan. Maar andere belangrijke leiders krijgen vrijwel niks.’ Mede door de Europese steun, die de premier aanvult met eigen geld, zijn er volgens Hadiya grote spanningen ontstaan tussen de verschillende zwaarbewapende milities in Zawiya, die alles bij elkaar zeker 10 duizend leden tellen. Regelmatig zijn er dodelijke gevechten. Dit jaar staat de teller al op meer dan dertig slachtoffers. 

Transport van migranten is een logische aanvulling op de benzinesmokkel: de illegale handel verloopt via dezelfde zeeroutes 

Tijdens de revolutie tegen dictator Mouammar al  Khaddafi in 2011 verwierf hij faam als militair en politiek strateeg. Maar in de jaren daarna nam zijn invloed af. De jonge generatie, in 2011 vaak nog kinderen, weigert nog langer naar de leiders van het eerste uur te luisteren. ‘De idealen van destijds zijn verkwanseld’, zegt Hadiya. Als streng religieuze moslim hamert hij op gerechtigheid en rechtvaardigheid. Maar de huidige generatie militieleiders denkt volgens hem alleen aan geld en het eigenbelang. ‘Behalve in migranten handelen ze in alcohol en drugs.’ Overigens heeft Hadiya zelf ook geen schoon verleden. Toen hij in 2014 in Egypte werd gearresteerd vanwege banden met de Moslimbroederschap, liet hij in Libië vijf Egyptische diplomaten ontvoeren om weer vrij te komen. ‘Veel andere opties had ik niet’, reageert hij met een slinkse lach. 

 

Nederlandse scheepswerf Damen

Een van de grootste boeven in Zawiya is Abdelrahman Milad. Na de val van Khaddafi ontwikkelde de nu 35-jarige Milad zich tot een van de belangrijkste mensensmokkelaars van Libië. De vele zware wapens die hij tijdens de revolutie had verzameld, gebruikte hij om zichzelf te beschermen tegen mogelijke concurrenten. Door zijn militaire slagkracht durfde niemand Milad tot de orde te roepen. In een rapport van Amnesty International uit 2017 getuigen migranten over Milads extreme wreedheid. Talloze vluchtelingen liet hij gevangenzetten in grote loodsen in Zawiya, waar ze vaak werden mishandeld en afgeperst. Filmpjes daarvan liet hij versturen naar familieleden in Europa en Afrika, met de boodschap dat de marteling zou stoppen als ze geld overmaakten. Vrouwelijke migranten werden op grote schaal verkracht. De VN-Veiligheidsraad kondigde in 2018 sancties af tegen Milad en zijn neef Mohamed Koshlaf. Hun banktegoeden zijn bevroren en ze hebben een reisverbod. 

Anno 2024 is Milad commandant van de Libische kustwacht in Zawiya. Met door de Europese Unie betaalde boten, waaronder drie van de Nederlandse scheepswerf Damen, onderschept de kustwacht migranten op de Middellandse Zee. De internationale sancties tegen Milad zijn voor de EU geen reden om de financiële steun te staken. Sinds 2015 besteedde Brussel al zo’n 500 miljoen euro in Libië om irreguliere migratie tegen te gaan. Daarvan ging 70 miljoen naar de kustwacht. 

Migranten uit sub-Sahara Afrika wachten langs de straatkant op werk in Sebha, 2012. Een beeld dat je nog steeds in elke stad in Libië aantreft.
© Gerbert van der Aa
Migranten uit sub-Sahara Afrika wachten langs de straatkant op werk in Sebha, 2012. Een beeld dat je nog steeds in elke stad in Libië aantreft.

Maar mensensmokkel en marteling gaan gewoon door’, zegt Mohamed Abubakar (29), een Soedanese vluchteling die al drie mislukte pogingen deed om naar Italië te reizen. De Libische kustwacht onderschept tienduizenden migranten per jaar, terwijl boten van bevriende smokkelaars vaak wel ongehinderd de oversteek kunnen maken. In de eerste drie maanden van 2024 arriveerden 7.524 migranten vanuit Libië in Italië, in dezelfde periode het jaar daarvoor waren het er 10.694.

In een opvangcentrum van de VN vertelt Abubakar dat hij al zes jaar in Libië is. Vanuit Soedan reisde hij boven op een vrachtauto dwars door de Sahara naar het noorden. ‘In Libië kun je relatief gemakkelijk een baan vinden om de overtocht naar Europa te financieren.’ Maar zijn boot werd onderschept, waarna Abubakar in de gevangenis belandde. ‘Ik heb mensen om mij heen zien sterven, nadat ze gemarteld waren’, zegt hij. Zelf kwam hij vrij door 3.000 dinar (600 euro) te betalen. 

