Sisi is erger dan Mubarak, wordt vaak gezegd. Toen in 2011 protesten uitbraken in Egypte, kwam de regeerperiode van de autocratische president Hosni Mubarak ten einde. Er volgden democratische verkiezingen, maar in 2013 werd president Morsi afgezet in een coup d’état onder leiding van legergeneraal Abdel Fattah al-Sisi. Een jaar later was Sisi president. In de Egyptische staatsmedia werd hij neergezet als de man die Egypte redde van het ‘islamitisch extremisme’ van Morsi’s Moslimbroederschap – die Sisi later bestempelde als terroristische organisatie.
Sindsdien ontwikkelde Sisi zich tot de nieuwe ‘sterke man’ van Egypte en daalde zijn populariteit rap. In een betwist referendum afgelopen april stemde de bevolking in met grondwetswijzigingen die Sisi’s presidentstermijn verlengen: tot 2030 in plaats van tot 2022. Daarnaast krijgt hij meer te zeggen over de rechterlijke macht en neemt de invloed van het leger toe. Egypte wordt steeds meer een volledige dictatuur. Hoe heeft Sisi in zes jaar uit kunnen groeien tot een dictator?
Repressie van kritisch geluid
Ieder kritisch geluid wordt gesmoord: elke vorm van protest is verboden, zowel op sociale media als op straat. In de aanloop naar het referendum in april werd de activist Ahmed Badawi gearresteerd, omdat hij een bord omhooghield met kritische uitspraken over de grondwetswijzigingen. Vorig jaar werd de satirische vlogger Shadi Abu Zeid opgepakt. Recentelijk kwamen journalist Mahmoud Abu Zeid, beter bekend als Shawkan, en activist Alaa Abdel Fattah vrij. Zij moeten zich nog wel dagelijks melden op het politiebureau.
Journalisten rapporteerden dat er voor het referendum stemmen werden gekocht door het uitdelen van geld of voedsel in arme buurten
Niet alleen worden non-gouvernementele organisaties tegengewerkt, ook verdwijnen op grote schaal mensen (1.530 gedwongen verdwijningen tussen juli 2013 en augustus 2018, telde Human Rights Watch). Bovendien wordt de doodstraf steeds vaker uitgevoerd. Volgens Human Rights Watch zijn alleen al in de eerste drie jaar van Sisi’s bewind minstens 60 duizend mensen om politieke redenen gearresteerd. Egyptische gevangenissen zijn berucht vanwege martelingen als elektrocutie van onder andere geslachtsdelen, verkrachting (soms met stokken), eenzame opsluiting, slechte hygiëne en een gebrek aan eten en drinken.
Geen ruimte voor politieke oppositie
Politieke activisten die op straat protesteren worden opgepakt, maar ook politici van oppositiepartijen lopen die kans. Dat was overduidelijk bij zowel de laatste presidentsverkiezingen, van 2018, als bij het referendum in april. Twee kandidaten gingen voor het presidentschap: Sisi en Moussa Mostafa Moussa, naar eigen zeggen een voorstander van Sisi. Alle andere kanshebbers had Sisi laten arresteren of op een andere manier ervan overtuigd de campagne te staken.
Sisi wil niet dat zijn populariteit op de proef wordt gesteld in vrije en eerlijke verkiezingen
In de weken voor het referendum in april hing Caïro vol met posters die burgers aanmoedigden voor de grondwetswijzigingen te stemmen. Een ‘nee’-campagne was niet toegestaan. Ook rapporteerden verschillende journalisten dat er stemmen werden gekocht door het uitdelen van geld of voedsel in arme buurten. ‘De staat blokkeerde websites die kritiek hadden op de wijzigingen en het bijbehorende proces, arresteerde burgers die zich openlijk verzetten tegen de wijzigingen of kritiek leverden op de prestaties van de overheid, en onderwierp wetgevers die hun afkeur van het initiatief lieten blijken aan lastercampagnes’, stelt The Tahrir Institute for Middle East Policy in een rapport. ‘Sisi wil niet dat zijn populariteit op de proef wordt gesteld in vrije en eerlijke verkiezingen of situaties’, vertelt Amr Magdi, Midden-Oosten-onderzoeker bij Human Rights Watch.
Slechte economische situatie
Volgens Magdi heeft de slechte economie van Egypte bijgedragen aan de daling van Sisi’s populariteit. ‘Normale mensen hadden het gevoel dat ze een te hoge prijs moesten betalen voor dat wat deze regering “economische hervormingen” noemt.’ Eind 2016 sloot Egypte een lening van 12 miljard euro af bij het Internationaal Monetair Fonds. Het IMF stelde strenge voorwaarden: Egypte moest zijn valuta laten fluctueren en subsidies korten. Gevolg: enorme inflatie en een sterk verminderde koopkracht. Vooral de onderste en middelste lagen van de bevolking werden hard getroffen. Toen in mei vorig jaar de prijzen van de metro in Caïro plots omhoogschoten, leidde dat tot protesten – en demonstranten werden massaal opgepakt.
