Dagmar Oudshoorn
© Jitske Schols

Niemand buitensluiten

Uit recent onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau blijkt dat Nederlanders zich zorgen maken over polarisatie en zich ergeren aan de harde toon en extreme uitingen in het politieke en publieke debat. Een samenleving die gepolariseerd is, of door burgers zo wordt beleefd – want er is niet veel wetenschappelijk bewijs dat in ons land de polarisatie toeneemt – kan volgens het SCP op den duur het functioneren van een democratie aantasten. De dwang van de publieke opinie vormt immers een bedreiging voor de vrijheid: het kan de vrijheid beperken om te durven zeggen wat je denkt, om te geloven wat je wilt, om te zijn wie je bent. Dat is een gevaarlijke ontwikkeling, waarbij sociale media een belangrijke rol spelen. Algoritmes zorgen ervoor dat mensen op sociale media vooral berichten zien van gelijkgestemden die hun ideeën bevestigen. Wat ik daarbij zorgelijk vind, is dat op sociale media van alles wordt beweerd, zonder dat gecontroleerd wordt of dit klopt. Dat zou kunnen leiden tot een democratie waarin de feiten er niet meer toe doen en verschillende groepen om het hardst schreeuwen om hun eigen gelijk. Een democratie waarin groepen de feiten passend maken aan hun opvattingen, is geen vrije democratie meer.  

Ik heb niets tegen een felle discussie, integendeel. Maar wel gebaseerd op feiten. 

Ik heb niets tegen een stevig debat, een felle discussie of tegenspraak. Integendeel. Maar zo’n gesprek moet wel op feiten zijn gebaseerd, en op een luisterend oor. Laten we het hebben over wat ons scheidt, én vooral over wat ons bindt, zonder elkaar te overschreeuwen. Wat er gebeurt als we dat niet doen, beschrijft de Griekse dichter Konstantin Kaváfis (1863-1933) prachtig in de door Amnesty uitgegeven dichtbundel Een boek van wondere dingen 

Zonder voorzorg, zonder medelijden, zonder schaamte / bouwden ze rondom mij grote hoge muren. / En nu zit ik hier en ik ben in wanhoop. / Aan niets anders denk ik: dit lot verteert mijn geest; / want veel dingen had ik buiten nog te doen. / O, toen ze de muren bouwden, hoe kon ik er niet op letten. / Maar ik hoorde nooit rumoer van metselaars of geluid. / Onmerkbaar sloten ze mij uit de wereld buiten.  

Als dat gebeurt, als we mensen gaan buitensluiten, dan moeten we ons pas écht zorgen gaan maken over polarisatie. 

 

Lees ook