VOOR: Christophe Hillion
professor Europees recht aan de Universiteit van Oslo
Goede optie
‘Afbraak van de rechtsstaat laat zien dat een lidstaat de basisvereisten van EU-lidmaatschap niet meer navolgt. Er zijn EU-mechanismes om het betreffende land te overtuigen dat toch te doen. De afgelopen maanden is de Europese Commissie herhaaldelijk opgeroepen strenge maatregelen te nemen tegen Polen en Hongarije, zoals financiële straffen. Eigenlijk zie ik nu al opties voor vertrek van een land waarvan de regering bewust de basisvoorwaarden van lidmaatschap schendt.’
Stok achter de deur
‘Stel dat een nieuwe clausule voor een uitzetprocedure wordt geschreven en geratificeerd – wat twijfelachtig is –, dan is het misschien een stok achter de deur voor lidstaten om zich te houden aan EU-waarden én wetten. De rechtsstaat is een basisvoorwaarde voor lidmaatschap. Ten eerste als eis voor aspirant-leden, als ideaal. Ten tweede is de rechtsstaat cruciaal in de Europese rechtsorde. Zonder de garantie dat EU-wetgeving overal onafhankelijk wordt getoetst, functioneert de EU niet.’
Artikel 50
‘Als regeringen aanhoudend weigerachtig gedrag vertonen, moeten de overige lidstaten erkennen dat deze landen niet meer kunnen meedoen. Je kunt niet continu waarschuwingen en voorwaarden van een club negeren, en wél profiteren van lidmaatschap. Het blijvend ondermijnen zie ik als kennisgeving dat zo’n lidstaat niet langer aan de EU-verdragen gebonden wil zijn – en de facto dus voornemens is om uit te treden. Daarvoor bestaat Artikel 50, gebruikt bij het Britse vertrek. Volgens mij kan dat voornemen ook blijken uit acties, want in de bepaling staat niet dat schriftelijk moet worden gecommuniceerd.’
Voorbereidingen treffen
‘De vraag is of de overige EU-lidstaten die confrontatie aan durven te gaan: “Het lijkt erop dat je je lidmaatschap wil opzeggen. Wij treffen alvast voorbereidingen.” Daaruit volgen dan nieuwe stappen, idealiter een democratisch besluit van de bevolking van de lidstaat. Als het electoraat de regering blijft steunen, volgt vertrek – als het ware een geforceerd besluit, maar het land wordt dus niet eruit geschopt.’
TEGEN: John Morijn
bijzonder hoogleraar recht en politiek in de internationale betrekkingen, universitair docent Europese mensenrechten, verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Sterker
‘In Polen en Hongarije zetten veel mensen zich dagelijks in voor de rechtsstaat. De landen uit de EU gooien zou dat werk, dat zij soms met gevaar voor hun eigen welzijn uitvoeren, ontzettend moeilijk maken. Ik kan ook wijzen op ons belang. Door de EU staan we sterker. Deze landen vormen bovendien een belangrijke afzetmarkt.’
Contraproductief
‘Bovenal vind ik lidstaten schrappen contraproductief. Het gedachtegoed van de unie verandert niet ineens doordat twee spelers zich even niet aan de basisregels houden – sterker, de EU is bedoeld om iedereen op hetzelfde niveau te houden, of te krijgen.’
Geen cash
‘Brussel heeft de instrumenten al om lidstaten zich te laten committeren aan de rechtsstaat. Het is een waarde waarmee zij vanaf het begin instemmen. Die bescherming en conditionering moet wel fermer, assertiever. Ik zie dat de politieke wil daarvoor langzaam toeneemt. De Artikel 7-procedure biedt een “lichte” versie van lidstaten eruit gooien: stemrecht ontnemen. Daarvoor is echter unanimiteit nodig, en momenteel kunnen de twee in opspraak geraakte landen elkaar beschermen. Maar er zijn andere mechanismen die effectief kunnen zijn. Sinds 1 januari kan de Europese Commissie fondsen koppelen aan voorwaarden. In dit geval: geen rule of law, dan geen cash.’
Afhankelijk
‘Vergeet niet: in beide landen wordt binnenslands afgegeven op de EU, maar voor fondsen – ook het herstelfonds voor na de coronacrisis – zijn zij er wel degelijk afhankelijk van. En anders sleep je ze voor het gerecht, of stel je een fikse boete in het vooruitzicht. Ik zie trouwens een soort silver lining: door de geconstateerde problemen in Polen en Hongarije heeft het Europese Hof van Justitie zich in vijf jaar meermaals moeten uitspreken. Zo is voor nationale en Europese instanties concreter geworden wat een goed functionerende rechtsstaat behelst. Juist doordat ze onder vuur kwam te liggen, werd het belang ervan duidelijker.’