Ik bespotte de dood toen ik naar de Griekse kust zwom
Ik hoorde onlangs pas voor het eerst van het initiatief #IAmRemarkable. Een vriend daagde mij uit om mee te doen. Ik moest een zin opschrijven die begint met: ‘Ik ben bijzonder omdat…’. Na een lang gesprek met mijn vriend, adviseerde hij mij om met een andere zin te beginnen: ‘Ik ben gezegend omdat…’. Dit doordat iets mij tegenhield, elke keer als ik dacht: ik ben bijzonder. Ik kom namelijk uit een cultuur die wars is van individualisme, een cultuur die het benoemen van de eigen kwaliteiten al snel ziet als narcisme.
Alles verdween, alleen de kou was nog over
Uiteindelijk besloot ik door te gaan en mijn zegeningen te tellen, maar elke zegening die in mij opkwam, kwam voort uit mijn tragische Syrische verleden.
Elke keer dat de naam valt van mijn thuisstad, Aleppo, kan ik me alleen maar honger en kou herinneren en vooral de angst, die zich soms uitte in een hysterisch gelach van waanzin. In 2013 belegerden antiregeringsmilities de stad. Alles raakte op, zelfs drinkwater. We hadden het niet meer over onze honger, want iedereen was uitgehongerd. Al was de kou mijn grootste vijand. De vrieskou won het zelfs van de voortdurende geweerschoten, de gevechten en de dood overal om ons heen. Alles verdween, alleen de kou was nog over.
Mijn herinneringen aan die kou zijn levendiger dan de herinnering aan het elke ochtend checken of mijn moeder nog ademde. Levendiger dan mijn vrijwilligerswerk in de school die was omgebouwd tot schuilplek, waar elke keer dat ik de metalen poort vasthield, ik het gevoel had dat ik vasthield aan wat er nog over was van mijn menselijkheid. Levendiger dan mijn herinnering aan het afleveren van medicijnen aan mijn oma, met mijn kleine zusje, tijdens bombardementen.
Meer columns van Bilal lezen? Ontvang de Wordt Vervolgd Nieuwsbrief
We hoorden het gefluit van vallende bommen en renden weg om ons te verstoppen, lachend, de dood in het gezicht starend en spottend, net zoals ik hem bespotte toen ik mijn laatste afstand naar de Griekse kust zwom, terwijl anderen om me heen aan het verdrinken waren, zoals er duizenden verdronken in de afgelopen jaren. Ik heb al die ervaringen meegemaakt alsof het films waren; het enige echte was de zegen waarmee ik naar buiten liep, de zegen van wie ik ben geworden als gevolg van dat lijden.
Ik ben gezegend omdat ik me heb kunnen verzoenen met mijn verleden. Ik heb zo vaak huis en haard verlaten dat ik aardig wat weerbaarheid heb opgebouwd. Dat was de sleutel om in het reine te komen met mijn verleden.
Er is een Afrikaans gezegde dat luidt: ‘Als je snel wilt gaan, ga dan alleen, maar als je ver wil komen, ga dan samen.’ Ik ben gezegend omdat ik al die jaren ver ben gekomen met mensen zoals ik, en ik zal samen met hen verder gaan.