Tibetaanse activist Tashi Wangchuk is vrij, maar nog zonder politieke rechten
Tashi Wangchuk verdedigde zijn recht om Tibetaans te spreken en te leren. Hij heeft zijn gevangenisstraf van vijf jaar uitgezeten.
Tashi Wangchuk maakt in 2015 een reis van 2.500 kilometer, van zijn woonplaats Yushu op het Tibetaanse Plateau in het westen van China, naar Peking in het oosten. Hij wil een rechtszaak aanspannen tegen lokale ambtenaren, omdat zij het leren van de Tibetaanse taal niet genoeg ondersteunen. Een rechtszaak komt er, maar tegen Wangchuk zelf, omdat hij zich inzet voor het behoud van de Tibetaanse taal en cultuur.
Meer en meer scholen in de Tibetaanse Autonome Regio stoppen met het geven van Tibetaanse les of worden helemaal gesloten. Veel Tibetaanse kinderen kunnen hun eigen taal niet vloeiend spreken. China heeft in theorie een tweetalig onderwijssysteem in minderheidsregio’s, maar in de praktijk wordt vooral lesgegeven in het Mandarijn. Het klooster is de enige plek om de Tibetaanse taal en cultuur echt te leren, zegt Wangchuk (nu 35), zelf voormalig monnik. Hij heeft de taal geleerd met hulp van een broer, maar voelt dat hij steeds slechter Tibetaans kan spreken en schrijven.
‘Afslachting van cultuur’
The New York Times volgde Wangchuk op zijn reis naar Peking en maakte hierover de korte documentaire A Tibetan’s Journey for Justice. Wangchuk vertelt dat de Chinese regering het steeds moeilijker maakt om de Tibetaanse taal te leren. Hij ziet dit als een ‘systematische afslachting van onze cultuur’. Daarom wil hij de Chinese Grondwet gebruiken om af te dwingen dat er meer mogelijkheden komen om Tibetaans te leren. In de wet staat namelijk dat iedereen de vrijheid heeft om zijn eigen taal te spreken, te ontwikkelen en te behouden. In Peking bezoekt hij tien advocatenkantoren, maar niemand wil hem bijstaan in zijn strijd. Hij belt naar een Chinees tv-programma en vraagt of ze aandacht aan zijn zaak willen besteden. Ze begrijpen niet wat zijn probleem is.
In Peking bezoekt hij tien advocatenkantoren, maar niemand wil hem bijstaan in zijn strijd
De documentaire maakt van de thuiswonende winkelier – hij verkocht lokale Tibetaanse producten – een internationaal bekende taalactivist. Op 27 januari 2016, twee maanden na het publiceren van de documentaire, wordt Tashi Wangchuk gearresteerd. Pas twee maanden na de arrestatie wordt zijn familie ingelicht. In mei 2018 komt de zaak voor de rechter. Volgens The New York Times is de documentaire het belangrijkste bewijs tegen Wangchuk, maar journalisten en diplomaten werden niet toegelaten tot de rechtbank. Uiteindelijk volgt op 4 januari 2019 de uitspraak: vijf jaar cel voor ‘aanzetten tot separatisme’.
Onder toezicht
Terwijl Wangchuk het zwijgen wordt opgelegd, krijgt zijn zaak wereldwijde aandacht met protesten in onder andere New York en Londen. In 2017 ontvangt Wangchuk de Tenzin Delek Rinpoche Medal of Courage van de International Tibet Network voor zijn moed en toewijding bij het opkomen voor mensenrechten en rechtvaardigheid voor de Tibetaanse bevolking.
Op 28 januari 2021, vijf jaar en een dag na zijn arrestatie, komt Tashi Wangchuk vrij. Hij is naar het huis van familie in Yushu gebracht. Volgens zijn advocaat verkeert hij in goede gezondheid, maar hij kon niet met Wangchuk zelf spreken. Ondanks het uitzitten van de straf heeft Wangchuk geen politieke rechten de komende vijf jaar. Hij staat waarschijnlijk nog steeds onder toezicht van de staat en heeft bijvoorbeeld geen recht op vrijheid van meningsuiting. Tashi Wangchuk is uit de gevangenis, maar heeft zijn vrijheid nog niet terug.