Oorlog is geen spook
Een universitair docent schreef eind februari in The New York Times dat Duitsland en andere Europese landen moeten ontwaken uit de droom dat vrede voor Europeanen een geboorterecht is. De man had gelijk. Geboorterechten ontwikkelen zich sluipend.
Ergens in de jaren vijftig besefte men in Europa dat het een wonder zou zijn als Duitsland en Frankrijk niet om de paar decennia tegen elkaar ten strijde zouden trekken.
Dat wonder werd een geboorterecht.
Sinds Rusland Oekraïne binnenviel veranderde het vijandbeeld in het Westen. Niet langer was de ‘moslim’ de vijand die ieder moment een aanslag kon plegen. Plotseling was dat Poetin en hier en daar drong het besef door dat vóór de klimatologische catastrofe er een nucleaire catastrofe zou kunnen plaatsvinden, in de vorm van een atoombom. Onwaarschijnlijk, de doctrine van de mutual assured destruction is vooralsnog sterk, maar foutjes blijven menselijk.
Het was hoe dan ook hoogmoedig te denken dat oorlog iets is voor mindere goden op andere continenten.
In 1979 viel de Sovjet-Unie Afghanistan binnen. De oorlog duurde tien jaar, ongeveer dertigduizend Sovjetsoldaten kwamen om en naar alle waarschijnlijkheid circa een miljoen Afghanen.
In 1980 begon de oorlog tussen Iran en Irak. Honderdduizenden soldaten sneuvelden, tienduizenden burgers werden gedood.
In de jaren negentig woedde een oorlog in het voormalige Joegoslavië die gepaard ging met etnische zuiveringen, met in totaal ongeveer 150 duizend doden als gevolg van oorlogsgeweld.
De oorlog in Congo heeft aan honderdduizenden mensen het leven gekost, maar om allerlei redenen (ver weg, Afrika) was de interesse in die oorlog gering.
Dan was er nog de genocide in Rwanda in 1994.
Het Westen vocht in deze eeuw tevens conflicten uit in Afghanistan en Irak, oorlogen waarover genoeg is geschreven. Nog is dit lijstje niet compleet.
Zoals 9/11 de burgers in het Westen deed beseffen dat terrorisme niet alleen iets is voor mensen ver weg, zo deed de oorlog tegen Oekraïne de Europeaan beseffen dat oorlog geen spook was dat uit het eigen continent was verjaagd.
Bij oorlog hoort propaganda, bij oorlog hoort een vijand.
Al leert de geschiedenis dat de vijanden van gisteren de vrienden van morgen zijn en omgekeerd.
Maar zelfs zonder propaganda zullen er vijanden zijn, al te reële vijanden. Zelfs zij die menen, gelukkig zijn ze in de minderheid, dat de NAVO en de EU Ruslands invasie hebben geprovoceerd, zouden mogen toegeven dat een imperium onder Biden te verkiezen is boven een onder Poetin.
Vroeg of laat echter moet er met vijanden gesproken worden als ze om wat voor reden niet gedood kunnen worden.
De keuze tussen vrede en rechtvaardigheid blijft ingewikkeld. Niet met iedereen kan vrede gesloten worden. Stel je een vrede met Hitler voor.
Maar vaak zal een beetje rechtvaardigheid worden geofferd voor vrede. Wie dat offer afwijst moet zichzelf de vraag stellen: voor welke rechtvaardigheid ben je bereid te sterven?