Calabrië, de zuidelijkste regio van het Italiaanse platteland, werd deze winter in de media omgedoopt tot ‘het nieuwe Lampedusa’. Aan de Ionische zuidkust meerden hier vorig jaar 55 boten met Afrikaanse migranten aan. De meesten die in Calabrië blijven, werken op het land, bijvoorbeeld in de boomgaarden aan de Tyrreense noordkust, waar ’s winters veel werk is. Daar, bij de containerhaven van Gioia Tauro en de aangrenzende kustplaatsjes San Ferdinando en Rosarno, vonden in de afgelopen jaren duizenden migranten een provisorisch onderkomen.
Twaalf jaar geleden kwam Rosarno al in het nieuws vanwege spanningen tussen Afrikaanse migranten en de plaatselijke bevolking. Bij een gewelddadig conflict liepen twee nieuwkomers schotwonden op. Tientallen van hen raakten gewond door aanvallen met stenen en stokken. Sommige migranten vertrokken, andere namen hun plek in. De vreemdelingenhaat bleef en resulteerde in juni 2018 in de tragische dood van een jonge man uit Mali, Soumaila Sacko.
Het bronzen beeld The Other Face, dat begin dit jaar in San Ferdinando is neergezet ter nagedachtenis aan Sacko, is voor Italië het eerste beeld dat mensen in de openbare ruimte herinnert aan het geweld van racisme. De maker is Nelson Carrilho, Antilliaans beeldhouwer in Amsterdam (zie kader). Het is niet voor het eerst dat Carrilho met zijn werk aandacht vraagt voor een racistische moord. In het Vondelpark staat zijn Mama Baranka ter nagedachtenis aan de vijftienjarige Kerwin Duinmeijer, een Curaçaose jongen die in 1983 in Amsterdam werd neergestoken.
Carrilho zette het monument in San Ferdinando op eigen initiatief neer. Het eerbetoon aan de vermoorde migrant is zijn gift aan een verdeelde gemeenschap. Bij de laatste regionale verkiezingen kreeg de rechts-nationalistische coalitie, waarvan een partij als de Lega een belangrijke kern vormt, in de omgeving 71 procent van de stemmen. Hoewel de moord op Sacko door vrijwel iedereen wordt veroordeeld, zien velen de Afrikaanse seizoenarbeiders liever gaan dan komen.
Als een held
Soumaila Sacko woont in 2018 net als duizenden andere Afrikaanse migranten in een tent in San Ferdinando. De Malinees is via zee aangekomen in Italië en algauw gaan werken op het platteland. Afhankelijk van het seizoen plukt hij, voor het vierde achtereenvolgende jaar, sinaasappels, tomaten of olijven, altijd voor een hongerloon. Sacko is 29 en heeft sinds een jaar een verblijfsvergunning. Het leverde hem een wettig woonadres op in een van de honderden brandbestendige tenten van het officiële kamp dat tendopoli wordt genoemd en waar water, elektra en sanitaire voorzieningen zijn. Pal ernaast ligt een veld met honderden barakken, de baraccopoli, waar geen water of elektra is en waar tweeduizend ongedocumenteerde Afrikanen worden gedoogd.
Sacko sluit zich aan bij de lokale vakbond om te strijden voor betere arbeidsomstandigheden. Ook helpt hij vrienden in de baraccopoli met het bouwen van weerbestendiger onderkomens dan de brandgevaarlijke geïmproviseerde hutjes waarin helaas elk jaar wel een paar mensen omkomen. Het is daarin te riskant om vuurtjes te stoken tegen de kou. Als iets per ongeluk vlamvat, ben je ten dode opgeschreven. Daarom loopt Soumaila Sacko met twee Malinese vrienden op een zaterdag tien kilometer naar een verlaten fabriek waarvan hij heeft gehoord dat er stevige golfplaten te vinden zijn. Met zulke platen kunnen ze levens redden.
Het is 2 juni, een nationale feestdag, de Dag van de Republiek. De golfplaten liggen op het dak van de fabriek, dat al bijna helemaal is kaalgeplukt. Hier werden ooit bakstenen gemaakt, tot het bedrijf failliet ging en als illegale dump voor 135 duizend ton industrieel en giftig afval werd gebruikt. Hoewel justitie in 2008 beslag heeft gelegd op het vergiftigde domein, kunnen Sacko en zijn twee vrienden het terrein makkelijk op lopen.
