‘De overheid zou geen onderdeel mogen zijn van discriminatie’
Soms komen werk en privé samen. De afgelopen maand was dat voor mij het geval. Als Amnesty-directeur en als persoon van kleur keek ik met grote bezorgdheid naar de situatie in de Verenigde Staten nadat in Minneapolis George Floyd werd gedood door politiegeweld.
Dodelijk politiegeweld komt hier beduidend minder vaak voor dan in de VS, maar ook hier is soms excessief geweld, en etnisch profileren vindt ook in Nederland plaats. Ik heb het meegemaakt. Preventief fouilleren. Koffers moeten openmaken op Schiphol. Aan een politieagent vragen waarom ik mijn legitimatiebewijs moet laten zien, hem op de regels wijzen en vervolgens te horen krijgen: ‘O, het is nog een slimme ook.’ Dat maakt dat je je vernederd en kwaad voelt.
Het doet iets met je als je continu wordt aangesproken op etniciteit, geloof of seksuele voorkeur. De overheid zou geen onderdeel mogen zijn van dit probleem. Niet voor niets staat in artikel 1 van onze Grondwet dat allen die zich in Nederland bevinden in gelijke gevallen gelijk behandeld dienen te worden en dat discriminatie niet is toegestaan. Wanneer de overheid wél onderscheid maakt, drijft dat mensen van haar en van de samenleving af.
Het doet iets met je als je continu wordt aangesproken op etniciteit, geloof of seksuele voorkeur
Amnesty maakte dit probleem in 2013 duidelijk met twee rapporten over etnisch profileren bij de Nederlandse politie. De eerste reactie van de politie was ontkenning. Inmiddels kan dat niet meer. Mede door Amnesty’s volharding is etnisch profileren nu een veelbesproken kwestie. De politie en het kabinet erkennen het probleem nu en namen maatregelen.
Amnesty dringt aan op meer. En niet alleen bij de politie. Eind februari spanden we met andere organisaties een rechtszaak aan tegen de Koninklijke Marechaussee. Die bepaalt bij grenscontroles namelijk mede op grond van huidskleur of etniciteit welke voorbijgangers worden gecontroleerd. Dat is discriminatie. We strijden ervoor dat de overheid alle inwoners van Nederland hiertegen beschermt, zodat we een samenleving krijgen waarin iedereen zich thuis voelt. En waar artikel 1 van de Grondwet voor iedereen geldt.