Gastcolumnist Mounir Samuel: ‘Zelfs de bomen zijn in Nederland niet gelijk verdeeld’
Nederland luidde het nieuwe decennium in met een hoeveelheid explosief materiaal van oorlogszuchtige proporties en een ongekende tragedie in een half-vergane flat op vierhoog in Arnhem. Een gezin met twee jonge kinderen had net opa en oma bezocht. Om één uur ’s nachts stapten ze de lift in om er nooit meer op eigen kracht uitkomen. Vader en zoon overleden door verstikking. Moeder en dochter belandden in kritieke toestand in het ziekenhuis. In de daaropvolgende dagen laaide het debat op over een vuurwerkverbod. Een meerderheid van de Nederlanders lijkt eindelijk voor een aanpassing van deze gevaarlijke ‘traditie’ (wat een heikel woord in deze tijd).
Glanzend marmer
De vraag die echter nauwelijks tot niet is gesteld: waarom gebeurde dit juist in deze flat? Er stond een bankstel in het trappenhuis, met een briefje erbij dat je hem kon meenemen. Dat is normaal in een buurt waar mensen op de kleintjes moeten letten. Er was wel geklaagd dat de bank brandgevaarlijk was, maar daar was niets mee gedaan. In een van de vele glanzende nieuwe yuppenflats, die uiteindelijk ook deze flat zullen vervangen, zou zo’n bank nooit in de gang hebben gestaan. De bewoners van zulke woonconcepten gruwen van zo’n doorgezakte tweede- of derdehands gestoelte en de conciërge staat binnen enkele minuten voor je deur.
Zelf heb ik een jaar lang uit nood, en mede uit journalistieke interesse, in Amsterdam-Noord in zo’n flat gewoond. Ik had de zak vuilnis eventjes op de gang gezet om binnen nog wat te pakken of kreeg al een vriendelijke doch strenge berisping. Brandschone gangen. Glanzend marmer. Brandtrappen te over ook trouwens, want stel dat er iets misgaat en de ouders van de geprivilegieerde bewoners er hun advocaat op zetten? Bij een bevroren waterleiding kregen alle bewoners zowel een hotelovernachting als een dinercheque van 250 euro. Dat zouden de Arnhemse flatbewoners zich niet eens kunnen voorstellen.
Geen spoor van leven
Wie door mijn vorige flat zou lopen zou niet geloven dat die tientallen bewoners had. Er was geen spoor van leven te zien. Hoe anders is dat in de flat aan het Gelderseplein in de Arnhemse wijk Malburgen. Daar bruist het leven tot het punt dat het tot de dood leidt.
De hang naar afscherming en de illusie van steriliteit zien we niet alleen in de hippe woningbouwprojecten van speculatieve vastgoedondernemers. Vroeger woonden de bakker, dokter en notaris in dezelfde straat. Nu wonen ze niet eens meer in dezelfde wijk. Zelfs de bomen zijn in dit land niet gelijk verdeeld.
Terwijl de kwaliteit van leven voor een kleine, zeer aanwezige minderheid torenhoog is, daalt die zichtbaar voor een vergeten grote groep. Nederland kent de grootste kapitaalongelijkheid ter wereld, volgens de beroemde econoom Thomas Piketty.
Niet dat je hier van wieg tot graf in dezelfde ‘prachtwijk’ woont. Wijk na wijk wordt platgegooid om plaats te maken voor yuppenflats. Zo worden gemeenschappen uit elkaar gedreven, komen steeds meer mensen op straat te staan, leeft de één een zorgeloos ontspannen bestaan, terwijl de ander als een rat in de val stikt in die ene spaarzame lift.