Op een foto uit 2004 is ze gekleed in een lange witte jurk: ze is dan Mrs. Wisconsin, tijdens de Mrs. America-verkiezing. Nu – via Skype – ziet strafrechtadvocaat Kimberley Motley er casual uit: spijkerbroek, blouse en lang haar. Zo ziet ze er ook uit op foto’s in haar in maart bij uitgeverij Luitingh-Sijthoff verschenen boek, De wet van Motley, waar ze aan het werk is als advocaat in Afghanistan.
Kogelvrij vest
Ze is te zien terwijl ze naar de rechtbank gaat of cliënten opzoekt in en rond Kabul, onder meer in de gevangenis Pul-e-Charkhi, die ook wel bekendstaat als de gevangenis van de dood. Eerst met een pantserwagen, gehuld in een kogelvrij vest en met helm. Daarna kiest ze voor taxi’s, en uiteindelijk voor een eigen, ongepantserde four-wheel drive. Een hoofddoek heeft ze nooit om op de Afghaanse foto’s – die weigert ze te dragen.
Haar cliënten zijn aanvankelijk buitenlandse paramilitairen, maar later ook Afghanen. De meest geruchtmakende zaken die ze behandelde, waren die van vrouwen die eerst waren mishandeld of verkracht en vervolgens jarenlang werden opgesloten in de gevangenis.
Eerste buitenlandse advocaat
Het interview zou eigenlijk plaatsvinden in Amsterdam, dat Motley zou aandoen op doorreis naar Afghanistan, maar ze is begin april nog in Charlotte, North Carolina. Dat is haar Amerikaanse thuisbasis waar ook haar man en drie kinderen wonen. Corona belet ook Motley om te reizen. De afgelopen jaren verbleef ze nog zo’n vier tot vijf maanden per jaar in Afghanistan, waar ze als eerste buitenlandse advocaat heeft gepleit in de rechtbank.
‘Het strafrecht in Afghanistan wordt ingezet om de patriarchale onderdrukking in stand te houden’
‘De reactie op het virus maakt de positie van vrouwen in Afghanistan nog veel slechter’, zegt ze. ‘Ze hebben helemaal geen toegang meer tot rechtsbijstand, de politie doet niets meer en opvanghuizen zijn gesloten.’
Pro deo
Motley vertrekt in 2008 naar de Afghaanse hoofdstad Kabul. Ze werkte daarvoor als pro-deoadvocaat in Milwaukee, de stad waar ze is opgegroeid in een arme en criminele wijk, en ze beseft dat ze haar kinderen daar niet wil laten opgroeien. ‘Ik had een andere baan nodig om mijn kinderen daar weg te krijgen.’
Aanvankelijk werkt Motley in Afghanistan voor JSSP, het Justice Sector Support Program, dat in 2005 was opgericht om Afghanistan met een eigen justitieel apparaat op te tuigen na de inval van de VS als reactie op de aanslagen op de Twin Towers.
Zwaar gehavend
Na de Russische bezetting, verschillende burgeroorlogen en ten slotte de Amerikaanse invasie in 2001 is Afghanistan zwaar gehavend: de bevolking is arm en de instituties zoals de rechtbank werken nauwelijks. Tegenwoordig zitten de VS en de NAVO-troepen er nog steeds; het is de langste Amerikaanse oorlog ooit. Mogelijk komt daar in april volgend jaar een eind aan als de buitenlandse troepen het land verlaten.
Al snel is Motley kritisch over de Amerikanen en Europese landen in Afghanistan. ‘Ze waren erg koloniaal. Ze deden alles op hun eigen manier zonder dat ze iets begrepen van het land en de cultuur waarin ze werkten. Dat gold ook voor JSSP. De Afghanen die voor de organisatie werkten zaten in de kelder, de Amerikanen erboven op de begane grond – contact was er nauwelijks. Tijdens de trainingen, die ze organiseerden voor Afghaanse juristen, was het verboden in te gaan op het Afghaanse recht, terwijl dat in de praktijk een grote rol speelde.’
