Olijfoogst
Met al het oorlogsgeweld zou je het bijna vergeten, maar er zijn ook Israëliërs en Palestijnen die samenwerken. Zoals deze twee vrouwen op de Westelijke Jordaanoever, waar elk najaar de olijven worden geoogst. Olijftak, vrede, symbolischer kan haast niet. Israëlische vrijwilligers, zoals hier bij de stad Deir Istiya, helpen niet alleen met plukken, hun aanwezigheid biedt ook wat veiligheid tegen het geweld van Joodse kolonisten.
Want regelmatig worden olijfbomen vernield, is er (dodelijk) geweld tegen boeren en wordt Palestijnen de toegang tot hun eigen land ontzegd. Vaak met steun van het Israëlische leger. Sinds de bezetting van de Westoever in 1967 neemt het geweld bijna jaarlijks toe, terwijl Israël zijn illegale nederzettingen uitbreidt. Mensenrechtenorganisatie B’Tselem documenteerde de afgelopen jaren ruim veertig aanvallen per jaar.
Door de oorlog zijn de spanningen alleen maar toegenomen. Zo vonden Palestijnen in Deir Istiya folders op de voorruiten van hun auto’s, met een waarschuwing: vlucht naar Jordanië of je wordt verdreven. Meerdere Palestijnen zijn doodgeschoten, terwijl ultra-rechtse Israëlische politici oproepen tot het verbieden van de olijfoogst. Maar oorlog of niet, ook nu nog zijn er Israëlische vrijwilligers die de Palestijnen helpen. Al wordt ze dat niet altijd in dank afgenomen.