De witte man die de zwarte jongens vanuit een naburige boomgaard gadeslaat, is een neef van de voormalige bewaker van de fabriek. Zijn vader had er ook gewerkt en zijn familie heeft een stuk grond dat aan het terrein grenst. Ze halen er vaak golfplaten en bakstenen voor eigen gebruik. De man pakt zijn jachtgeweer, gaat zitten op een plastic stoel in de schaduw van een olijfboom, richt het geweer op de jongens en schiet vier keer. Eén kogel raakt het hoofd van Soumaila Sacko, een ander raakt gewond. Sacko sterft nog dezelfde avond aan zijn verwondingen.
Als ik de tentenkampen van San Ferdinando een maand na zijn dood bezoek, lopen overal jongens in T-shirts met daarop Soumaila Sacko’s foto. Hij wordt door hen herdacht als een held, hij wordt gemist. De vakbond haalde geld op om hem te begraven in Mali, bij zijn vrouw en jonge dochtertje die hij vanuit Italië onderhield. Zijn moordenaar zal dankzij de gedetailleerde getuigenis van Sacko’s vrienden worden veroordeeld tot 22 jaar gevangenisstraf. →
Naast de gigantische cementen sokkel is het opvallendst aan The Other Face, het monument voor Soumaila Sacko, dat je ter hoogte van het hart door het bronzen beeld heen kunt kijken. ‘Ik ben een goede beeldhouwer maar zoiets dieps als het hart, dat verbonden is met het hele universum, kan ik niet maken’, zegt Nelson Carrilho. ‘Daarom heb ik daar waar het hart is ruimte gelaten voor het universum, die de natuur zelf opvult. Zo krijgt het beeld de veranderende emoties van de natuur.’
Wie is Nelson Carrilho?
UitklappenBeeldhouwer Nelson Carrilho (Willemstad, Curaçao 1953) werd bekend door het beeld dat hij in 1984 maakte ter nagedachtenis aan de moord op Kerwin Duinmeijer. Dit beeld met de naam Mama Baranka, Papiaments voor ‘Moederrots’, staat in het Vondelpark.
Nelson Carrilho kwam met zijn ouders, broers en zussen in de jaren zestig naar Nederland. Zijn opleiding tot beeldhouwer volgde hij aan de kunstacademie in Utrecht. Sinds de jaren tachtig heeft hij een atelier in de Amsterdamse Jordaan. In het nabije Westerpark staan zijn boomlange Dragers van Verre (1989). The Other Face was in 2021 te zien in de tentoonstelling ARTZUID in Amsterdam.
Gemaskerde dans
Bij de onthulling van het bronzen beeld door de burgemeester van San Ferdinando waait een harde wind en is de hemel vol onrustige wolken. Cameraploegen van lokale nieuwsmedia filmen hoe de burgemeester speecht. Een Afrikaanse band maakt muziek en het publiek scandeert de naam van Soumaila Sacko. Nelson Carrilho danst een gemaskerde dans, voor de beeldhouwer een vast ritueel bij het neerzetten van een beeld in de openbare ruimte ‘om het beeld extra kracht mee te geven’.
Stukken wrakhout verwijzen naar de onmenselijke overtocht die Afrikaanse migranten naar Europa moeten maken
‘Wat is de betekenis van het masker dat de bronzen figuur in zijn hand heeft?’, vraagt een dorpsbewoner na afloop aan de Nederlandse kunstenaar. ‘Het masker maakt deel uit van zijn uitgestoken hand. Het toont the other face, een ander gezicht van de geschiedenis, een ander verhaal dan het verhaal over Afrika als falend continent – het toont de gezamenlijke geschiedenis van de mensheid, die zijn oorsprong in Afrika heeft, en moet ons aan onze menselijkheid herinneren.’ De man bedankt Carrilho voor het monument en vraagt of hij met hem en het beeld op de foto mag.
Aan de voet van het bronzen beeld zijn geïmpregneerde stukken wrakhout bevestigd, die verwijzen naar de onmenselijke overtocht die Afrikaanse migranten naar Europa moeten maken. Carrilho: ‘Ons probleem is dat we met migranten omgaan vanuit een ideologie van hebzucht. We willen onze welvaart niet delen en maken daarom van migratie een probleem. Maar migratie is er altijd al geweest. Het zou een mensenrecht moeten zijn.’