‘Mijn missie is Afghaanse vrouwen leren dat ze rechten hebben’
Motley zal later dat lokale recht, en de islamitische wet, gebruiken om de vrijheid van de Afghanen – vooral Afghaanse vrouwen – te verdedigen.
Als haar periode bij JSSP erop zit, besluit ze in het land te blijven, als advocaat. Een van haar meest geruchtmakende zaken krijgt ze in de herfst van 2011. In de Badam Bagh-gevangenis in Kabul maakt ze kennis met Gulnaz, een dan 16-jarig meisje dat bijna twee jaar eerder op de gevangenisvloer is bevallen van haar dochter Muska – het resultaat van een verkrachting waarvoor niet de verkrachter, maar zij veroordeeld is.
Ze zit een straf van twaalf jaar uit voor wat in Afghanistan ‘overspel met geweld’ heet. Dat is de omgekeerde wereld: ze was verkracht door de 40-jarige man van haar nicht, op de vloer van zijn huis, in het bijzijn van zijn 4-jarige zoon. Een tijd daarna voelde Gulnaz zich niet goed – zwangerschapsmisselijkheid bleek later – en meldde zich bij een arts. Motley: ‘Die respecteerde zijn beroepsgeheim niet en droeg haar over aan de politie, waarna ze meteen werd opgesloten.’
Morele misdaad
Motley maakte tien jaar na de Amerikaanse invasie kennis met Gulnaz. ‘Deze schrijnende zaak is typisch voor het geweld tegen vrouwen in Afghanistan dat tot op de dag van vandaag voortduurt. Op elke willekeurige dag is 85 procent van de vrouwen er het slachtoffer van een of andere vorm van geweld. Vrouwen komen al snel in de gevangenis voor alles wat mannen mishaagt. In zo’n geval spreken ze van een morele misdaad. Dat kan van alles zijn, van vrouwen die weglopen van huis omdat ze mishandeld worden, tot overspel. Meer dan de helft van de vrouwen in Afghaanse gevangenissen, zo blijkt uit een VN-studie, zit daar vanwege zo’n morele misdaad.’
Dat komt neer op zo’n vijfhonderd vrouwen. ‘In de rechtbank krijgen zij vragen als: “Waarom was je daar?”, “Waarom heb je niet geschreeuwd?” Dat was bij Gulnaz niet anders. De rechters noemden haar zelfs een hoer. Zo wordt het strafrecht in Afghanistan ingezet om de patriarchale onderdrukking in stand te houden.’
‘Toen ik wees op een voorschrift uit de Koran, werd het geaccepteerd door de rechter’
Motley had zich ondertussen verdiept in het Afghaanse en islamitisch recht. ‘Ik ben allesbehalve een islam-deskundige. Ik ging dus met islamitische geestelijken praten en de Koran lezen. Ik vond voor mij erg handige uitspraken in dat boek die niet in de Afghaanse wet staan: bijvoorbeeld dat er altijd vier ooggetuigen nodig zijn bij een misdaad. Maar laten die er nou nooit zijn bij overspel! Toen ik dat argument gaf bij zaken tegen vrouwen, toen ik wees op een voorschrift uit de Koran, werd het geaccepteerd door de rechter. Het zou een belangrijk argument worden in zaken van vrouwen die waren beschuldigd van overspel.’
Vonden de rechters het dan niet erg opportunistisch van Motley om een fragment uit de Koran te halen dat ze goed kon gebruiken? ‘Nee, ze reageren eigenlijk altijd positief. Ze zien ook dat ik respectvol ben naar de Afghaanse cultuur en de islam. Daar komt bij: ze denken dat een westerse advocaat toch eerder zal verwijzen naar internationale mensenrechtenverdragen. En nee, ik heb er geen moeite mee om teksten te gebruiken uit een boek dat ook wordt gebruikt om vrouwenonderdrukking te legitimeren. Ik ben geen imam die de islam predikt, ik ben een advocaat, en ik gebruik alleen de delen die in het voordeel zijn van mijn cliënt.’
