Vijf cultuurtips voor deze herfst
De redactie van Wordt Vervolgd leest, luistert en kijkt heel wat af. Dit zijn de aanraders van deze herfst.
Spannende tienervlucht
Vier jaar geleden waren ze volop in het nieuws: de vluchtelingenkinderen die in kooien, gescheiden van hun ouders, werden ‘opgevangen’ aan de Amerikaans-Mexicaanse grens. Sander Meij woonde destijds in de Verenigde Staten en sprak veel met vluchtelingen uit Midden-Amerika. Hun verhalen inspireerden hem bij het schrijven van Alma. Zijn vlot geschreven young adult-debuut is een aanklacht tegen het barbaarse vluchtelingenbeleid én een spannend verhaal over een jonge migrant: de bijna 16-jarige Alma. Zij vlucht voor het steeds extremer wordende drugsgeweld in haar stad San Pedro Sula in Honduras. Alma vertrekt naar de Verenigde Staten, waar haar moeder een opleiding volgt. Maar die bereikt ze niet zomaar: eerst is daar het douane-detentiecentrum El Sueño in Texas.
De dubieuze veroordeling van Lula
Oktober staat in Brazilië in het teken van de presidentsverkiezingen. Als de peilingen kloppen, verslaat de linkse Lula de extreemrechtse Bolsonaro, die maanden geleden al begon te jammeren over verkiezingsfraude. In 2018 moest Lula (president van 2003 tot 2010) nog verstek laten gaan. Een halfjaar voor de verkiezingen werd hij opgesloten wegens corruptie. Een uiterstdubieuze veroordeling, toont de knap gemaakte documentaire Secret Friend (oorspronkelijke titel: Amigo Secreto). Documentairemaker Maria Augusta Ramos volgt een groep journalisten die onthulden hoe Lula het slachtoffer werd van een politiek proces. De rechter in de zaak, Sergio Moro, spande samen met de openbaar aanklager om Lula veroordeeld te krijgen. Daarbij ging geen middel te ver. Als dank voor de politieke veroordeling benoemde Bolsonaro Moro tot minister van Justitie.
Verbroedering en verdeeldheid in Suriname
Wan Pipel (één volk) is de populairste Surinaamse speelfilm. De film uit 1976 wordt nog elk jaar op Onafhankelijkheidsdag uitgezonden. Het ideaal van verbroedering waarnaar de filmtitel verwijst, is echter verder weg dan ooit, constateert filmmaker Ananta Khemradj in haar documentaire Beste meneer Bouterse. De eeuwenlange onderdrukking, de razendsnelle dekolonisatie, de militaire staatsgreep in 1980, de Decembermoorden (1982) en de Binnenlandse Oorlog (1986-1992) tussen Desi Bouterse en zijn voormalige lijfwacht Ronnie Brunswijk hebben diepe sporen getrokken. Khemradj’ poging om verschillende groepen bij elkaar te brengen, blijkt dan ook een herculestaak. Veel zaken blijven onuitgesproken in Suriname. Onvermijdelijk, legt een vriend van Khemradj uit, in de kleine gemeenschap die Suriname is. We moeten toch één volk kunnen worden, vraagt Khemradj. ‘Ja, ik denk ook dat dat over 1800 jaar of 2300 jaar moet kunnen’, antwoordt Pim de la Parra, de regisseur van Wan Pipel.
Speelse reconstructie van buurman Abdi’s leven
Als filmmaker Douwe Dijkstra zijn studio uit loopt en de gang oversteekt, belandt hij in de werkplaats van Abdiwahab Ali. De even handige als praatgrage Abdi vindt al tijden dat Douwe maar een keer een film over hem moet maken. Niet zonder reden, want de Somalische vluchteling heeft een bewogen leven achter de rug. Buurman Abdi is een reconstructie van Abdi’s jeugd in Mogadishu en zijn komst naar Nederland. Geweld is een rode draad in het leven van Abdi. Zowel in Somalië als in Nederland, waar hij al snel in de criminaliteit belandt. Dijkstra vertelt het verhaal met behulp van een green screen, schaalmodellen en attributen zoals een loopband. Alleen al vanwege de vertelvorm is deze heerlijke korte film de moeite van het
kijken waard.
Een rechtszaak tegen de Nederlandse staat
Op 23 mei 1977 overvallen negen Molukse jongeren een trein bij het dorp De Punt en gijzelen 54 passagiers. Twintig dagen later beëindigt de staat de gijzeling met geweld en komen er acht mensen om het leven, onder wie twee gijzelnemers. In 2013 wordt advocaat Liesbeth Zegveld gebeld met de vraag of ze namens de daders de treinkaping voor de rechter wil brengen. Ondanks stevige weerstand van Defensie twijfelt ze niet. Het lukte Zegveld te bewijzen dat de staat gebrekkig onderzoek had gedaan naar de toedracht. Toch verloor ze de zaak. Hierover schreef ze Ik wil de waarheid. In dit boek neemt Zegveld de lezer mee door het hele proces, van getuigenverhoren tot gesprekken met deskundigen.