‘Aan ons, voor wie de wereld ons vaderland is, zoals voor de vissen de zee’ is het citaat dat de burgemeester van San Ferdinando als motto voor het monument uitkoos, woorden die Dante Alighieri schreef terwijl hij verbannen was uit zijn woonplaats Florence. Het citaat komt op de gedenkplaat te staan die nog aan het monument zal worden bevestigd.
Ik wil geen beelden maken die aan slachtofferschap herinneren. Die horen op een begraafplaats thuis’
Waarom koos Carrilho eigenlijk voor een abstracte figuur, in plaats van een evenbeeld van Soumaila Sacko zelf? ‘Ik wil geen beelden maken die aan slachtofferschap herinneren. Die horen op een begraafplaats thuis. Ik wil krachtige beelden neerzetten die over bevrijding gaan en over hoop en verbondenheid. Beelden die verandering teweeg kunnen brengen. Dit beeld herinnert aan de grootse menselijke nalatenschap van Soumaila, en zodoende ook aan de menselijkheid en grootsheid in onszelf.’
Verzet
Nelson Carrilho kwam niet uit eigen beweging met zijn werk naar een van de meest afgelegen regio’s van Europa, het puntje van het Italiaanse vasteland. Het was de activiste Chiara Scolastica Mosciatti die op een dag bij zijn atelier in de Amsterdamse Jordaan naar binnen liep en hem vertelde over haar wens om Soumaila Sacko met een beeld te herdenken. De Italiaanse woonde zelf met ongedocumenteerde nieuwkomers in de Vluchtmaat, een geïmproviseerde opvangplek. Ze trok zich het onrecht van de racistische moord persoonlijk aan. ‘Hoewel ik wit ben, voelde het alsof ik het ook zelf had kunnen zijn. Ik moest iets doen, want wie niets tegen dit soort onrecht doet, is uiteindelijk medeplichtig.’
Haar strijdbaarheid haalde niet alleen Carrilho over, maar was ook van groot belang bij het trotseren van allerhande hindernissen in Calabrië. Er gelden veel ongeschreven regels die Mosciatti en Carrilho als buitenstaanders niet meteen konden ontcijferen. Die regels hebben vooral te maken met de politieke invloed en territoriale macht van de ’Ndrangheta, de Calabrese maffia. Omdat de clans met intimidatie en corruptie veel gemeenschapsgeld opeisen, is het voor buitenstaanders vrijwel onmogelijk om steun te krijgen voor non-profit kunstprojecten zoals deze.
Weerstand kan de zeggingskracht van een beeld volgens Carrilho zelfs versterken
Voor het monument is crowdfunding opgezet, maar financieel draaien Carrilho en Mosciatti er vooralsnog grotendeels zelf voor op. Een gegeven paard moet je niet in de bek kijken, maar in de gemeente van San Ferdinando gaan kort na de onthulling van The Other Face al stemmen op van mensen die het beeld willen laten verwijderen of verplaatsen. Ze zijn bang dat het stukje boulevard waar het beeld staat een hangplek voor Afrikanen wordt. Toch verwacht de beeldhouwer niet dat zijn werk zal worden weggehaald: ‘Hoe onmenselijk moet je zijn om het van die sokkel te halen?’
Weerstand kan de zeggingskracht van een beeld volgens Carrilho zelfs versterken: ‘Ook Mama Baranka in het Vondelpark stuitte op verzet. Een week na de onthulling werd het met witte verf beklad en omvergeduwd. Toch is het veertig jaar later een geliefd antiracisme-monument waar mensen van ver, zoals onlangs activisten van de Black Lives Matter-beweging, speciaal naartoe komen.’
Nelson Carrilho is zelf inmiddels weer terug in zijn atelier in de Amsterdamse Jordaan, maar deze zomer, vier jaar nadat Soumaila Sacko werd doodgeschoten, hoopt Carrilho terug te gaan naar San Ferdinando. ‘Als je op een zomeravond voor het beeld staat, schijnt de ondergaande zon precies door zijn borst. Dat wil ik niet missen.’ ⓿
Details over het leven en de dood van Soumaila Sacko zijn ontleend aan La Pacchia: Vita di Soumaila Sacko, nato in Mali, ucciso in Italia van Bianca Stancanelli (2019).