Vrijwel nergens in Libië is de situatie in de detentiecentra, zoals ze officieel heten, zo slecht als in Zawiya. ‘Ze hebben daar hekken die onder hoogspanning staan’, vertelt Abubakar. ‘Bewakers gooien voedsel naar binnen over de muren, alsof we dieren zijn.’ Hulporganisaties, zoals Artsen zonder Grenzen, krijgen geen toestemming om de gevangen migranten te helpen. Ook journalisten mogen niet naar binnen. VN-organisaties hebben alleen toegang tot een beperkt aantal detentiecentra die onder gezag staan van de regering in Tripoli.  

Gratis benzine

Het economische belang van Zawiya, waar ongeveer 200 duizend mensen wonen, is groot omdat hier een belangrijke olieraffinaderij staat. Als een van de grootste olieproducenten van Afrika is Libië relatief rijk. De overheid subsidieert brandstof, zodat ook gewone burgers ervan profiteren. De benzineprijzen zijn met omgerekend 2 eurocent per liter waarschijnlijk nergens zo laag als hier. 

Mede door de raffinaderij groeide Zawiya uit tot een smokkelparadijs; inwoners kochten massaal benzine op om die naar buurland Tunesië te smokkelen. Na de val van Khaddafi nam de smokkel toe, omdat lokale milities de controle wisten te verwerven over de raffinaderij. De regering in Tripoli houdt de raffinaderij draaiend maar krijgt alleen toegang door de milities een deel van de hier geproduceerde benzine cadeau te geven. Behalve naar Tunesië gaat de gesmokkelde brandstof nu ook naar landen in Zuid-Europa. 

Lees de Wordt Vervolgd Nieuwsbrief

Transport van migranten is een logische aanvulling op de benzinesmokkel. De illegale handel verloopt via dezelfde zeeroutes. Meerdere mensensmokkelaars opereren vanuit Zawiya’s haven, naast de olieraffinaderij. Daar is ook de beruchte Al Nasr-gevangenis, waar de Libische kustwacht een deel van de onderschepte migranten laat vastzetten. Drie broers, uit de familie Koshlaf, hebben de leiding over de gevangenis. Ze werken nauw samen met Milad. 

‘Geld van de EU geeft mensensmokkelaars de kans te veranderen in legitieme partners’, zegt Mouadh Manfoukh (28), de rechterhand van de invloedrijke militieleider Mohamed Bahroun uit Zawiya. Bijna alle gewapende groepen in de stad proberen hun aandacht te verleggen naar de nationale politiek en legale bedrijfstakken. Meer en meer militieleden worden geïntegreerd in het nationale leger of de inlichtingendiensten, en krijgen trainingen gefinancierd uit EU-fondsen. In 2022 promoveerde een bij mensensmokkel betrokken militieleider uit de stad Zintan, Imad Trabelsi, tot minister van Binnenlandse Zaken. Ook hij luistert alleen naar de premier als hem dat uitkomt. 

‘Soms is het net of hier een bendeoorlog woedt, zoals in Chicago of Los Angeles’ 

Manfoukh, in een strak gesneden grijs pak, zetelt in een gloednieuw kantoorgebouw. Wat zijn baas verdient met mensensmokkel investeert hij in bedrijven en onroerend goed. ‘We hebben onder meer projecten voor milieubescherming’, zegt Manfoukh, terwijl hij een glanzende brochure toont met daarop in grote letters Green Life. Als geen ander weet hij wat Europese organisaties en politici willen horen. Ook sponsort zijn militie nu een lokale voetbalclub. 

Lees ook: Tripoli is verdeeld in districten met eigen legers Een nieuw tijdperk voor Libië na de dood van Kadhafi 1 december 2011

Van alle milities in Zawiya is die van Manfoukh het nauwst gelieerd aan de regering in Tripoli. ‘Andere militieleiders klagen dat wij meer geld krijgen.’ Maar volgens Manfoukh is dat logisch. ‘De meeste andere milities willen de mensensmokkel niet serieus bestrijden. Ze roepen het een en doen het ander.’ Goed ingevoerde bronnen, zoals de Frans-Algerijnse onderzoeker Jalel Harchaoui, beweren dat hetzelfde geldt voor Manfoukhs militie. Zelf ontkent hij. ‘Wij hebben geen gevangenissen met migranten.’ 

Afrekeningen

Op straat in Zawiya heerst een gespannen rust. De meeste winkels zijn open, maar iedereen beseft dat de situatie zomaar weer kan veranderen. Bij café Morial, in het centrum, spelen jongeren biljart. De vele zandgele Toyota pick-ups, met in de laadbak een machinegeweer op een driepoot, verraden dat er geweld op de loer ligt. De militieleiders bemannen checkpoints op belangrijke wegen rond Zawiya. Smokkelaars van andere milities moeten daar belasting betalen. 