Gratie
Vooral relevant voor Gulnaz was dat Motley ontdekte dat het vergrijp overspel met geweld, waar veel Afghaanse vrouwen voor worden veroordeeld, niet in de wet stond. Toen ze dat naar voren bracht in de rechtszaak, werd de straf van Gulnaz terugbracht naar drie jaar. Motley: ‘Terwijl ze vrijspraak verdiende. Om die toch te verkrijgen, besloot ik gratie voor haar aan te vragen bij de toenmalige president Karzai. Die was nog niet eerder verleend voor een morele misdaad.’
Motley stelde een petitie op en ging ermee naar het presidentieel paleis. Minder dan een week later ontving ze een sms’je: Karzai zou Gulnaz gratie verlenen. Gulnaz kreeg vervolgens van vele landen asiel aangeboden, maar weigerde. Ze wilde in Afghanistan blijven en ging naar een opvanghuis voor vrouwen, waar de omstandigheden volgens haar nog slechter waren dan in de gevangenis. Motley: ‘De vrouwen haatten haar. Vrouwenonderdrukking is in Afghanistan zo diepgeworteld dat zelfs de vrouwen vonden dat ze terecht vervolgd was voor een morele misdaad.’
Getrouwd met verkrachter
Minder dan een jaar later trouwde ze met haar verkrachter. Dat gebeurt veel in Afghanistan. De regering dreigde dat ze Gulnaz en haar kind anders niet meer zou beschermen. Sinds die tijd leeft Gulnaz, samen met haar nicht, als vrouw van haar verkrachter. ‘Ik had het gevoel dat het allemaal voor niets was geweest. Maar dat was uiteindelijk toch niet zo. In ieder geval hebben andere Afghaanse vrouwen iets aan deze zaak gehad: voor het eerst had een vrouw gratie gekregen in een morele-misdaadzaak, daar konden andere onderdrukte vrouwen kracht uit putten. Bovendien vaardigde Karzai een decreet uit dat stelde dat weglopen niet meer werd beschouwd als misdaad.’
Toch hoopvol
Hoe nu verder met Afghanistan als de NAVO-troepen volgend jaar april mogelijk vertrekken? De macht van de Taliban, die een belangrijke rol spelen in de onderdrukking van vrouwen, groeit weer. ‘Afghanistan is nog niet klaar om op eigen benen te staan, er is nog geen sprake van dat de buitenlandse interventiemachten het land kunnen verlaten. Toch blijf ik hoopvol, ook omdat ik zie dat het langzaam beter gaat met de vrouwen in Afghanistan: steeds meer meisjes gaan naar school, er zijn zelfs steeds meer hoogopgeleide vrouwen. Ghani, de huidige, progressieve president van Afghanistan, weet hoe belangrijk het is om vrouwen op belangrijke posities te benoemen.
‘Wat ook veranderd is, is het besef bij vrouwen dat ze rechten hebben. Dat komt ook door de rechtszaken die we voor ze voeren. Mijn missie is ook vrouwen leren dat ze rechten hebben.’
Alleenstaande
Als Motley die missie heeft, was het voor haar dan niet moeilijk om te zien dat Gulnaz besloot met haar verkrachter te trouwen? ‘Daar was ik natuurlijk niet blij mee, maar ik begreep haar probleem. Het moet heel moeilijk voor haar geweest zijn als alleenstaande in een ander land waarvan ze de taal niet kent. Maar ik denk dat buiten Afghanistan haar leven duizend keer beter zou zijn geweest.
Maar die beslissingen waren niet aan mij. Ik was haar advocaat, niet haar life coach. Ik had haar keuze te respecteren.’
Wij geven vijf exemplaren weg van De wet van Motley. Mail naar wordtvervolgd@amnesty.nl o.v.v. Motleys wet.