Telefonerende jongen bij een moskee in Oezbekistan.
© Jane Sweeney

Surveillance in Oezbekistan: met dank aan het Westen

Het op de Amsterdamse Zuidas gevestigde bedrijf Veon maakt het mede mogelijk dat de autoriteiten van Oezbekistan op grote schaal meekijken op de computers en telefoons van hun burgers. Journalisten en activisten kunnen hierdoor vrijwel niet meer hun werk doen. Het bedrijf zegt zich echter slechts aan de Oezbeekse wet te houden.

Op 20 oktober 2015 stond het huis van de Oezbeekse journalist Dmitry Tikhonov in brand. Het vuur moet’s nachts ontstaan zijn. Om vier uur zagen de buren de vlammen uit het dak slaan.

Omdat hij ondergedoken zat‚ hoorde Tikhonov zelf pas zes dagen later van de brand. Zo snel mogelijk keerde hij terug naar zijn huis in Yangiabad (Oost-Oezbekistan), waar zijn werkkamer volledig bleek te zijn uitgebrand. De muren waren zwart en de houten balken verkoold. Alleen de stalen kist waarin zijn camera’s‚ laptops en harde schijven waren opgeborgen‚ was onbeschadigd. Toen hij die opende‚ bleek de kist te zijn leeggehaald.

Tikhonov‚ licht kalend met stoppelbaard‚ is een bekende zelfstandige journalist en activist. Mede door zijn foto’s en filmpjes kon worden aangetoond dat in de katoenindustrie in Oezbekistan nog altijd kinderen werken‚ terwijl kinderarbeid er sinds 2009 wettelijk is verboden.

Katoenproductie

Met een jaarlijkse omzet van meer dan een miljard is Oezbekistan een van de grootste katoenproducenten ter wereld. De productie is in handen van een kleine groep mensen die nauwe banden heeft met de overheid. Ieder jaar in september begint de jaarlijkse katoenoogst. Drie tot vier miljoen leraren‚ medisch personeel‚ studenten en overheidsmedewerkers worden tweeënhalve maand lang gedwongen katoen te plukken.

Sinds het verbod op kinderarbeid is het aantal dwangarbeiders alleen maar gestegen. Werkweigeraars verliezen hun baan of worden in elkaar geslagen. Bovendien is in Oezbekistan het gebruik van pesticiden toegestaan‚ zoals het kankerverwekkende aldrin‚ dieldrin en DDT‚ dat in de Sovjet-Unie nog verboden was. In Oezbekistan komen dan ook ongewoon veel auto-immuunziekten en longaandoeningen voor.

Als een veiligheidsdienst toegang heeft tot je telefoon heeft versleuteling van berichten weinig zin meer

In 2015 en 2016 investeerde de Wereldbank zo’n 450 miljoen euro in Oezbeekse landbouw- en irrigatieprojecten‚ op voorwaarde dat er geen kinder- of dwangarbeid plaatsvond. Hoewel de International Labour Organisation (ILO) van de VN stelt dat dat niet zo is‚ toonden Human Rights Watch en het Duits-Oezbeekse Forum voor mensenrechten (UGF) dit voorjaar aan dat ook in die projecten kinderen en dwangarbeiders werken. De organisaties kregen bij hun onderzoek hulp van Tikhonov en andere activisten.

Stalen pijp

Het is niet moeilijk te bedenken dat Tikhonov niet geliefd is bij de katoenproducenten. Regelmatig kwam het voor dat onbekenden ruzie met hem zochten. Een keer werd hij met een stalen pijp bewusteloos geslagen. Maar vanaf najaar 2015 veranderde de aard van de intimidatie.

Een maand voor de brand in zijn huis maakte Tikhonov foto’s en filmpjes van dwangarbeiders de zich verzamelden op het centrale plein van Angren‚ in Oost-Oezbekistan. Twintig bussen met leraren‚ schoolpersoneel en fabrieksarbeiders vertrokken naar de katoenvelden in het Buka-district. De volgende dag arresteerde de lokale politie Tikhonov. Na zijn vrijlating begon een lastercampagne in de lokale pers. Journalisten schreven dat Tikhonov een westerse agent was. En drie vrouwelijke ambtenaren klaagden hem aan omdat hij hen zou hebben uitgescholden. Tot zover weinig ongewoons.

Amerikaans agent

Maar er kwamen ook twee aanklachten voor schending van de openbare orde‚ op basis van filmpjes die alleen uit zijn mailaccount afkomstig konden zijn. Ook in artikelen op pro-overheidswebsites stonden beschuldigingen dat hij corrupt was en een Amerikaanse agent. In de artikelen stonden ‘analyses’ van ongepubliceerd onderzoek‚ dat afkomstig moest zijn uit zijn computer of zijn persoonlijke mailcommunicatie. Ook verschenen er filmpjes op YouTube die gestolen moesten zijn.

