© Studio Odilo Girod

Groeten uit…Bangkok

Voor Lek‚ een tengere Thai van 51‚ is de ontvangst van nieuwkomers routinewerk. Hij brengt de ‘verse vissen’ naar hun cel‚ drukt ze een gestreept boevenpak in de hand en wijst het douchehok aan. Daarna volgt de arrestatiefoto‚ een mugshot. Eentje van voor en eentje van opzij.

‘Het is een prachtbaan’‚ glundert Lek. We staan midden in een Thaise gevangenis. Of nou ja‚ eigenlijk is dit Leks themahostel‚ gelegen in een hippe wijk in het zuiden van Bangkok. Voor zo’n dertig euro overnachten toeristen hier in raamloze kamers met roestige stapelbedden. Vrijwillig‚ welteverstaan.

Mijn oog viel op dit opmerkelijke logement terwijl ik een rondje maakte door de buurt‚ slenterend langs de geurende fruitkraampjes en boeddhistische altaars. Nieuwsgierig stapte ik naar binnen. Een dag eerder was ik nog gestuit op Cabbages&Condoms‚ een ‘sociaal’ restaurant waar geëngageerde reizigers met het eten van een koolsalade de abortuskliniek boven het etablissement ondersteunen. Zou deze voormalige gevangenis een ‘sociaal’ hostel zijn? Een goedgemutste onderneming waar je met één nacht vrijheidsberoving een hele rits Thaise gevangenen helpt?

Die kunnen immers best wat extra aandacht gebruiken. Sinds de junta hier in 2014 de macht greep‚ is demonstreren verboden en staan op het bekritiseren van het koningshuis draconische straffen. In de Thaise bajes struikel je daarom over de dissidenten‚ kritische journalisten en politici. Letterlijk: de cellen zitten zo stampvol dat gedetineerden in shifts moeten slapen. Om nog maar te zwijgen over de wrede cipiers en hun losse handen.

‘Dat is een gevoelig onderwerp.’ Lek kijkt me streng aan. ‘In dit hostel draait het om amusement. Lol maken.’ Zwijgend staren we naar de toog waar een hippe barvrouw twee gutsende biertjes op een dienblad plempt. Komen hier ook wel eens Thaise toeristen? Lek trekt een grimas en schudt langzaam zijn hoofd. ‘Nee‚ niet echt.’

Tekst: Eva Huson

Wordt Vervolgd, december 2017