Ruim een jaar geleden probeerde premier Dabaiba met drone-bombardementen de mensensmokkelaars in Zawiya te elimineren. In de maanden ervoor liepen conflicten tussen milities op, wat resulteerde in liquidaties, vuurgevechten en burgerdoden. Maar het offensief was geen succes. Om escalatie te voorkomen staakte de premier de bombardementen, toen enkele militieleiders een grootschalige tegenaanval aankondigden. Inmiddels is de situatie weer als vanouds. 

Gewone burgers zijn lamgeslagen. In het openbaar durft bijna niemand zich uit te spreken. De burgemeester van Zawiya reageert niet op een verzoek om een interview, andere notabelen zeggen dat ze geen tijd hebben. Iedereen die wandaden openlijk aan de kaak stelt, riskeert bezoek van zwaarbewapende mannen die verhaal komen halen.  

Reacties van de EU 

Uitklappen

Buitenlandwoordvoerder Peter Stano van de Europese Commissie ontkent dat criminelen in Libië EU-fondsen ontvangen. ‘Individuen op de VN-sanctielijst profiteren niet van programma’s die de EU financiert. We controleren daarop.’ Stano benadrukt dat de EU geen geld direct naar de Libische regering of milities stuurt, maar alleen materieel, technische assistentie en trainingen financiert. Volgens Europarlementariër Tineke Strik (GroenLinks) ontbreekt effectieve controle. ‘Er zijn heel wat aanwijzingen dat de Europese Commissie zakendoet met Libische mensensmokkelaars die worden verdacht van misdaden tegen de menselijkheid. De commissie negeert bewijsmateriaal, zoals onder meer verzameld in het rapport van de VN Fact-Finding Mission van vorig jaar. De steun aan Libië is in strijd met de uitgangspunten van het Europese buitenlandbeleid.’ 

‘Twee schoolvrienden zijn recent vermoord’, zegt Yaseen Shawesh (23), consultant bij een beveiligingsfirma. ‘Ze waren allebei lid van een militie.’ Wat er precies gebeurd is, weet Shawesh niet. ‘Niemand doet hier onderzoek, je hoort alleen geruchten. Waarschijnlijk was het een criminele afrekening. Soms is het net of hier een bendeoorlog woedt, zoals in Chicago of Los Angeles.’ In zijn ouderlijk huis even buiten Zawiya, omgeven door sinaasappel- en citroenboomgaarden, vertelt Shawesh dat de overleden vrienden bulkten van het geld. ‘Een van hen reed in een Lamborghini. Maar vlak voor zijn dood vertelde hij dat hij jaloers was op mijn normale burgerleven. Als militielid hier heb je nooit rust in je hoofd. Voortdurend moet je op je hoede zijn voor geweld. Dat gaat aan je vreten.’ 

In de woonkamer strekt Shawesh zich uit op de kussens op de grond. Zijn broer brengt een dienblad met koekjes en thee. ‘Veel jongeren worden lid van een militie om gemakkelijk rijk te worden’, zegt Shawesh. ‘Maar ze vergeten de negatieve aspecten, voor henzelf en voor het land. Als we echt vrede willen, moeten we een andere weg volgen.’ Maar welke weg dat is, weet hij niet zo goed. Andere Libiërs noemen algehele ontwapening als eerste stap.  

Katalysator

Twee dagen later worden in een geparkeerde auto in Zawiya de levenloze lichamen aangetroffen van vijf jongeren. Ze zijn in koelen bloede vermoord, aldus een forensisch arts van het lokale ziekenhuis. Na de begrafenis breken gevechten uit tussen twee rivaliserende milities. Een nacht lang bestoken ze elkaar met zware wapens, waarbij opnieuw een dode valt.  

Een dag later is de rust teruggekeerd. Op het Martelarenplein, in het centrum van Zawiya, spelen kinderen op plastic speeltoestellen. De kogelgaten in gebowen rond het plein getuigen van het aanhoudende geweld. Sommige gaten zijn dichtgeplamuurd, maar de meeste bewoners nemen de moeite niet om de schade te herstellen. De steun van de EU, die de komende jaren alleen maar meer geld gaat uitgeven aan het tegenhouden van migranten in Afrika, werkt als een katalysator. Voor je het weet vliegen de kogels opnieuw door Zawiya. 

Deze reportage kwam mede tot stand met financiële steun van het Postcode Loterij Fonds van Free Press Unlimited

 

Meer over dit onderwerp