Na deze publicaties haalde Tikhonov de batterij uit zijn mobiele telefoon. Hij verstopte zijn simkaart en dook zelf onder. Na de brand in zijn huis dook hij opnieuw onder. De politie spoorde hem echter op en half december 2015 werd hij gearresteerd.

Op internet verscheen daarna een artikel waarin Tikhonov beschuldigd werd van het hebben van banden met een terroristische organisatie. In zijn afgebrande huis zouden zijn buren bovendien een handleiding hebben gevonden hoe je bommen moest maken. De overheid dreigde hem aan te klagen voor terrorisme‚ waar een celstraf van ten minste vijftien jaar op staat. Tikhonov kreeg echter de mogelijkheid om in ruil voor een boete het land te verlaten. Begin 2016 vertrok hij naar buurland Kazachstan en op 4 april dat jaar vroeg hij politiek asiel aan in Berlijn. Die aanvraag loopt nog.

Tikhonov was een van de allerlaatste onafhankelijke activisten in het repressieve Oezbekistan. Onafhankelijke journalistiek en activisme zijn er bijna niet meer mogelijk. En de reden is massasurveillance.

Russisch model

De communicatienetwerken in Oezbekistan zijn binnen een paar jaar enorm gegroeid. De toegang tot internet is tussen 2009 en 2015 verviervoudigd en drie op de vier Oezbeken hebben inmiddels een internetaansluiting. Dit speelt een grote rol in de stormachtige economische ontwikkeling van het Centraal-Aziatische land. Tegelijk vergroot de betere toegang tot internet in potentie de macht en het bereik van mensenrechtenactivisten‚ oppositieleden‚ minderheidsgroepen‚ vakbonden en andere tegenstanders van het regime. Met goed internet is het makkelijker je te organiseren‚ kennis op te bouwen en internationaal de aandacht te vragen. Uit angst voor deze ontwikkelingen hebben de autoriteiten voorwaarden gesteld aan de opbouw van de telecommunicatiestructuur.

Om een licentie te krijgen zijn telecommunicatiebedrijven verplicht surveillance-apparatuur op hun netwerken te installeren waarmee de overheid alle communicatie in de gaten kan houden. De techniek is gebaseerd op een Russisch model dat bekendstaat als SORM (System of Operative Investigative Measures). Zowel de politie als de inlichtingendiensten krijgen daardoor direct toegang tot al het internetverkeer en alle vaste en mobiele telefoongesprekken kunnen worden afgeluisterd.

Malware

Omdat de Oezbeekse telecommunicatienetwerken pas de laatste jaren zijn gebouwd‚ zijn die voorzien van de meest geavanceerde surveillancetechnieken die vaak door westerse bedrijven zijn geleverd. Volgens Privacy International hebben het Amerikaanse Verint Systems en het Israëlische NICE Systems de Oezbeekse centra opgebouwd die de communicatie in de gaten houden. Het Italiaanse Hacking Team leverde professionele malware waarmee de Oezbeekse autoriteiten computers en mobiele telefoons kunnen hacken‚ zodat ze van een afstand de camera’s en microfoons kunnen gebruiken. Als een veiligheidsdienst door een hack direct toegang heeft tot je toetsenbord of telefoon heeft het versleutelen van berichten ook weinig zin meer.

Schikking

Ook het op de Amsterdamse Zuidas gevestigde Noors-Russische Veon‚ dat als bedrijfsmotto ‘Be truly free’ heeft‚ speelt een sleutelrol in het Oezbeekse surveillanceprogramma. Veon levert telecomdiensten in meer dan dertig landen‚ waaronder Oezbekistan. Het bedrijf‚ dat eerder VimpelCom heette‚ veranderde de naam na een groot omkoopschandaal in 2015. De Noorse politie arresteerde dat jaar Jo Lunder‚ de voormalige CEO van VimpelCom op verdenking van het betalen van smeergeld voor het verkrijgen van de telecommunicatie-opdracht in Oezbekistan. Uiteindelijk betaalde VimpelCom een schikking van bijna 358 miljoen euro aan het Nederlandse Openbaar Ministerie‚ de hoogste schikking ooit in Nederland. Onder de merknaam Beeline bleef Veon echter actief als een van de telecombedrijven die de Oezbeekse massasurveillance faciliteert met onder meer het onderhouden van het communicatienetwerk en het leveren van telefoonantennes.

