Jörgen Raymann: ‘We zijn heel krampachtig geworden met humor’
Vijf gewetensvragen aan Jörgen Raymann (58), cabaretier en standup-comedian. In 2023 stopte hij met theater en begon hij bij Lenard & Lenard met trainingen over onder andere diversiteit en inclusie. In 2026, het jaar dat hij 60 wordt, keert hij terug naar de Nederlandse theaters met een nieuwe voorstelling: Bigi Yari (Kroonjaar).
Wanneer speelde uw geweten voor het laatst op?
‘In coronatijd had je de wappies en de schapen en ik was overtuigd schaap en heel erg tegen wappies. Ik kan me niet voorstellen dat mensen informatie op Facebook boven wetenschap stellen, dus dat ging er bij mij gewoon niet in. Op een gegeven moment had ik zelfs een mat voor de deur met: no vax, no entry. Nu ben ik daar minder extreem in geworden. At the end of the day moet je proberen om elkaar te begrijpen.’
Waar ligt voor u de grens van wat grappig is?
‘Humor heeft bijna geen grens. Pas als je het gebruikt om bewust groepen weg te zetten, dan ga je over de schreef. Als jij een goede Surinamer-grap hebt en die vertel je aan mij, dan voel ik meteen of je dat doet met een goede intentie of niet. Ik denk dat iedereen met een beetje gevoel voor humor dat ook wel heeft.
Ik denk dat we heel krampachtig zijn geworden met humor, terwijl humor juist hetgeen is dat ons verbindt. Ik ben woke, want ik ben tegen misogynie, tegen racisme, voor de lhbti-community, maar je hebt ook mensen die erin doorslaan. En daarmee geef je bijvoorbeeld Trump of Wilders nu een hele goede, populistische reden om diversiteit en inclusie kapot te maken.’
Schrijf je in voor de nieuwsbrief
U staat bekend om uw typetjes, zoals Tante Es. Zou u Tante Es in de huidige maatschappij ook nog willen spelen?
‘O, Tante Es komt zeker terug als ik straks weer ga touren, honderd procent. Tante Es heb ik naar beeltenis van mijn oma en mijn tante gemaakt, dus wie daar een probleem mee heeft: echt een heel grote dikke middelvinger. Van Ahmed de Slager kan ik me voorstellen dat mensen nu zeggen: dat kan niet meer. Maar ik heb hem twee jaar geleden gespeeld tijdens de Ramadan-conference en het werd uitstekend ontvangen door de moslims in de zaal. Ik heb mijn typetjes nooit neergezet om groepen belachelijk te maken. Als je goed naar Ahmed luistert, hoor je: hij liet gewoon relativering binnen de islam zien. Ik benoemde ook allerlei dingen die voor de islam belangrijk waren.’
U bent een ‘Pride Parent’, uw dochter is lesbisch. Maakt u zich door de huidige ontwikkelingen zorgen over haar toekomst?
‘Jazeker. Er is één groep waar ik altijd voor op de bres zou springen. Want die discussie over lhbti-rechten, die hoeven we niet nog een keer te voeren. Mensen die homoseksualiteit vanuit hun geloof afkeuren, ga bij jezelf te rade… Als jij pretendeert dat God liefde is, hoe kan je de liefde tussen twee mensen veroordelen zonder dat je God veroordeelt?’
U bent een gelovig man. Wat is uw grootste zonde?
‘Ik denk afgunst, omdat ik anderen hun succes niet gunde. In mijn jongere jaren, zeker toen ik op het toppunt was van mijn succes, zag ik anderen nog net iets sneller gaan, en dan dacht ik: shit, waarom hij of zij wel? Maar na een paar reflectiesessies ben ik erachter gekomen hoe mooi het is om anderen succes te gunnen.
En hoogmoed… komt echt voor de val. Want door mijn levensstijl ben ik jaren geleden flink in de schulden terechtgekomen. Toen ben ik mijn huis en mijn auto kwijtgeraakt. Nadat ik flink op mijn flikker heb gekregen van het leven, ben ik tot het bewustzijn gekomen dat die manier van leven not the way to go is.’