Tegelijkertijd bouwt de staat aan grootschalige projecten, zoals de versnelde uitbreiding van het Suezkanaal. De hoop is dat de uitbreiding een boost zal geven aan de economie; tegenstanders zeggen dat het overbodig en geldverspilling is. ‘De nieuwe hoofdstad’ is ook zo’n project. In de woestijn, 45 kilometer ten oosten van Caïro, wordt gebouwd aan de nieuwe administratieve en financiële hoofdstad van Egypte. De stad moet zo’n 6,5 miljoen mensen gaan huisvesten en daarmee Caïro, met haar 20 miljoen inwoners, bevrijden van de overbevolking en constante verkeersdrukte. Maar critici zijn bang dat de nieuwe hoofdstad een stad voor de rijken wordt. Het geld kon volgens hen beter besteed worden aan het verbeteren van de bestaande infrastructuur van Caïro.
Afwezigheid van persvrijheid
Volgens Reporters Without Borders is Egypte ‘een van de grootste gevangenissen voor journalisten’. De barometer van de organisatie geeft aan dat er momenteel 23 journalisten, vier burgerjournalisten en twee media-assistenten gevangenzitten. Buitenlandse journalisten worden regelmatig het land uitgezet of wordt de toegang geweigerd. De staat is eigenaar van de meeste media. Door nieuwe wetten zijn inmiddels honderden websites geblokkeerd en kunnen ook socialemedia-accounts gemakkelijker geblokkeerd worden. Een onafhankelijk, kritisch geluid is daarom weinig te horen.
Sisi’s doctrine
Staatsmedia zetten Sisi neer als de beschermer van het land, de vader van alle Egyptenaren. Hij weet het beter en het is dus logisch hem te steunen. In zijn uitspraken stelt hij vaak zijn eigen lot gelijk aan dat van het land, zegt Magdi van Human Rights Watch. ‘Protesteren tegen Sisi zou gelijk staan aan protesteren tegen het hele land, of niet het beste voorhebben met Egypte. Als Sisi niet slaagt in zijn plannen, dan zou dat slecht zijn voor het hele land. Als Sisi weggaat, dan stort Egypte in. Dit narratief gebruikt hij vaak.’
Ook tegenover andere landen werpt Sisi zich op als ‘de beschermer’. Hij zegt terrorisme te bestrijden en de migratiestroom naar Europa tegen te houden. Maar onder het mom van terrorismebestrijding worden in het noorden van de Sinaï grove mensenrechtenschendingen begaan, blijkt uit een recent rapport van Human Rights Watch. Een tweejarig onderzoek legde geheime militaire bases en ernstige misstanden door zowel het Egyptische leger als IS bloot. Het Egyptische leger en de politie zouden verantwoordelijk zijn voor ‘wijdverspreide willekeurige arrestaties – ook van kinderen – gedwongen verdwijningen, marteling, en buitengerechtelijke executies, collectieve straffen en gedwongen uitzetting van burgers. Deze misstanden heeft de staat proberen te verbergen door middel van een verbod op berichtgeving door media.’ In hoeverre het Egyptische leger erin slaagt om terrorisme in Noord-Sinaï terug te dringen, is moeilijk te verifiëren: het leger heeft het gebied vrijwel geheel afgesloten en berichtgeving daarvandaan is verboden. En in Caïro ging er op 19 mei nog een bom af vlak bij de piramides van Giza, waarbij zeventien mensen gewond raakten.
Onder Sisi gaat Egypte er voor de lage en middenklassen en maatschappelijke organisaties op achteruit, meldde het Project On Middle East Democracy (POMED) in 2017 – onder andere op het gebied van veiligheid van religieuze minderheden, vrouwenrechten, economie, vrijheid van meningsuiting, vrijheid van vereniging, het aantal politieke gevangenen en doodstraffen.
Toch krijgt Egypte weinig kritiek vanuit het Westen. Trump is bijvoorbeeld een groot fan. Andere bondgenoten hebben vooral de mentaliteit van ‘je bestuurt het land zoals je wil, zolang je migratie aan banden legt en terrorisme bestrijdt’, stelt Magdi. Volgens hem is het Westen vooral geïnteresseerd in zakendoen, alsof er niks aan de hand is. Toen minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok vorig jaar in Egypte was, kaartte hij de positie van het maatschappelijk middenveld, ngo’s, persvrijheid en vrijheid van meningsuiting wel aan, maar hij richtte zich vooral op de handel. Magdi: ‘Het maakt niet uit dat Sisi honderden onschuldige burgers vermoordt, dat hij vrijheid van meningsuiting onderdrukt, het maakt niet uit dat hij de nieuwe dictator in de regio wordt.’