Hoog ambtelijk niveau

Een in Nederland gevestigd bedrijf werkt dus mee aan de massasurveillance in Oezbekistan. Kan de Nederlandse overheid hier niet iets aan doen? Naar aanleiding van het Amnesty-rapport dit voorjaar over het Oezbeekse surveillanceprogramma (hierover meer onderdaan dit artikel) stelde D66 Kamervragen over Veons praktijken. Begin oktober reageerden de ministers Bert Koenders (Buitenlandse Zaken) en Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel) met de mededeling dat er een gesprek op ‘hoog ambtelijk niveau’ is gevoerd met Veon‚ waarbij ‘zeer uitdrukkelijk’ is gewezen op het feit dat de overheid van Nederlandse bedrijven verwacht dat zij zich houden aan de richtlijnen van de VN die moeten voorkomen dat bedrijven bijdragen aan mensenrechtenschendingen.

In het gesprek met de hoge ambtenaren zou Veon echter hebben gewezen op de economische belangen. Het bieden van telecomdiensten aan bijna tien miljoen Oezbeken zou bovendien bijdragen aan de economische ontwikkeling en aan ‘het basisrecht van mensen om toegang te hebben tot communicatienetwerken en internetverkeer’. Daarbij zei Veon verplicht te zijn ‘medewerking aan de Oezbeekse autoriteiten te verlenen’‚ en ‘geen mogelijkheden’ te zien ‘zich aan de wettelijke verplichtingen te onttrekken’.

Sympathiek

‘Dat is juridisch correct maar totaal immoreel‚ of in ieder geval amoreel beleid’‚ zegt Arjen Kamphuis van informatiebeveiligingsbedrijf Brunel‚ dat bedrijven helpt zich te wapenen tegen cyberspionage. Kamphuis traint ook journalisten in het beschermen van bronnen en gevoelige informatie. ‘Het lijkt sympathiek dat de Oezbeekse autoriteiten hun burgers goede 4G-verbinding aanbiedt. Maar ze zeggen er niet bij dat het netwerk aan de achterkant volledig getapt wordt‚ dat het een gedetailleerde locatiebepaling heeft‚ en dat de autoriteiten kunnen achterhalen wie wat doet.’

Je zou kunnen betogen dat een telecommunicatienetwerk dat gebruikt wordt om de gebruikers in de gaten te houden een wapen is‚ en dat daarvoor dezelfde regels toegepast moeten worden als voor middelen die zowel civiel als militair gebruikt kunnen worden‚ zoals rakettechnologie. Zulke goederen mogen niet zonder speciale vergunning naar Oezbekistan uitgevoerd worden. Kamphuis: ‘Maar dit gaat over netwerkapparatuur‚ harddisks en huis- tuin- en keukentechnologie‚ waar ook heel legitieme doelen voor bestaan. Daarom is het wereldwijde exporteren van elektronica zo moeilijk te reguleren.’

Bang maken

Met journalist Silkie Carlo schreef Kamphuis het handboek Information Security for Journalists over manieren om je te beschermen tegen digitale surveillance. ‘In Oezbekistan moet een journalist heel omzichtig te werk gaan’‚ zegt hij. ‘Een gevolg van surveillance is bovendien dat bronnen niet meer met journalisten willen praten en daarmee is het doel van de overheid bereikt.’ Daarnaast is massasurveillance volgens Kamphuis een repressieve maatregel die burgers moet afschrikken zich met journalistieke of andere politiek gevoelige activiteiten bezig te houden. ‘En ook dat werkt’‚ zegt Kamphuis. De meeste mensen kijken volgens hem wel uit als ze zien hoe streng activisten en journalisten bestraft worden.

Nadat Dmitry Tikhonov uit Oezbekistan was gevlucht‚ werden zijn vrienden en familieleden onder druk gezet en tegen hem opgezet. ‘Het doel hiervan is duidelijk’‚ schrijft Tikhonov in een blog. ‘Ze willen me bang maken en het verlangen wegnemen om naar mijn land terug te keren. De samenleving wordt onderdrukt en ze vernietigen iedere wens om mensenrechten te verdedigen.’

Volgens Amnesty

We will find you‚ anywhere.’ The global shadow of Uzbekistani surveillance is de omineuze titel van het eerder dit jaar verschenen Amnesty-rapport over de digitale spionagepraktijken van Oezbekistan.

In een filmpje dat bij het rapport hoort‚ toont Amnesty de schrijnende gevolgen van de Oezbeekse massasurveillance. Activisten en journalisten (zoals Dmitry Tikhonov‚ wiens verbrande huis in de film te zien is) worden nauw in de gaten gehouden. ‘Het feit dat je gecontroleerd wordt‚ betekent dat je iets belangrijks doet’‚ zegt de naar Frankrijk gevluchte journaliste Gulasal Kamolova daarover. Wie volgens de autoriteiten over de schreef gaat‚ moet voor detentie en marteling vrezen.

In het rapport doet Amnesty een oproep aan de westerse bedrijven‚ waaronder het in Amsterdam gevestigde Veon‚ die het Oezbeekse surveillanceprogramma mogelijk maken. Zij moeten zich verzetten tegen de vergaande privacyschendingen. Terugtrekking uit het land zouden ze daarbij in overweging moeten nemen.